Balcons de la Mescla
De eerst volgende stop is het Balcons de la Mescla. Hier heb je een prachtig uitzicht op de Verdon en daarvoor moet je de auto uit. De eerste parkeerplaats komt redelijk onverwacht en als je die mist hoef je niet hard op je rem te gaan staan want honderd meter verder is er nog één bij het restaurant.
Dit is direct één van de mooiste uitkijkpunten van de zuidelijke route. Zoals de naam doet vermoeden zijn hier een aantal kleine natuurlijke plateaus waarvan je recht de kloof in kijkt. Ik ben hier vaker geweest en iedere keer was ik overdonderd van het uitzicht. De Verdon stroomt vier- a vijfhonderd meter onder je door en komt samen met Artuby. Het mooiste uitzicht heb je op het bovenste balkon en dat is even klimmen.
Je kan vanaf dit punt lopen naar de brug over de Artuby, het is een paar honderd meter maar je kan ook de auto nemen en bij de brug parkeren. Je moet toch die kant op en dat is zeker in het vakantieseizoen een goed idee want er kan best wat verkeer zijn en dan is lopen langs de weg misschien niet verstandig.

De brug over de Artuby overspant een enorme kloof en is 180 meter hoog. Het is een populaire plek voor bungeejumpers al hebben wij ze nooit gezien.
De weg vervolgt zich en het uitzicht wordt alleen maar beter. Hoewel de wegen lekker slingeren en uitnodigen om de rechtervoet in te drukken is dat hier niet de bedoeling. Hier moet je lekker genieten en snelheid is daarbij een zonde. Om goed van het landschap te kunnen zien hebben de tunnels hier gewoon grote gaten aan de zijkant en dat is zeker voor de passagiers zeer aangenaam. Net na de tweede tunnel is het uitzicht fantastisch. Daar is een smalle strook om te parkeren en als je geluk hebt kan je daar even stil staan. Wij hadden dat helaas niet.
Falaise des Cavaliers
De eerst volgende punt waar je goed kunt stoppen is een kilometer of twee verder nadat de weg je eerst van de kloof weg leidt. Na een forse slinger rij je vervolgens drie kilometer op de rand van de afgrond. In het begin, nog voor het restaurant, is er een goede plek om even te stoppen om recht de kloof in te kijken.
Vanaf deze plek, Falaise des Cavaliers genaamd, kijk je op een aantal stroomversnellingen die met de kano als de van de moeilijkste van de Verdon gelden. Met een beetje geluk zie je hier sportievelingen de kracht van de rivier bedwingen. Het restaurant even verderop heeft een terras met misschien wel één van de mooiste uitzichten van Frankrijk.
Vanaf dit punt is het drie kilometer genieten geblazen over één van de mooiste en spectaculairste wegen van Frankrijk. Er zijn hier tal van stopplekken met bijna allemaal prachtig uitzicht op de kloof en de rivier. Eén daarvan is de Pas de l’Imbut waar je 400 meter boven de rivier staat.
Col d’Illoire
Daarna begint de weg te stijgen en verlaat je de kloof. Dat doet even pijn maar er komt nog wel iets moois. Allereerst bereikt de weg de hoogste punt van de route op bij het Cirque de Vaumale. Met 1.202 meter zie je rivier achthonderd meter onder je slingeren om uit te komen in het Lac de Sainte-Croix dat in de verte zichtbaar is. Vooral aan het einde van de middag is er hier prachtig licht.

Uitzicht op de rivier en op achtergrond het Lac de Sainte-Croix.
Een stukje verder is er bij de Col d’Illoire nog een laatste blik op de rivier. Het meer is nu dichtbij en als het druk is zie je hier de kano’s en bootjes als puntjes op het groene water bewegen. Hierna verlaten we de kloof maar er zijn nog twee mooie toetjes.
Lac de Sainte-Croix
De eerste is het grote stuwmeer van Sainte-Croix. Het blauw van het water valt direct op en vormt met de ruige omgeving een prachtig landschap. Bij Aiguines staat een orientatietafel en heb je mooi uitzicht op de blauwe golven met daarachter het plateau van Valensole. Het meer ligt er vanaf 1975 en het is natuurlijk leuk om te weten dat er een dorpje onder water ligt.
Vanaf het Aiguines daalt de weg snel en als je rechtsaf slaat rij je over de hoge brug vlak voor de indrukwekkende ingang van de kloof. Het water is aanlokkelijk en je kan hier prima een kano of een bootje uren maar gewoon zwemmen is ook heerlijk.
Tot slot mag een bezoek aan Moustiers-Sainte-Marie niet ontbreken. Als kind heb ik met mijn ouders een aantal keren gestaan met de tent en het was dan ook even schrikken hoe populair dit dorp is geworden bij toeristen. Desalniettemin is het een bezoek waard en je kan er bovendien prima eten.
Naast deze route is er natuurlijk ook de noordelijke route langs de Gorges du Verdon. Die is ook prachtig, misschien nog wel mooier en die hebben we ook gereden maar daar ga ik later een ander artikel aan wijden.
Erg mooi daar. We komen er niet elk jaar maar toch al vaak, 10 keer, geweest. De natuur is hier zo mooi!