Le Castellet ****Sfeervol dorp met uitzicht op de Middellandse Zee
Als Formule 1 fan kende ik het dorp Le Castellet alleen van het Formule 1 circuit. Ik heb er zelfs in 1987 de Grand Prix bezocht die werd gewonnen door Nigel Mansell in een Williams-Honda. Wat ik helemaal niet wist dat er naast het circuit ook een prachtige dorp ligt dat in 2022 een ‘Plus Beaux Village de France’ werd. Alle reden om een kijkje te nemen toen we in de buurt waren.
Le Castellet lag op een dik uur rijden van onze gîte. In Nederland vind je dat ver weg maar als ik in Frankrijk ben heb ik het gevoel dat het om de hoek ligt. Zeker omdat het leuk rijden is in de Var. Heerlijke wegen met fijne bochten die zijn neergelegd in een prachtig landschap. Ik hou er van.
Daarbij combineerden we het uitje met een bezoek aan de kust bij Bandol. Wij zijn niet zulke strandliggers maar zwemmen in de Middellandse Zee is altijd een traktatie. Dat ging helaas niet door want juist op deze dag was er een harde wind en het water was te wild om te zwemmen. Het was gewoon te gevaarlijk om te zwemmen, het was zelfs verboden en dat begin augustus.
Dat maakten ons niet veel uit omdat de hoge golven die zich stuk sloegen op de rotsen voor genoeg visuele spektakel zorgden. Daarbij waagden er een dappere golfsurfer zich in de zee en die had de dag van zijn leven. Dat hij er niet veel van bakte verbaasde ons niet want zoveel golven heb je normaal gesproken hier niet. We hebben ons een ruim uur vermaakt met dit schouwspel.
Maar terug naar Le Castellet. Het dorp ligt even ten noorden van Bandol (fijne rosé) op de top van een berg van 250 meter hoog. In Nederland is dat een flinke jongen maar in de Provence valt het amper op tenzij je er natuurlijk een dorp bovenop bouwt.
Le Castellet betekent natuurlijk kasteel (of vesting) en dat verklaart ook direct de plek waarop het dorp is gebouwd. Wij parkeerde onze auto op een parkeerplaats even buiten het dorp en moesten dus een stukje lopen. Dan zie je ook duidelijk dat het dorp uitstekend verdedigbaar is. De hoge muren en de kleine poorten zorgden ervoor dat de inwoners zich veilig hebben gevoeld.
Dat was nodig ook want het dorp lag tijdens de late middeleeuwen precies op het front van een oorlog tussen de graven van de Provence en de heren van Baux. Dit conflict heeft generaties lang geduurd en kwam pas in de vijftiende eeuw tot een einde.
De parkeerplaats ligt niet ver van het dorp op ongeveer 10 minuten lopen. Het is een prima maar je moet er wel voor betalen. Maar dan heb je ook wat want er ook een toilet. Hoewel het in het dorp niet heel druk was, waren wij wel de laatste die op het parkeerterrein werden toegelaten. Aan het andere kant van het dorp is nog een parkeerplaats.
Het centrum van het dorp is zo goed als autovrij en dat is maar goed ook. De straatjes zijn namelijk nauw en steil waardoor er helemaal geen plaats is voor auto’s. Bovendien zou het de sfeer behoorlijk verpesten, en juist de sfeer is hier uitstekend.
Het dorp bestaat voor een groot deel uit kronkelende straatjes, steegjes en zo nu en dan een pleintje. Dit alles wordt aangekleed door tal van kleurrijke winkeltjes waar lokale waar wordt aangeboden. Voor een groot deel is dat de voorspelbare toeristische spulletjes maar hier zijn ook winkeltjes te vinden die meer dan dat aanbieden.
Wij hebben een tijdje staan kijken bij een kaarsenmakerij waar schalen worden gemaakt van kaarsvet in de meest fantastische kleuren. Vanzelfsprekend zijn hier de nodige galeries waar plaatselijke kunstenaars hun producten aanbieden. En dat valt hier alles behalve tegen want de meeste creatievelingen in Le Castellet ontstijgen het gemiddelde met gemak.
Natuurlijk komt ook de innerlijke mens hier niets te kort, het is immers het zuiden van Frankrijk. Er zijn genoeg restaurants, bistro’s en andere eettentjes om je hart op te halen. Ook een goed bakker ontbreekt niet. Lekkere dingen zijn hier genoeg want het dorp ligt tussen de olijfgaarden waar zeer goede olie wordt gemaakt, volgens de inwoners van deze streek zelfs de beste van de wereld. Maar goed, ik vind Zaanse Mayonaise en Mosterd de lekkerste.
Ook de wijn mag niet worden vergeten. De AOC heet hier Bandol en de rosé, maar ook de witte wijn, is zeer goed. Ik zal niet zeggen de beste van de wereld maar toch wel heel lekker.
Bij een Frans dorp hoort een kerk en Le Castellet heeft er ook één. Midden in het dorp, bovenop de berg staat hij aan een klein pleintje. Het is duidelijk een oud gebouw maar ik heb niet kunnen achterhalen hoe oud precies. Binnen valt direct op de kerk maar één zijbeuk heeft, de noordelijke ontbreekt. Gezien de dichtgemetselde bogen lijkt het erop dat er ooit een zijbeuk is geweest. Verder is de ronde apsis (achterkant van de kerk) fraai. De kerk is niet overdadig versiert en omdat de muren niet gepleisterd is geeft het geheel een vrij ruwe indruk. Zeker even naar binnen lopen!
Panorama
Terwijl we weer afdaalde naar de parkeerplaats hebben we nog even stil gestaan op één van de terrassen om te genieten van het prachtige uitzicht. Vooral het panorama naar het zuiden is de moeite waard met op de achtergrond de mooie blauwe Middellandse Zee.
Video van Le Castellet
Beelden van Le Castellet
E-Magazine
In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.
Kaart van Le Castellet en omgeving
Les plus beaux villages de France weergeven op een grotere kaart
In de buurt van Le Castellet
Cap Blanc Nez: het mooiste panorama op het nauw van Calais ****
De namen klinken van deze kapen niet helemaal overtuigd Frans en dat zijn ze ook niet. Dit stukje Frankrijk is namelijk helemaal niet zo Frans als je zou denken. Het is eeuwen in handen geweest van Engeland en het behoorde zelfs heel even bij de Nederlanden.
Maar de namen zijn nog veel ouder en het woord Nez doet verdacht veel aan het Nederlandse Nes denken wat landtong betekent. Dat is geen toeval want de Deux Cap liggen in het gebied waar rond 800 na Christus Oudnederlands werd gesproken en waar, zoals de naam al doet vermoeden, onze huidige taal uiteindelijk uit voort komt.
Uitzicht Cap Blanc Nez
De noordelijkste cap van de twee, Cap Blanc Nez, is het spectaculairst. Het ligt op bijna 140 meter hoog en daarmee is het de hoogste punt van de omgeving. En dat staat garant voor één van de mooiste panorama’s die je in het noorden van Frankrijk kan vinden.
Als het mooi helder weer is tenminste. Ik heb deze plek twee keer bezocht en twee keer konden we tientallen kilometers ver kijken en dat is een traktatie voor je ogen. Het meest tot de verbeelding sprekend is dat je Dover kan zien liggen. En dan heb ik het niet over de witte rotsen maar de havenstad zelf ook.
Maar daarmee begint de pret pas. Als je eenmaal bent uit getuurd naar Engeland is het volgende wat je opvalt hoe druk het op het water is. Veer- en vissersboten, tankers, containerschepen, zeilboten en zelfs kano’s; alles komt hier voorbij. Het is dan ook het drukste stukje water van de wereld.
Calais
En dan is er nog Frankrijk zelf dat je kan bekijken. Calais is misschien niet de mooiste stad van deze streek maar vanaf een afstand en de juiste hoogte is het wel interessant. De havens, de stad en de veerboten die vertrekken en afmeren; er gebeurt van alles en dat is heel leuk om naar te kijken. Het gaf mij het gevoel alsof ik een bladzijde van een boek van Richard Scarry aan het bekijken was.
In het zuiden is een hoge en kilometers lange witte klif te zien met daarvoor een breed strand waar kleine figuren over bewegen. Vanaf het hoogste punt loopt er wandelpad naar dit strand. Wij hebben die niet gedaan maar mochten we nog een keer in de buurt komen dan is dit wel een uitstekende plek voor een wandeling. Al zou ik dan wel op het strand beginnen zodat je begint met klimmen.
Fossielen zoeken
Het strand is met de auto te bereiken via het dorpje Escalles. Hier kan je natuurlijk in de zomer je uitstekend vermaken met traditionele strandactiviteiten maar ook als het niet zo warm is biedt dit strand een nog leuker vertier; de witte kalk rotsen zijn overladen met miljarden fossielen. Na een goede najaarsstorm ligt het strand vol met ammonieten en die mag gewoon oppakken en meenemen.
Maar terug naar het uitzicht op de Cap. Het eerder genoemde Escalles ligt in heuvelachtig landschap dat op sommige stukken zelfs redelijk steil is. Vanaf de top van de klif ontplooid het landschap zich als een lappendeken en dat geeft een zeer aardig beeld.
Militaire geschiedenis
Omdat het zo dicht bij Engeland ligt en strategische waarde heeft, zijn militairen hier ook in de weer geweest. Als je goed kijkt is dat ook nog goed te zien.
Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog heeft Hitler, net als Napoleon trouwens, hier naar de overkant staan kijken. En dat geeft toch een beetje historische sensatie dat je op een plek staat waar de grootste slechterik van de twintigste eeuw heeft gestaan.
Hoewel de Duitsers in het najaar van 1940 nog een ernstige poging hebben gedaan om het luchtruim boven Engeland te veroveren is het nu voor historici wel duidelijk dat Hitler nooit echt geïnteresseerd was om het eiland te veroveren. Hij kon wel leven met de Engelsen als buren. Andersom lag dat echter anders en de Engelsen trokken het slecht dat de Duitsers de dienst uitmaakten in Europa. De blik van Duitsland richtte zich daarom al snel op het oosten en daardoor veranderende er veel voor deze streek.
Lag in 1940 de nadruk op een aanval op Engeland, vanaf 1942 lag werd de streek ingericht op het afslaan van de aanval van de andere kant van het water. Hoewel die uiteindelijk in Normandië plaatsvond, waren de Duitsers ervan overtuigd dat die bij Calais zou worden uitgevoerd.
Duitse bunkers
En zoals wij Nederlanders weten resulteerde deze angst in enorme bouwlust voor met name bunkers. De hele kust stond er vol mee en Eisenhouwer zag dan ook scherp dat een aanval hier zou eindigen in een drama. Een flink aantal van deze bunkers staan er nog en in een aantal zijn musea gevestigd. Een paar kilometer ten zuiden van Cap Blanc Nez staat er ‘Batterie Todt’ waar liefhebbers van oorlogstuig hun hart kunnen ophalen. Zo staat er een enorm stuk geschut dat bijna 90 kilometer ver kon schieten.
Hoewel de Engelsen en Amerikanen hier hun aanval op Europa dus niet zijn begonnen, zijn er wel flink wat bommen gevallen en dat is ook nu nog heel goed te zien. In de loop van 1944 wilden de geallieerden natuurlijk graag de Duitsers laten denken dat de aanval hier zou plaatsvinden en niet in Normandië.
Hiervoor hadden aan de andere kant van het water enorme legerkampen gebouwd met opblaasbare tanks en houten vrachtwagens. Vanuit de lucht zag het er uit alsof in Kent een enorme troepenmacht was samengetrokken. De Amerikanen stelden zelfs hun beste generaal, Patton, aan om dit papieren leger aan te voeren.
Maar het bleef niet alleen bij papieren kanonnen. De Amerikaanse en Engelse luchtmachten werden regelmatig ingezet om een bombardement uit te voeren op de Duitse stellingen. De kraters die deze bommen hebben gemaakt zijn nog altijd goed te zien in het landschap direct rondom Cap Blanc Nez.
Monument
Tot slot is er de top zelf die leuk is. Bij mooi weer is het er redelijk druk maar er is ruimte genoeg om alles goed te bekijken. Er staat een enorme obelisk ter ere van de mannen die zijn gevallen om het kanaal open te houden in de Eerste Wereldoorlog. Deze pilaar werd trouwens in 1940 snel verwijderd, zo werkt het natuurlijk ook.
Maar veel leuker is de natuur om je heen. De begroeiing doet denken aan onze Hollandse duinen met laag struikgewas waar tal van dieren wonen. Die worden bejaagd door talloze jachtvogels waar we lang naar hebben staan kijken hoe deze hun prooi vanuit de lucht aanvallen. Omdat je zo hoog staat vliegen de vogels op dezelfde hoogte of zelfs lager en dat is een bijzonder perfectief.