
Grignan Het mooiste Renaissance kasteel van het zuiden
Het kasteel was lang zetel van de machtige lokale familie Adhemar. Toen in de zestiende eeuw de vesting geen militair doel meer had besloot de familie het om te toveren tot een prachtig Renaissance paleis. Dat is goed geslaagd want het geldt nu als het mooiste Renaissance kasteel van Zuid-Frankrijk.
In de middeleeuwen ontstond er rond de burcht een drop en dat is nog altijd goed terug te zien in het huidige straatpatroon. Je kan er dan ook heerlijk door heen slenteren of lekker een glas nemen op één van de vele terrassen.
De kerk die bij het kasteel staat is ook interessant en het loont de moeite om deze even te bekijken. Het kerkplein is bereikbaar door twee fraaie trappen. De kerk is letterlijk tegen de berg aangebouwd en dat is ook de voorgevel te zien; de linker van de twee torens ‘leunt’ tegen de rots. Deze toren is puur voor de sier want alleen de andere toren heeft klokken. De stijl van de kerk is half gotisch en half Renaissance en dat is altijd een spannende combinatie.
Binnen is het duidelijk dat de laatste stijl hier heeft gewonnen. Het interieur is licht en heeft mooie classicistische elementen die elegant worden geaccentueerd door bladgoud. De mooie ronde ramen hebben een bijzondere vorm en verdienen daarom ook de aandacht. Tot slot is het bijzonder dat je op het dak van de kerk kan lopen want daar is een groot terras waar je een prachtig uitzicht hebt op het dorp en het landschap. Let daarbij even op de regenafvoer die zijn versiert met dierenkoppen, net zoals het kasteel van Chambord dat heeft.
Naast het kasteel en de kerk is er in het dorp een miniatuur dorp te zien en dat is natuurlijk leuk voor kinderen, maar ook voor volwassenen. Met meer dan zeventig huisjes en duizend verschillende figuren is een compleet dorp uit de Provence nagebouwd bij Le Village Proveçal Miniature.
In juni en juli is Grignan op zijn mooist omdat dan rondom het dorp de lavendelvelden in bloei staan. Je waant je dan in een ansichtkaart en elke foto die je maakt ziet er direct zo uit. Dat zijn dan ook de beste maanden om het dorp, en tevens de streek, te bezoeken.
Het dorp heeft sinds 2019 het predicaat ‘Plus Beaux Village de France’.
Video van Grignan
E-Magazine
Kaart van Grignan en omgeving
Les plus beaux villages de France weergeven op een grotere kaart
In de buurt van Grignan
Abbaye de Sénanque: het mooiste klooster van Frankrijk *****

Het kloostercomplex doemt in één keer op als je de binnenweg vanuit Gordes neemt.
Maar goed dat geldt niet voor dit klooster. Wij zijn er vaak geweest en elke keer keer word ik weer heel blij. De combinatie van het ruige landschap, de droge natuur, de lavendeltuinen en de Romaanse architectuur maakt mij iedere keer weer vrolijk en gelukkig.
Alleen de weg naar het klooster is al een feestje. Vanaf Gordes heb je het mooiste uitzicht op de abdij maar ik vind de weg (D4 en dan D177) vanuit Venasque eigenlijk mooier. Hier rij je door een mooie nauwe kloof en zo krijg je een beetje het gevoel dat je naar een verborgen plek gaat en dat maakt het extra speciaal.
Cisterciënzer klooster
Sénanque is een cisterciënzer klooster en die liggen altijd afgelegen. Dat is geen toeval en het ligt zelfs aan de basis van orde die in elfde eeuw is opgericht. De orde was een reactie op de Benedictijnse kloosters die door succes zich steeds minder richtte op hun geestelijke taken. De cisterciënzers wijzen alle luxe en welvaart af en leven zoveel mogelijk in eenzaamheid. Zo, is het idee, leef je een leven dat het meest lijkt op die van Jezus.
De cisterciënzers kloosters die in de loop van de twaalfde eeuw werden gesticht zijn dus allemaal gebouwd op zogenaamde ‘woeste gronden’; een afgelegen plek en het liefst op grond waar landbouw niet makkelijk is. Deze eenvoudige en harde manier van leven is ook terug te vinden in de architectuur van de kloosters. De kerken en gebouwen van de cisterciënzers hebben bijna geen versieringen maar slechts duidelijke en eenvoudige vormen die samen met de natuurlijke omgeving bijna altijd voor een unieke sfeer zorgt. Het zijn daarom altijd fascinerende plekken. In Bourgondië is ligt bijvoorbeeld Fontenay, dat ook mooi in de natuur ligt.

Het oudste gedeelte van de abdij is in de twaalfde eeuw gebouwd en heeft perfecte vormen en verhoudingen.
Voor de sfeer zit je wel goed bij de abdij van Sénanque. Het klooster ligt in een vallei waar ook de parkeerplaats is. Vanaf de parkeerplaats loop je vervolgens tussen de lavendelvelden. Nu ben ik er alleen in de zomer geweest maar met de kleuren en de geur van de bloemen, het silhouet van de bergen met op de achtergrond het klooster lijkt het alsof je in een ansichtkaart loopt. Zeker als het niet heel erg druk is, ’s morgens vroeg bijvoorbeeld, is het een heerlijke ervaring naar het klooster te lopen.
Er wonen nog altijd, of eigenlijk weer, monniken in het complex. Het zijn er niet heel veel maar het is toch mooi dat dit oude gebouw zijn oorspronkelijke functie terug heeft. Al moet ik er persoonlijk zelf niet aan denken om een monnik te zijn.
Bewogen verleden
De geschiedenis van het klooster is behoorlijk roerig met succes, tegenslag, hebzucht, verraad en moord en brand. Tegenwoordig zouden we er een reality soap van maken. Aan het begin van de twaalfde eeuw vestigden zich hier cisterciënzer monniken uit Mazan, leuk stadje trouwens, en dat blijkt een groot succes. De strenge leefregels inspireert veel gelovigen die zich aansluiten of doen een gift. Het klooster groeit snel en herbergt naast monniken ook lekenbroeders die voor de landbouw zorgen. Zo rond 1250 is Sénanque groot genoeg om een tweede klooster te stichten de Vivarais.
Probleem met succes
De rijkdom dat door het succes wordt vergaard is echter een probleem voor een cisterciënzers. Luxe is in strijd van met de strenge leefregels van de orde en dat was juist de reden om de orde op te richten. Het bloed kruipt echter toch waar het niet gaan kan en de bewoners van het klooster vervallen zo nu en dan in een decadent leventje.
Verwoesting

Het interieur van de kerk is net als de buitenkant uiterst sober uitgevoerd en doet zo recht aan de levenswijze van de cisterciënzer orde.
In de zestiende eeuw gaat het goed mis. In heel West-Europa was de religieuze spanning te snijden en ook in Frankrijk staat de boel op scherp. Katholieken en protestanten sloegen elkaar geregeld de hersenen in en ook Sénanque is niet aan dit geweld ontkomen. In 1554 plunderden de Waldenzen het klooster waarbij de boel grondig werd verwoest waarbij de geestelijken werden opgehangen. Zo ging dat toen.
Van dit bloedbad is het klooster eigenlijk nooit meer hersteld. Er gaan wel weer monniken wonen in de abdij maar het wordt er nooit meer zo druk. Aan het einde van de achttiende eeuw wonen er nog slechts twee broeders wanneer de Franse Revolutie uitbreekt. De revolutioneren nationaliseren al het kerkelijk eigendom en Sénanque wordt verkocht aan de hoogste beider. Gelukkig komt het complex in handen van iemand die de boel wil behouden en conserveren.
Halverwege de tweede helft van de negentiende eeuw komen de monniken weer terug en er wordt zelfs een nieuwe vleugel gebouwd. Maar de toekomst van het gebouw ligt niet in het religieuze en dat wordt pijnlijk duidelijk als in 1969 de vijf overgebleven monniken vertrekken. Ze kunnen het complex niet meer onderhouden. Er wordt een huurder gevonden die er een cultureel centrum van maakt. Het gebouw wordt opgeknapt, de tuin aangepakt en er worden concerten gegeven. Het wordt een succes en in 1988 komen zelfs weer de monniken wonen.
De mooiste
Ik vind het klooster van Sénanque één van de mooiste Romaanse bouwwerken en eigenlijk één van de mooiste gebouwen van Frankrijk. Het gebouw zelf, en dan met name het kerkje, is niet zo groot maar heeft perfecte verhoudingen. Daarbij hebben de bouwers gebruik gemaakt van eenvoudige vormen die we nog allemaal kennen uit ons wiskundeboek van de middelbare school. Deze hebben precies de goede grote en zijn vervolgens perfect op elkaar gestapeld. En dat is precies zoals de Romaanse bouwkunst bedoeld is.
Opvallend is dat versieringen niet te vinden zijn. Deze soberheid past heel goed bij de cisterciënzers want die orde schrijft een leven zonder luxe en genot voor. Uitzondering hierop is het kloosterhof waarvan de kapitelen zijn versierd. Voor de monniken moet dit zo’n beetje de enige vorm van entertainment zijn geweest, verder was het vroeg opstaan, hard werken, studeren en vooral veel bidden. Zelf het eten mocht niet te veel vreugde opleveren. Iets wat je je bijna niet kan voorstellen in de huidige Franse cultuur.
Ik weet dat de titel van dit artikel een pretentieus is maar ik wat ik heb gezien van Frankrijk is Sénanque een magische plek waar de eerlijkheid van de Romaanse bouwkunst perfect past in de prachtige omgeving. Als je in de buurt bent moet je jezelf niet te kort doen en deze bijzondere plek bezoeken.
Montbrun les Bains: dorp met badmogelijkheden in de Drôme ***

De poort van Montbrun les Bains.
De middeleeuwse gebouwen zijn vooral te vinden in het hoge gedeelte van het dorp. Montbrun bestaat grofweg uit twee gedeeltes. Het benedendorp is modern en daar bevinden zich de winkels, hotels, de baden, de campings en andere voorzieningen. Midden in het dorp is een kleine parkeerplaats waarna je na een kleine wandeling het oude gedeelte bereikt. Wie niet omhoog wil lopen, kan ook de auto kwijt boven op de berg maar dan moet je later weer klimmen als je het dorp hebt bekeken.
Pleintje met uitzicht
Het oude dorp is helemaal leuk. Je komt binnen door een poort die je via een klein straatje naar een heerlijk plein leidt. Hier is in de schaduw van de bomen een terras ingericht, compleet met loungebanken en prachtig uitzicht op het dal. In het dal ligt nog een mooi dorp, maar dat hebben wij niet bezocht want het is geen plus beaux village. Het dorp is wel mooi om naar te kijken terwijl je van je drankje geniet.
De wandeling gaat verder via nauwe straatjes en steile steegjes. Halverwege kom je een oude kerk met een fraaie klokkentoren tegen om uiteindelijk te eindigen bij het kasteel bovenop de berg. Helaas voor ons was de kerk dicht en werd het kasteel verbouwd. We werden bijna omver gereden door een grote vrachtwagen die zich met grote snelheid naar het kasteel haastte. Bovenaan de berg heb je een nog beter uitzicht en je kan er heerlijk picknicken onder de bomen.
Fonteinen
Bijzonder in Montbrun les Bains zijn de fonteinen. Er zijn er maar liefst veertien en de dorpelingen zijn er erg trots op. Wij hebben ze niet allemaal gezien, maar van één hebben we wat water gedronken. Het was redelijk warm weer en het smaakte prima. Er is zelfs een wandeling uitgezet die je leidt langs alle fonteinen. En de ware fonteinliefhebber kan zelfs een rondleiding krijgen waar alle geheim worden onthuld. Meer info bij de Office du Tourisme en de wandeling is ook online te krijgen en wel hier. http://www.escapado.fr/Sentier-des-Fontaines-a-Montbrun
Zoals eerder gezegd, was de dag dat wij het dorp bezochten vrij warm en besloten we het Piscine municipal te bezoeken. Gemeentelijke zwembaden zijn over het algemeen prima in Frankrijk en kosten over het algemeen niet veel. Ideaal voor een middagplonsje. Het zwembad in Montbrun bevindt zich in het nieuwe gedeelte bij de camping en vlak naast een fabriek waar lavendel wordt verwerkt. De geur die tijdens dit proces wordt geproduceerd is bijzonder.
Het zwembad zelf is een bijzonder fraai voorbeeld van midden twintigste-eeuwse architectuur. Het is onlangs opgeknapt, goed onderhouden en je hebt het gevoel dat je elk moment Brigitte Bardot tegen het lijf kan lopen. Er zijn vervelendere dingen in het leven. Op een mooie dag is het zwembad zeker een aanrader. Wie luxer wil, bezoekt het kuuroord waar allerlei verwenarrangementen worden aangeboden.
Ook al is Montbrun-les-Bains vrij klein, het dorp heeft voldoende mogelijkheden om je een dag te vermaken. Naast het dorp zelf en de mogelijkheden die de waterbronnen bieden zijn in de directe omgeving nog veel meer activiteiten te doen, zoals wandelen, canyoning en natuurlijk fietsen.
Lauzerte: mooi plein, lekker eten ***
Centrale plein
De rijkdom van toen is nog goed te zien aan de huizen die aan het centrale plein liggen. Het plein is uitgevoerd met een gallerij van bogen zoals je veel ziet in deze streek. Bij ons bezoek in juli was er op het plein een podium voor het jaarlijkse feest. Hoewel ik dol ben op dit soort feesten was het wel jammer.

Het centrale plein heeft rondom een bogengallerij zoals je veel ziet in deze streek.
Op het plein vind je wat terrasjes en leuke winkeltjes waar allerlei kunstzinnige zaken worden aangeboden want, net zoals bij veel dorpjes in deze omgeving, er zijn veel kunstenaars in het dorp. Je moet zelf maar kijken of er iets tussen zit. Vreemd was wel dat in één van deze winkeltjes mijn vraag, ik weet niet meer waarover, in het Nederlands werd beantwoord. Dat heeft altijd iets jammerlijks, ze zouden Nederlanders die in Frankrijk wonen moeten verbieden Nederlands te spreken tegen toeristen!

De gezellige straatjes in Lauzerte hebben genoeg schilderachtige hoekjes.
Rondom het plein barst het van de gezellige straatjes waar je heerlijk kan verdwalen. Loop je naar het zuiden dan kom je uiteindelijk op een groot terras waar je een schitterend uitzicht hebt over de landerijen rondom het dorpje. Vlak onder dit terras vind je de Jardin de Pèlerin, een tuin die in het teken staat van de pelgrimstocht naar Santiago de Compostella.

Jardin de Pèlerin
De tuin staat vol met bordjes met liedjes die tijdens deze tocht werden gezongen en natuurlijk allerlei bijzondere planten. Het is echt de moeite waard om daar even te kijken, zeker op een warme dag is de schaduwrijke tuin een prima plek om een stokbroodje met een stukje kaas te nuttigen.
Eten
Over eten gesproken, Lauzerte ligt in de streek van de foie gras, iets wat zeer lekker is maar dat je eigenlijk niet mag eten. Daarnaast kent de streek zijn eigen wijn AOC maar ook een AOC voor meloenen. Tijdens de tocht naar het plaatsje kom je langs uitgebreide boomgaarden met allerlei soorten vruchten. Even stoppen dus om perziken, abrikozen of een meloen voor de lunch aan te schaffen.
In de omgeving
Omdat Lauzerte net niet in het toeristische gebied van de Lot en de Dordogne ligt, sta je hier niet in de file met Nederlandse auto’s. Toch kan het hier in de zomer wel druk zijn. De Lot en de Dordogne bieden genoeg vertier om hier lekker een weekje vakantie te vieren.
Festiviteiten in Lauzerte
Zoals een goed Frans dorp betaamt, heeft Lauzerte in de zomer voldoende feesten en evenementen. In april is er een bloemenfeest. In de zomermaanden (juni, juli, augustus en september) zijn er talloze exposities waar het eerder genoemde plaatselijke kunstenaarsgilde zijn waar aanprijst. Natuurlijk ontbreekt ook een antiekmarkt niet op de agenda.
Gordes: droomdorp in de Provence *****

De doorkijkjes in het dorp zijn soms adembenemend.
Het dorp is al meer dan eens het decor geweest van een film. De bekendste is wel ‘A good year‘. Een mooi gemaakte film die je het best kan kijken op een regenachtige zondagmiddag. Je voelt je dan direct een stukje beter.
De mooiste route om Gordes te benaderen is vanaf het zuiden. Neem de D2 en sla af op de D15. Vanaf deze bochtige weg laat het plaatsje zich af en toe zien en zal je als chauffeur je niet moeten laten afleiden door het uitzicht.
Het laatste stukje naar het dorp maakt de weg een lange slinger waardoor je een prachtig uitzicht hebt op het dorp. In het dorp rij je direct een plein op met het kasteel. Aangezien het nogal druk kan zijn, moet je de auto iets verder in het dorp kwijt zien te raken. Moeilijk is dat niet want er zijn parkeerplaatsen genoeg, wel allemaal betaald trouwens.
Naast filmploegen zijn er in Gordes ook in de loop van de tijd tal van kunstenaars neergestreken. Als je door de straatjes loopt dan kom je veel winkeltjes tegen waar kunst en kunstzinnige zaken worden aangeboden. Als je goed zoekt en je niet gek laten maken door je vakantiegevoel kan je hier ook echt iets moois vinden.
Eten kan je in Gordes ook prima. Er zijn genoeg restaurantjes te vinden en in een steegje tegenover het kasteel vind je een redelijk goede bakker. De prijzen zijn heel toeristisch, maar ach.
Om de drukte een beetje te ontvluchten, loop je via de kerk naar beneden. De nauwe straatjes zijn soms best stijl, maar het is de moeite waard om even naar beneden te lopen, want daar wacht een mooi uitzicht op het dal. Wie doorloopt komt zelfs een klein openluchttheater tegen.
Kerkje
De kerk is somber van buiten maar verrassend kleurrijk van binnen. Het is voor een 21ste-eeuwer even wennen, maar in de middeleeuwen zagen alle kerken er van binnen erg kleurrijk uit. Het idee van schoonheid van witte beelden en stenen is typisch iets van deze tijd. In de middeleeuwen was een kerkbezoek één groot feest voor de ogen. Te meer omdat kleuren in het dagelijks leven niet veel voorkwamen. Het was gewoon te duur.
Kasteel

Gordes heeft gezellige straatjes met leuke winkeltjes.
Het op het centrale plein gelegen kasteel stamt uit de zestiende eeuw. In de twintigste eeuw werd het bewoond door de kunstenaar Victor Vasarely. Maar voor een overzicht van zijn werk kan je beter doorrijden naar Aix en Provence en het Foundation Vasarely bezoeken. Nu vind je er een museum met werken van de Vlaamse kunstenaar Pol Mara. Moderne kunst in een zestiende eeuws kasteel, het kan en het klopt ook allemaal in Gordes.
Village des Bories
Onderaan de berg ligt de Village des Bories, een negentiende eeuws dorp waar de woningen zijn opgetrokken in een stijl die werd gebruikt rond 5.000 v Chr. Het geeft een goed idee hoe de mensen in de Provence leefden in de prehistorie.
In de omgeving
In de Vaucluse verveel je je nooit. Wie in Gordes is, mag zichzelf niet een bezoek aan de Abdij van Sénanque ontzeggen. Dit cisterzienzer klooster is nog altijd in gebruik en ligt in een prachtige kloof vol met lavendelvelden. Iets verder ligt de Gorges de la Nesque. Niet zo enorm als de Gordes de Verdon, maar als je toch in de buurt bent, zeker het omrijden waard.

Als je een beetje doorloopt kom je zelfs in Gordes in de zomer nog mooie stille hoekjes tegen