Rochechouart ****Dorp met kasteel en een meteoriet in de Limousin
De ophaalbrug is de perfecte start voor een wandeling rondom het chateau waardoor je een uitstekend beeld van de omgeving en de stad Rochechouart krijgt. Het prachtige gerenoveerde vijftiende-eeuwse kasteel dient nu als museum voor moderne kunst. Naast moderne kunst vind je binnen met zorg gerestaureerde muurschilderingen die je terug brengen naar de tijd van Richard Lionheart en de belangrijke positie die het kasteel heeft gespeeld tijdens de honderdjarige oorlog tussen Engeland en Frankrijk.
Als onderdeel van de Limousin, het prachtige en waterrijke groen glooiende landschap in het hart van Frankrijk, heeft Rochechouart een bijzondere plek in de ontstaansgeschiedenis van dit gebied, een geschiedenis die miljoenen jaren teruggaat. Het voelt altijd magisch om mij dit te realiseren als ik deze stad bezoek maar er is nog meer dan alleen het stadje en het kasteel.
Zo’n 214 miljoen jaar gelden viel er in het westen van Frankrijk een enorme meteoriet uit de hemel en hoewel we nog steeds niet weten wat er precies is gebeurd heeft dit het gebied en haar bewoners voor altijd beïnvloed. De enorme klap van de landing was zo groot dat het steen in de grond smolt en weer nieuwe gesteente vormde.
De inslag heeft de streek in een doorsnede van vele kilometers herschapen en Rochechoaurt ligt op de rand van dit inslaggebied. Espace Meteorite is een klein museum gevestigd in de hoofdstraat waar het verhaal van de inslag wordt verteld. Zo kwam ik er hier achter dat veel gebouwen zijn opgebouwd uit lokaal gedolven gesteente en wie goed kijkt kan in sommigen daarvan nog meteorietgesteente terugvinden. Een ontzettend leuk en leerzaam museum voor jong en oud en als je dit bezocht hebt zal je Rochechouart met haar bijzondere geografische geschiedenis niet snel meer vergeten.
Gastblogger
Lana woont sinds 2014 samen met haar twee jongens en partner midden in de Haute-Vienne. Op haar blog hetfranseleven.nl deelt zij persoonlijke verhalen over alles wat erbij komt kijken als je met een gezin emigreert. Naast haar werk in de Franse gezondheidszorg gaat zij regelmatig met de camera op pad om te genieten van het prachtige Franse platteland.
Wie na het bezoeken van het chateau Rochechouart en l’Espace Meteoriet honger heeft gekregen kan in Hotel De France gelegen vlak naast het postkantoor, heerlijk traditioneel lunchen. Je bevindt je tussen de lokale bevolking met vriendelijke bediening, een gezellige plek om bij te komen en lekker te kunnen eten. Natuurlijk is er bij de tegenovergelegen bakker, er zijn er meerdere te vinden in Rochechouart, ook heerlijk traditioneel brood of gebak te vinden en serveren ze er ook koffie maar voor een stevige hap is Hotel De France een echte aanrader.
Roc du Boeuf
Op de heuvel naast het chateau ligt een groot stuk gesteente; Roc du Boeuf. Zo vernoemd omdat het gesteente doet denken aan een os rustend in het landschap. De legende gaat dat bij het luiden van de kasteelbel iedere keer de grond onder dit gesteente trilde, alsof de os in beweging kwam. Tot er op een zekere dag een grote storm de klokkentoren van het chateau heeft doen instorten de bel de heuvel is afgerold en het gesteente zich daarna nooit meer heeft bewogen. Het chateau heeft geen klokkentoren meer maar de rustende os is nog altijd te zien.
Gedraaide kerktoren
De plaatselijke kerk is natuurlijk altijd de moeite waard om even te bekijken en dat geldt ook voor de Eglise Saint-Sauveur de Rochechouart. Deze negentiende-eeuwse Kerk valt op door haar gedraaide toren. Er zijn meerdere van deze gedraaide kerktorens in Frankrijk en er gaan verschillende verhalen de ronde over het waarom van de draai in de torens. Even langs lopen en de toren bekijken zou ik zeggen.
Rochechouart is een stad, een stoer dorp waarin vele bijzonderheden over de geschiedenis van Frankrijk, de geografische ontwikkeling van haar omgeving, de veelzijdigheid van de lokale bevolking en de bijzondere kanten van de Franse architectuur, samenkomen. Een plek om zeker te bezoeken en die niet snel zal vervelen, een bijzondere plek die kan blijven hangen in het geheugen met de wens er weer eens naar terug te willen keren.
Video van Rochechouart
E-Magazine Limousin
In bezit een ereader of tablet? Download dan het E-Magazine over de Limousin. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.
Kaart van Rochechouart en omgeving
Les plus beaux villages de France weergeven op een grotere kaart
In de buurt van Rochechouart
Treignac-sur-Vézère: dorp met een bijzondere kerk
Vanaf de kerk is het een klein stukje lopen naar de bovenste deel van het dorp. Hier staan mooie huizen uit de zestiende en zeventiende eeuw die fraai zijn versierd. Helemaal beneden in het dorp is een brug uit de veertiende eeuw waar de rivier woest onderdoor stroomt. Je kan hier op kanoën maar dat is wel voor de gevorderde sporter aangezien de Franse kampioenschappen kajakken hier wel eens zijn gehouden.
Ségur-le-Château: dorp van magistraten
Saint-Robert: dorp op de grens van Perigord, Limousin en Quercy ***
Kerk
Het aanzicht van de kerk vanaf het parkeerterrein is klassiek genoeg, een toren met twee zijbeuken, maar eenmaal binnen blijkt het schip rond van vorm en omgeven door pilaren te zijn, een detail dat het interieur speelser maakt dan de strenge façade. Er is een fraai houtgesneden Christusfiguur uit de dertiende eeuw te bewonderen, maar de voornaamste reden om St. Robert te bezoeken ligt buiten.
Aan de zuidkant van de kerk bevind zich een getrapte tuin die eindigt boven de stadswal en vrij uitzicht heeft op de vallei richting Brive en op een markante tegenoverliggende heuvel het stadje Ayen. Vanaf deze kant bied de kerk een totaal ander en mooier aanzicht. Kijkend richting het oosten zien we delen van de stadswal met op de hoek het indrukwekkende dak van het Chateau d’Aragon
Stadspaleisjes
Wandelend richting het oosten dalen we een steegje af met aan beide zijden huizen opgetrokken in de kenmerkende gele zandsteen, en al snel worden de huizen groter en voornamer met links en rechts stadspaleisjes waaronder dat van de schrijver van “jules et Jim”, dat later verfilmd is door Truffaut. Net buiten de stadspoort aan de rechterkant het chateau d’Aragon, een idyllisch kasteeltje uit de veertiende eeuw.
Op het plein bij de kerk vind u nog een bakker, een kruideniertje en een restaurant, en het begin van een wandeling van 7 km, die ook per fiets is te doen, mits voldoende getraind. De omgeving is betoverend mooi. Uitgebreide bossen worden afgewisseld met een open heuvel-landschap waar het overal aanwezige water een hoofdrol opeist. Op de riviertjes kan je bovendien uitstekend kanoën.
Het vlakbij gelegen Ayen en vooral Ayen-bas zijn ook een bezoekje waard, met in Ayen-bas een chateau en een abdij uit de twaalfde eeuw. Nemen we de eerder genoemde weg richting de Dordogne dan zijn we al snel bij chateau Hautefort, een oorspronkelijk middeleeuwse burcht die in de zeventiende eeuw is verbouwd tot pronk kasteel met indrukwekkende tuinen. Het kasteel heeft tevens een befaamde collectie meubels uit de zeventiende en achttiende eeuw.
Gargilesse-Dampierre: bijzonder dorp met kasteel in de Limousin ***
Deze tocht is best aardig overigens want het landschap is hier licht glooiend en heerlijk om in te rijden. Ons gezin vond het ook wel prima en is ook wel gewend aan het bezoeken van een dorpje.
Omdat het een zaterdag was, was het best druk in het dorp. We hadden dan ook moeite om een parkeerplek te vinden. Die vonden we aan de andere kant van Gargilesse-Dampierre en reden dus al eerst door het dorp en dat is altijd wel een beetje jammer. Ik zie een dorp de eerste keer liever te voet.
Kasteel
Ons doel was het kasteel en daarvoor moesten we eerst door het dorp met zijn gezellige en vriendelijke straatjes. Het kasteel ligt een beetje boven het dorp en heeft een heerlijke poort, precies zoals je van een kasteel verwacht. De twee kloeke torens die de toegang begeleiden lijken gebouwd voor de eeuwigheid en ook de gevel met zijn schietgaten zijn helemaal goed. Maar het juweel van het dorp ligt daarachter, onder de kerk die oorspronkelijk bij het kasteel hoorde.
De romaanse kerk heeft een aantal vreemde kenmerken. Zo is heeft het naar verhouding een kort schip en is het koor zevenhoekig en dat zie je bijna niet in Frankrijk. Binnen vind je meer dan honderd verschillende kapitelen die Bijbelse voorstelling laten zien. Nu is mijn bijbelkennis niet heel goed maar het is altijd leuk om het een beetje te testen. Ik kwam niet zo heel ver dit keer.
Onder het altaar bevindt zich de crypte en daar kan je mooiste schat uit dit dorp vinden. Bijna alle wanden zijn namelijk versiert met fresco’s uit de dertiende eeuw die er nog uitstekend uitzien. Dit gebeurde al wel vaker in die tijd maar in de loop der eeuwen zijn bijna allemaal vernietigd, uit elkaar gevallen of verbleekt. Een Fresco, een schildering waarbij de verf op natte kalk wordt aangebracht, is nu eenmaal heel kwetsbaar.
Hier zijn ze dus nog erg gaaf, tot op een zekere hoogte tenminste. Hier kan je uitstekende de figuren zien en niet half, maar helemaal. Hoewel we niet heel veel tijd hadden heb ik hier toch een tijdje gestaan om de tekeningen op mij in te laten werken. Zo vaak heb je niet de mogelijkheid om het werk van dertiende-eeuwers zo direct te bekijken. Hier kan het en je hoeft alleen maar naar binnen te lopen. Zeker even naar de kerk als je er bent!
Hoewel de schilders rond 1250 zich waarschijnlijk geen kunstenaars hebben gevoeld, schilderen werd gezien als een ambacht, waren zij wel de eersten die in het dorp kunst maakten en daarmee begonnen ze, onbewust waarschijnlijk, een lange traditie die nu altijd nog voortduurt.
Al was er een lange pauze in deze traditie. Pas aan het einde van de negentiende eeuw trokken de kunstenaars massaal uit de grote steden als Parijs om zich te laten inspireren door de natuur en de eenvoudige leven op het platteland. Deze beweging, die is ingezet door de impressionisten zoals Monet, Renoir, Degas en Cézanne, zou nooit meer ophouden en tot vandaag zoeken kunstenaars inspiratie op het Franse platteland.
Ook in Gargilesse-Dampierre streken er verschillende kunstenaars neer. De bekendste daarvan is ongetwijfeld Serge Delaveau die hier woonde en werkte. In het plaatselijk museum hangt een flink aantal werken van hem en het is een aanrader om daar even naar binnen te lopen, de toegang is gratis.
Bloedbad
In de Tweede Wereldoorlog is het dorp het decor van een dramatisch verhaal. In de Limousin was het Franse verzet behoorlijk goed georganiseerd. Bij het Franse verzet moet ik altijd direct denken aan ‘Allo, Allo’ maar hier ging het toch wel wat serieuzer aan toe.
Deze Maquis maakte het de Duitsers behoorlijk lastig met guerrillatactieken en dat was de bezetter een doorn in het oog. In juli 1944 weet het Duitse leger een groepje in te sluiten in dit dorp en maakt korte metten met ze. Dit gebeuren gaat de geschiedenisboeken in als de Slachting van Gargilesse-Dampierre.
De mooiste plekken van de Limousin
De regio Limousin ligt in het hart van Frankrijk en is niet zo heel bekend bij Nederlanders. De hoofdstad Limoges is voor veel mensen niet veel meer dan het teken dat de Dordogne niet heel erg ver meer is en de kans op een dikke file (bouchon). En zoals je kunt verwachten schrijf ik hier […]
Oradour-sur-Glane: dorp als monument van de waanzin *****
Wat vond er plaats in Oradour-sur-Glane? Het dorp zou nooit in de geschiedenisboeken zijn gekomen als de 2de SS pantserdivisie ‘Das Reich’ niet op zaterdagochtend 10 juni 1944 het dorpje omsingelde en alle aan- en afvoerwegen afsloot. De Duitsers kwamen uit het zuiden en gingen richting Normandië om de Amerikanen en de Britten te bestrijden.
Bij Montauban had het uitgerust van de inspanningen van het oostelijk front en was het aangevuld met nieuwe rekruten uit Roemenië, Hongarije en, opvallend genoeg, ook uit de Elzas. Deze laatste werden door de Duitsers niet gezien als Fransen, maar als volkduitsers en hadden in 1940 een Duits paspoort gekregen.
Race naar Normandië
De tocht naar het Normandië was niet zonder gevaar. De divisie startte bij Montauban en de route leidde door de Dordogne en de Limousin. Nu een aangename rit over de A20 maar in het voorjaar van 1944 was het een haardvuur van verzet. Het Franse verzet, of althans dat gedeelte dat naar Londen luisterde, had de opdracht gekregen om de tankdivisie zo lang mogelijk op te houden want het geallieerde leger in Normandië was net geland en nog zeer kwetsbaar. Een goed uitgeruste en getrainde tankdivisie had in principe genoeg slagkracht om ze terug de zee in te jagen.
In Tulle waren de bezetters al compleet verjaagd en de Duitse divisie kreeg dan ook de opdracht om deze stad te heroveren. Dat laatste was niet nodig want de stad was al ontruimd door het verzet voordat de Duitsers arriveerden. Dit gebaar stond echter een bloedige vergeldingsactie van de SS divisie niet in de weg. De SS ging er helemaal los en tijdens een orgie van geweld werden honderden mannen opgeknoopt.
Weer op weg naar het Normandië kwam één van de SS generaals in handen van het verzet waarna de divisie een klopjacht op poten zette. Toen dit niet snel tot succes leidde, omcirkelde de leiding van de divisie op de kaart een dorpje even ten westen van Limoges; Oradour sur Glane.
Bloedbad
Op zaterdag 10 juni 1944 naderden de mannen van de SS het dorp. Het was een zonnige dag en in Oradour stonden de mannen te wachten voor de distributie van de tabak toen de eerste SS-ers het dorpsplein opreden. Daarna ging het allemaal heel snel en volgens een draaiboek dat werd gebruikt bij het vernietigen van dorpen in Rusland.
Alle inwoners werden verzameld, waarna de mannen van de vrouwen werden gescheiden. Niet veel later werden de mannelijke inwoners doodgeschoten. De vrouwen en kinderen werden vervolgens in de kerk opgesloten, die werd opgeblazen, en de rest van het dorp werd verwoest. In een paar uur werd een compleet dorp met koelbloedige efficiëntie verwoest. 642 mensen vonden die dag de dood, slechts zes dorpelingen wisten te ontsnappen.
Herinneringscentrum
Het dorp is na de oorlog een kilometer verder opnieuw gebouwd. Wij bezochten het dorp op een warme dag in augustus. In 1999 is er een ondergronds herinneringscentrum gebouwd met een enorme parkeerplaats. Deze was opvallend rustig toen wij onze auto parkeerden want, zoals het goede Nederlanders betaamt, arriveerden wij rond de middagpauze en dan zitten de Fransen te eten.
Het centrum was gelukkig open en zo konden wij naar binnen om kaartjes te kopen. Het gebouw ligt voor een groot gedeelte onder de grond en is enorm. Het bovengrondse deel is opgetrokken uit cortenstaal en doet zeer modern aan. Omdat de ingang aan de andere kant van de weg ligt dan het verwoeste dorp, stoort het niet. Het is misschien niet heel mooi, maar het is zeker indrukwekkend.
Binnen is het donker en wordt aan de hand van foto’s, films en ander audiovisueel materiaal de geschiedenis van het dorp en de Tweede Wereldoorlog verteld. Een prima tentoonstelling in een moderne omgeving, niets mis mee. Om het dorp te bereiken, loop je door een enorme betonnen tunnel die onder de weg D3 doorloopt. Ook dit is indrukwekkend en het geeft je het idee dat je door de tijd terugloopt. Zo zal de architect het ook bedoeld hebben, denk ik.
Eenmaal uit de tunnel sta je direct tussen de verwoestingen. Als er iets bestaat als historische sensatie die je kan voelen, dan is het hier. Ik heb dat op meerdere plekken gevoeld zoals Carcassonne, de loopgraven in Noord-Frankrijk en in Sachenshausen. Natuurlijk weet je dat hier iets heel droevigs is gebeurd en dat het vooral iets is dat je zelf voorstelt en iets wat in je hoofd afspeelt. Maar dat neemt niet weg dat het toch een zeer sterk en bijzonder gevoel is.
Het dorp is redelijk groot en het is inderdaad zo dat je het gevoel krijgt dat de bewoners plots zijn verdwenen. Wat natuurlijk ook zo is. De auto van de dokter staat nog midden op een plein, de naaimachines in de winkel en in de garage staan auto’s. Je wordt er heel droef van. De meeste gevels staan nog rechtop, maar de rest van de huizen zijn compleet verwoest.
Ook de tramrails en bovenleidingen zijn nog intact. Deze tref je vlakbij het kerkje, daar waar de vrouwen en kinderen de dood vonden. Indrukwekkend is ook de begraafplaats.
Nadat ik een beetje van de droefheid die dit monument uitstraalt was bekomen, merkte ik op dat deze ruïne nog op een hele andere manier interessant is. Het dorp vertelt namelijk niet alleen het verhaal van de 10de juni in 1944, het is tevens een tijdscapsule. Met een andere blik zie je ook hoe een dorp in de eerste helft van de twintigste eeuw eruitzag. Er zijn bijna geen auto’s en die er wel zijn, zijn heel erg klein. Opvallend is ook de hoeveelheid naaimachines die in veel huizen staan en ook de grote hoeveelheid waterpompen in de straat is niet meer van deze tijd.
Toch blijven de gebeurtenissen in de oorlog een hoofdrol spelen als je door de straatjes van Oradour loopt. Het is een zeer bijzondere plek die, als je er gevoelig voor bent, je nooit zal vergeten.
Schuldigen
Ook al is het al meer dan een halve eeuw geleden, de geschiedenis van Oradour is nog niet helemaal voorbij. Eén van de grote onbeantwoorde vragen blijft waarom de SS dit bloedbad heeft aangericht. Dat is nog altijd niet duidelijk. De SS divisie heeft lang in het oosten gevochten. In Rusland was het uitmoorden van een dorp voor de Duitsers routinewerk. Je zou kunnen zeggen dat deze manier van oorlogvoeren een soort van gewoonte was geworden. Maar dat verklaart nog niet waarom de SS juist Oradour uitkoos. Het dorp stond niet bekend als een bolwerk van verzet.
Maar wellicht komt er toch een antwoord op deze vraag want de Duitse justitie maakte bekend dat ze een man hebben opgespoord die bij het bloedbad aanwezig zou zijn geweest. Hij zou wellicht iets kunnen zeggen over de motieven van de moordpartij. Helaas werd deze rechtszaak wegens gebrek aan bewijs in december 2014 niet doorgezet. Het blijft dus voorlopig een raadsel waarom juist dit dorp werd uitgemoord.
Tot slot was Oradour sur Glane niet het enige dorp dat op 10 juni 1944 werd verwoest. In Griekenland viel de SS het dorp Distomo aan waarbij meer dan tweehonderd burgers de dood vonden. Een bizar toeval.
Mortemart: dorp in de Limousin met twee kloosters *
In de Middeleeuwen lag het dorp in de Limousin lang in de frontlijn van de Honderdjarige oorlog. De Engelse koning vond dat hij recht had op de Franse troon, maar de Franse koning dacht daar toch anders over. Gevolg was een oorlog die maar liefst honderd jaar zou duren. De Engelse koning had het zuidwesten van Frankrijk stevig in handen, terwijl de machtsbasis van de Franse vorst Parijs en omgeving was. Logisch dat de gevechten vaak in de Limousin plaatsvonden.
Voor wie er oog voor heeft, zijn de gevolgen van dit geweld na zeshonderd jaar nog altijd te zien. Of eigenlijk niet te zien. In Mortemart stond ooit een machtig kasteel die de omgeving beheerste. Die is er nu niet meer al kan je in het dorp nog altijd de resten van de burcht zien.
Klooster en kerk
Opvallend voor zo’n klein dorp is de aanwezigheid van twee kloosters. Het augustijnenklooster stamt uit de veertiende eeuw en ligt naast de kerk. Helaas is het klooster niet te bezichtigen. De kerk wel en die is een bezoek waard. De klokkentoren is opvallend met zijn vreemde spits. Binnen vind je een mooi altaar uit de barok. Bijzonder zijn de koorbanken die zijn uitgevoerd met een puik kunstje houtsnijwerk. Dat is altijd mooi om even goed te bekijken. Tegenover de weg staat een karmelietenklooster. Leuk is dat je hier kan overnachten.
Het dorp heeft verder fraaie huizen die zijn opgetrokken uit graniet. Op het dorpsplein staat een grote houten overkapping waar vroeger de markt onder werd gehouden. Daarnaast een terras waar je rustig het kalme dorpsleven kan observeren onder het genot van een gekoeld glas rosé, geen slecht idee natuurlijk.
Met Mortemart is niet zoveel mis, maar een bezoek aan dit dorp zal zeker niet je hele leven bij je blijven. Naast de twee kloosters en de kerk is het niet echt bijzonder en ook het landschap is niet spectaculair hoewel de natuur wel uitnodigt voor een antwoord. Als je in de buurt bent kan je je er een uurtje vermaken, maar het is geen omweg waard.
Saint Benoît du Sault: prachtig dorp bij Limoges **
Prachtig Frans dorp
Saint Benoît du Sault heeft genoeg winkels, een bakker en een slager, voor een eenvoudige lunch. Als je uit eten wilt kan dat natuurlijk ook. Volgens de groene gids is er ook een betaalbare Chambre d’hotes. Je kan er dus eventueel ook een nachtje slapen.
Het dorp ligt in een bocht van de rivier Portefeuille, waardoor het eigenlijk op een schiereiland in de rivier ligt. Een goede strategische ligging dus en dat doet vermoeden dat de Romeinen hier zijn geweest. En dat klopt, want de Romeinen stichtten hier een nederzetting genaamd Salis.
Handel in het dorp
In de tiende eeuw werd hier door de Benedictijner monniken een priorij gesticht. Deze heilige was in die tijd enorm populair waardoor het hele plaatsje
maar naar hem werd vernoemd. In de vijftiende eeuw kreeg Saint Benoît de economische wind mee, wat de bouwlust behoorlijk stimuleerde. Al snel werd het een regionaal handelscentrum met internationale allure. Dat kan je tenminste concluderen uit het feit dat er in die tijd een heuse Portugese wijk werd gebouwd waar nu nog de straatnamen aan doen herinneren.
De straatjes in het centrum zijn charmant en heerlijk Frans. Voor de huizen staan bloempotten waardoor de hele boel een vrolijk karakter krijgt. De bewoners maken er echt iets van. De kerk stamt uit de elfde eeuw en is in de veertiende eeuw behoorlijk verbouwd. Verder is hij niet bijzonder. Dat kan je wel zeggen van het uitzicht vanaf het terras voor de kerk. Dat is ook de perfecte plek om een stokbroodje te eten met het liefst een le Pouligny-Saint-Pierre, een geitenkaasje uit de Brenne, een streek die vlakbij het dorp ligt. Maar een goede Camembert mag natuurlijk ook. Onze favoriet uit het standaardassortiment is ‘La Rustique‘, want die heeft de meeste smaak. Maar er zijn er natuurlijk die nog lekkerder zijn, maar die zijn ook duurder en lang niet overal te krijgen.
In de omgeving
Wij zijn na ons bezoek direct de A20 weer opgedoken en richting Hazeldonk gereden. Het mooie dorp ligt in zo’n typische streek in Frankrijk waar je voorbij rijdt op weg naar het zuiden. Dat is eigenlijk jammer want de streek is buitengewoon mooi en je kan er buitengewoon lekker eten. In de directe omgeving van Saint Benoît du Sault ligt het dal van de Anglin en die van Abloux met flink wat kastelen.
Ten noorden van het dorp ligt het Jardin des Merveilles, een botanische tuin met meer dan 4.000 planten. Nog iets noordelijker en je rijdt het Parc naturel régional de la Brenne in dat bekend is om zijn duizenden meren, in Frankrijk dan. Het gebied is prima te ontdekken op een mountainbike of een gewone fiets. Iets verder ligt het kasteel van Valencay. Genoeg te doen om hier een weekje de boel te verkennen en dat gaan we dan ook binnenkort doen. Het staat op onze bucket list!
Collonges la Rouge: rood dorp met kasteeltjes en heerlijk eten ***
In de zestiende eeuw ontwikkelde het mooie dorp zich tot een soort vakantieplaats. De toenemende bestuurlijke elite van de burggraaf vond het een prima plek om ’s zomers te verblijven. Dit ging gepaard met een toenemende bouwlust, waarvan de mooie huizen en de kleine kastelen die in het dorpje te vinden zijn getuigen.
Een mooi voorbeeld hiervan is Castel de Vassinhac. Dit kasteeltje is gebouwd aan het einde van de zestiende eeuw door de toenmalige heer van het dorp. Het kasteel heeft mooie peperbustorentjes en is bedoeld als paleis. De schietgaten in de torens zijn dus niet voor de verdediging maar vooral voor de sier. Naast dit kasteel zijn er nog veel meer mooie panden in het dorpje te bewonderen.
Van de oorspronkelijke kerk uit de achtste eeuw is niets meer over. De huidige kerk stamt uit de elfde en twaalfde eeuw en is in de zestiende eeuw versterkt. Kennelijk was dat nodig in die tijd. Wij bezochten het dorp op een mooie zonnige dag in mei. Bij het benaderen van de kerk vielen er twee dingen direct op: de plompe Romaanse bouw van met name de kloeke klokkentoren én het tympaan boven de hoofdingang.
Dit tympaan is zeer eenvoudig van opzet en een goed voorbeeld van de Romaanse kunst in deze streek. Het heeft niet de dynamiek van dat in de Adbijkerk in Vézelay, maar wel een bepaalde schoonheid in zijn eenvoud. De geleerden zijn er niet helemaal over eens wat het precies voorstelt, maar de centrale figuur in het midden is Jezus. Wat verwacht je anders? Er is twijfel of de Heer nu opstijgt naar de hemel of dat hij juist terugkomt. Wie het weet mag het zeggen!
Bij het wandelen door het dorp zijn hier en daar nog overblijfselen te zien van de muur die de priorij heeft beschermd tegen allerlei gevaren van buitenaf. Zo zijn er nog een aantal poorten te vinden en hier en daar nog een toren. Samen met de mooie huizen geven de muren het dorp een uiterst intieme en charmante uitstraling. In de straatjes zijn hier en daar wat winkeltjes en een galerie te vinden.
Eten en drinken
Bij mooi weer, en dat heb je nog wel eens in deze streek, heeft Collonges la Rouge genoeg terrasjes waar de innerlijke mens goed aan zijn trekken kan komen. Waar ik altijd heel blij van word, zijn de restaurantjes met een terras dat niet direct aan de openbare weg ligt. Je loopt dan langs een muur waarachter zachte eetgeluiden te horen zijn. Soms gaan deze gepaard met de lekkerste geuren en als je voorbij bent gelopen en je werpt een blik naar achteren dan ontdek je net een inkijkje waar je de mensen achter de dampende schalen ziet genieten. Prachtig!
En reken maar dat het de moeite waard is wat er op tafel staat. Het dorp ligt in een streek met een zeer goede keuken. Een hoofdrol speelt hier de gans, met het door de Fransen zo geliefde foie gras, dat je eigenlijk niet mag eten wegens de zeer dieronvriendelijke productie, maar wat o zo lekker is.
Ganzenbord
De rol die de gans in dit gebied speelt, komt erg leuk tot uiting bij La Grange aux Oies, een reusachtige versie van het spel ganzenbord tussen notenbomen. Bij de ingang krijg je een dobbelsteen en wordt aan de hand van het spel de functie en geschiedenis van de gans in de streek uitgelegd. Het laatste vakje, nummer 63, bestaat uit een schuur waar heerlijke streekgerechten staan te wachten om te proeven. Erg leuk om met kinderen te doen.
Dankzij zijn ligging is Collonges la Rouge prima te bezoeken als je op doortocht bent. Als je niet zo ver meer hoeft op de A20 en je een uurtje kan missen, dan is het geknipt voor een tussenstop. Dat geeft een ultieme ‘weg langs de snelweg’ gevoel en veel beter dan zo’n dichtbevolkte aire.