Tag Archief van: Klooster

Sainte-Croix-en-Jarez
Kloosterdorp ten zuiden van Lyon

Sainte-Croix-en-Jarez ligt tussen Vienne en Saint Étienne. Het dorp is gebouwd rondom een klooster dat in de dertiende eeuw is gesticht. De kerk van het klooster heeft interessante fresco's.

Het klooster is van de orde der kartuizers en dat doet de meeste mensen aan een kattenras maar het is dus ook een monnikenorde. De regels voor deze orde werden in de elfde eeuw opgesteld in het onherbergzame Massif de la Chartreuse, een bergachtig gebied ten noorden van Grenoble, niet zo ver weg vanaf Sainte-Croix-en-Jarez gezien.

De orde is zeer streng in de leer en dat is het nog steeds want het bestaat nog steeds al zijn er nog maar een hand vol kloosters, in het dorp wonen geen monniken meer. De monniken leefden als kluizenaars en de regels zorgden ervoor dat het allemaal niet te gezellig zou worden. Zo praten de monniken slechts één keer per week met elkaar en houden zich bijna de hele dag bezig met religieuze zaken.

Deze strengheid is terug te vinden in de architectuur van het gebouw. Om het contact tussen de leden zijn min mogelijk te houden zijn er enorm veel kleine kamers aanwezig. Hier konden de monniken in eenzaamheid bidden en studeren. Opvallend aan het klooster in Sainte-Croix-en-Jarez is de toegangspoort die eruit ziet als een burcht.

Sainte-Croix-en-Jarez

Zeker zien:

- Klooster
- Fresco's

Locatie:

open in maps

Locatie:

Open in maps

Eenmaal door de poort sta je op de eerste van twee binnenplaatsen die worden gescheiden door de kerk. Het koor van de kerk staat in verbinding met oude kapittelzaal waar fresco’s uit de veertiende eeuw zijn te bewonderen. Via de keuken kom je op de tweede binnenplaats. Deze is helemaal omringt door een kloostergang waar de cellen van de monniken op uit kwamen. Door de week kregen zij hun eten via een luikje naast de deur.

De cellen zijn nu ingericht als woningen en ook het gemeentehuis kreeg aan deze binnenplaats een plekje. Er is nog één cel bewaard gebleven en daar kan je zien hoe het allemaal bedoeld was.

Video van Sainte-Croix-en-Jarez

E-Magazine

In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.

Evenementen in Sainte-Croix-en-Jarez

Maart tot november
Schilderij- en beeldententoonstellingen
Pinksteren
Sportfeest met braderie
Juni
Schilderijtentoonstelling op straat
September en oktober
Klassieke muziek festival

Kaart van Sainte-Croix-en-Jarez en omgeving


Les plus beaux villages de France
weergeven op een grotere kaart
Semur-en-Brionnais-bourgondie-kasteel-paarden-dorp-1000

Semur-en-Brionnais: Bourgondisch dorp met een rijk verleden ***

Kasteel van Semur-en-Brionnais in Bourgondië, Frankrijk

Kasteel van Semur-en-Brionnais was in de middeleeuwen het bestuurlijke centrum van de streek.

Bij binnenkomst van het dorp hadden we een kasteel gezien en we besloten die kant op te lopen. Nadat we een paar straatjes te hebben doorkruist stonden we op het aardige plein voor het kasteel en wisten dat we goed zaten. Hoewel er een weg loopt over het plein zag het er heel gezellig uit. Er was een terras ingericht met verschillende plastic tafels waar een groot gezelschap en een stel Amerikanen zaten te lunchen. Vanaf het restaurant dat zich tegenover het kasteel bevindt, liep een vrouw met grote schalen goed ruikend voedsel druk heen en weer. Ik werd helemaal blij van dit tafereel.

Hoofdstad van de Brionnais

Semur en Brionnais was ooit de hoofdstad van de streek en vanaf hier regeerde een baron. Om de boel een beetje aanzien te geven deed hij dat vanuit een kasteel waarvan het Donjon uit de negende eeuw stamt en er voor een groot deel nog staat. Wellicht was het in die tijd een dergelijk optrekje ook handig om de vijanden van je af te houden. De twee ronde torens zijn minder oud, zij dateren uit de achttiende eeuw en dienden als gevangenis.

De bekendste inwoner van Semur is geboren in het Donjon, ene Heilige Hugo. Als zoon van de baron maakte hij carrière in de kerk en werd uiteindelijk abt van het grote klooster van Cluny en daarmee één van de machtigste mannen van West-Europa. Zijn zus deed het ook niet slecht want die trouwde met de hertog van Bourgondië, in die tijd al één van de machtigste mannen van Frankrijk.

Cluny

In Cluny stond het grootste klooster van Europa die honderden andere abdijen aanstuurde. Onder Hugo beleefde de orde van Cluny zijn hoogtepunt van zijn macht. De man stond zestig jaar aan het hoofd van de orde, was de peetvader van de Keizer en selecteerde de Paus uit zijn staf. Tot slot liet hij in Cluny de grootste kerk van West-Europa bouwen.

Kerk van Semur en Brionnais in Bourgondië, Frankrijk

De kerk Saint Hilaire heeft een eenvoudig vormen. De bogen in de toren hebben een mooie diepte werking.

Cluny is niet ver weg en ook in Samur is de invloed van de eens zo grote orde nog duidelijk te zien. Het kerkje Saint Hilaire staat een tweehonderd meter van het kasteel en is een prachtige voorbeeld van een Romaanse architectuur zoals Cluny het mooi vond. Vanaf het kasteel loop je door een steegje dat uitkomt op nog een plein met aan één kant hoge platanen. Aangezien het nogal warm was hebben we in de schaduw van deze bomen wat gegeten. Stokbrood met heerlijke ham en kaas en een goede melon stond er op het menu. Tijdens onze picknick kwam er ineens een hele colonne paarden uit een steegje die ging picknicken op het veld voor het kasteel.

Romaans

Na onze lunch hebben we de kerk eens goed bekeken. Het gaat hier om een Romaans exemplaar met redelijk eenvoudige wat gedrongen vormen. Dat kan ik wel waarderen. Het koor heeft een ronde kranskapel en op de vliering staat een kloeke achthoekige toren waarvan de bogen opvallen omdat die diepte geven. De vorm van de kerk is dan eenvoudig, dat wil nog niet zeggen dat het gebouw saai is. Op verschillende plekken zijn er allerlei versieringen aangebracht. Zo zijn er onder de daklijst allerlei gebeeldhouwde figuren te zien en als je goed kijkt zijn er meer van dit soort details te ontdekken.

Boven de west ingang is boven één van de deuren een tympaan met het laatste oordeel te zien. In het midden zit Jezus als rechter met de evangelisten om hem heen. Daaronder wordt de mensheid beoordeelt met aan de rechterkant de hel waar duidelijk een duivel is te zien. Het is een aardig tafereel en zeker de moeite waard om even te bekijken. De figuren zijn vrij grof en hebben niet de dynamiek zoals in bijvoorbeeld Conques. Binnen in de kerk valt het balkon onder het hoofdingang direct op. Deze wordt gedragen door een merkwaardige uitbouw die in een punt uitloopt, die doet denken aan een cornetto.

 

Belastingskantoor

Kamer in het oude belastingkantoor van Semur en Brionnais waar de gehate gebelle moest worden betaald

Kamer in het oude belastingkantoor van Semur en Brionnais waar de gehate gebelle moest worden betaald

Eenmaal uit de kerk lopen we terug naar het kasteel. In het eerder genoemde steegje staat aan de linkerkant een opvallend gebouw dat open blijkt te zijn. Er is niemand en achterin vind ik een enigszins versierde kamer met een grote lange bak. Een boord aan de muur leert dat ik mij in een belastingkantoor bevind en dat hier de gabelle werd geheven. Ergens in mijn achterhoofd wordt een verbinding gelegd met kennis uit de geschiedenisles op de middelbare school en zie ik in gedachte mijn leraar Vermeulen een enorm schema op het schoolbord tekenen. Alle stukjes vallen samen en ik weet het weer!

De gabelle was de belasting op zout dat meer dan eens tot opstanden heeft geleid. Zout was voor de uitvinding van het conservenblik een duur goedje omdat het één van de weinige manieren was om vlees goed te houden. De Franse koning bezat het monopolie en spekte daarmee de staatskas. Hier was het Franse volk niet blij mee, te meer omdat de adel en de kerk deze niet hoefde te betalen.

De bekende opstand kostte de koning letterlijk zijn hoofd en gaf Europa zijn huidige politieke vorm en onze huidige vrijheid; de gabelle was één van de oorzaken van de Franse Revolutie. Dit geeft deze vreemd versierde kamer in Bourgondië een historische waarde. Er zullen ongetwijfeld meer van dit soort gebouwen zijn in Frankrijk, maar die ken ik niet.

Luchtfoto van de abdij van Fontenay in Bourgondie Atout France/Daniel Philippe

Abdij van Fontenay: de schoonheid van verhoudingen en natuur ****

Luchtfoto van de abdij van Fontenay in Bourgondie Atout France/Daniel Philippe

De abdij vanaf boven gezien. Helemaal boven is de poort, in het midden het koosterhof met aan de linkerkant de kerk, rechts staat de smederij.

Het klooster staat op een prachtige plek midden in de bossen in een kleine vallei bovenop een beekje met forellen. Deze plek is niet toevallig gekozen en al helemaal niet omdat het er zo mooi is. Of beter nog omdat wij het er nu zo mooi vinden want de wildernis was voor een gemiddelde middeleeuwer vooral eng.

Waarom dan wel? De abdij is niet meer in gebruik, er wonen geen monniken meer, maar was ooit een onderdeel van de Cisterciënzer orde. Deze orde is in de elfde eeuw gesticht en heeft zijn oorsprong in de behoefte van de gelovigen om net zo te leven als Jezus Christus. Nu had je daar in die tijd tal voor manieren voor en één daarvan was om al je bezittingen los te laten en je in de natuur af te zonderen. Een mens is toch gewoon een sociaal dier en helemaal alleen heeft ook zijn praktische nadelen, zeker duizend jaar geleden. Oplossing was om met elkaar de afzondering te zoeken en zo ontstonden al in de vroege middeleeuwen groepen kluizenaars die gezamenlijk een vroom leven nastreefden.

Cisterciënzer orde

Kloosters bestonden in de elfde eeuw al en de meeste daarvan volgden de code van de heilige Benedictus. Deze man had in de vijfde eeuw een aantal regels opgesteld waar monniken naar moesten leven. Het bleek een doorslaand succes. Ondanks dat de Benedictijnen geen persoonlijk bezit mochten hebben werden de kloosters in Europa door giften enorm rijk en machtig. Daarbij was orde over heel Europa verspreid en vormde zo een goed georganiseerd netwerk. Het belangrijkste en grootste klooster stond in Cluny en de baas van deze tent, de abt, was in de elfde eeuw zo rijk en machtig dat de hij zelfs de Paus naar de kroon stak.

De abdijkerk van Fontenay

De Cisterciënzers bouwden hun kloosters midden in de natuur om ver zo ver mogelijk van de wereldlijke verleidingen te blijven.

Dit gaf naast allerlei politieke kwesties ook een geloofscrisis. Onder de gelovigen en monniken leefden steeds meer het gevoel dat het leven in deze kloosters toch niet helemaal leek op die van Jezus Christus. De stichting van de Cisterciënzer orde moet in het licht van deze ontwikkeling worden gezien. Daarbij was de Paus maar al te bereidwillig om een nieuwe kloosterorde een kans te geven. Als het niet was om de gelovigen dichter bij Jezus te brengen dan was het wel om de machtige en goed georganiseerde Benedictijnen een hak te zetten.

De nieuwe kloosterorde was zeer streng in de leer en de bedoeling was dat de leden zouden leven in armoede zoals Jezus en zijn gevolg dat ook hadden gedaan. Het dagelijks leven bestond uit bidden, bidden, studeren en heel slecht eten. Dit zou vandaag een matig populair concept zijn, maar in de elfde eeuw was het een hit. In een kleine eeuw ontpopte de Cisterciënzer orde zich als de mystieke leiders van het volk en waren er meer dan driehonderd vestigingen, hoofdzakelijk in Frankrijk en Italië.

Plaats van het klooster

Bij het bouwen van een nieuw filiaal van deze franchise werd er gekozen voor een plek ver weg van de bewoonde wereld. Mocht je dus een klooster bezoeken, of een ruïne daarvan, die in ’the middle of nowhere’ staat, dan kan je er donder op zeggen dat het er één is van de Cisterciënzerorde. Voor ons klinkt dit buitengewoon aantrekkelijk; terug naar de natuur, weg van het drukke leven om zo weer helemaal Zen worden. Zo zag de gemiddelde middeleeuwer het echter niet. De natuur was woest, gevaarlijk en vol met enge geesten en demonen. In de natuur wonen deed je in die tijd echt niet voor je lol.

Terug naar Fontenay. Het complex staat midden in de natuur en dat maakt het voor ons prachtig. Er heerst rust, als je de horde toeristen tenminste ontloopt. Met de hiervoor gegeven informatie in je achterhoofd kan je voorstellen hoe hier negen eeuwen geleden een groepje in habijten geklede mannen in de regen met blote handen het klooster hebben opgebouwd terwijl op de achtergrond het gehuil van grote groepen hongerige wolven te horen was. Om maar even een romantisch beeld op te roepen.

Of het echt zo is gegaan is zeer de vraag maar het resultaat mag er wezen. Het complex is geheel ommuurd en de ingang stamt uit de vijftiende eeuw. Het poortgebouw bevat tevens een kleine kapel en een bakkerij. Hier is een tentoonstelling waar de geschiedenis van het complex wordt verteld. Dit is uiterst smaakvol gedaan en het is ook een aanrader om hier even rond te lopen. Bij het verlaten van het poortgebouw kom je in de wereld van het klooster die niet doet denken aan de natuur buiten. De keurig onderhouden tuin, die veel later is aangelegd, vormt een soort van binnenplaats je voor je het klooster en de kerk hebt, aan de rechterkant een grote smederij en aan de andere kant een fraaie duiventil. Opvallend is dat de tuin vrij veel water aanwezig is. Dat is altijd zo geweest want het klooster is op een moerassig stuk grond gebouwd waar verschillende beekjes stroomde. De naam heeft ook iets met het water te maken. Voor de smederij is zelfs een waterval met daaronder een groot bassin. De waterkracht werd gebruikt in de smidse.

Smederij

De smederij is historisch interessant. Het geeft een goed beeld hoe in de pre-industriële samenleving zaken werden geproduceerd en het vertelt tevens het verhaal over hoe een klooster van de Cisterciënzer orde werd gerund. De monniken zelf mochten volgens de regels geen wereldlijke arbeid verrichtten. Zij hielden zich alleen bezig met de zielenheil van henzelf en die van de rest van de gemeenschap. De orde was echter zo populair dat ook niet geestelijke zich aansloten. Dit was aantrekkelijk omdat het klooster in principe niet werd aangevallen door allerlei geboefte en roofridders en het dus redelijk veilig was. Bijkomend voordeel was dat deze lekenbroeders bij het laatste oordeel natuurlijk een streepje voor hadden bij het opperwezen. Er zijn ook bronnen die melden dat de kloosters een wat agressievere manier van personeelswerving er op na hielden en waarbij complete dorpen onder dwang ter werk werden gesteld. Ze zullen niet de enige zijn geweest in die tijd.

De smederij bij het klooster van Fontenay met daarnaast een waterval

De smederij met daarvoor het grote bassin met een kunstmatige waterval.

Resultaat was dat de Cisterciënzerskloosters voor een groot deel selfsupporting werden. Het voedsel werd in de directe omgeving verbouwd of uit de natuur geoogst, er liep wat vee rond en gecombineerd met de betrekkelijke veiligheid ontstonden er midden in de natuur welvarende gemeenschappen. Omdat er in de directe nabijheid van Fontenay een ijzermijn is en er tevens genoeg waterkracht aanwezig is ligt het voor de hand hier iets mee te doen. En dat hebben de monniken ook gedaan. De smederij is fors en binnen hebben een aantal technische scholen een mechanisme nagebouwd waarmee met enorme hamers het ijzer kan worden bewerkt. Dit alles natuurlijk aangedreven door het stromende water. In de zomer worden hier dagelijks demonstraties gegeven.

Sobere schoonheid

Abdij kerk van Fontenay, Bourgondië

Het interieur van de kerk heeft prachtige afmetingen, mooie vormen en een uitstekende akoestiek. In de video hieronder wordt één van mijn favoriete muziekstukken hier gespeeld, al had het tempo wel iets hoger gemogen.

Allemaal heel leuk maar het meest interessant van het complex is toch de kerk met daaraan vast de slaapruimte en het kloosterhof. De kerk is zowel van binnen als van buiten uiterst sober ingericht. Hier geen druk beeldhouwwerk zoals we die kennen van de grote kathedralen in het Noorden van Frankrijk. Hier heersen pure vormen en juiste verhoudingen. En hoe! Het meest indrukwekkend is de kerk waar de afstanden in de ruimte helemaal goed zijn waardoor er een soort rust ontstaat en de kerk veel groter lijkt. Tel daarbij de uitzonderlijke goede akoestiek bij op en je staat versteld dat dit gebouw in de diepe middeleeuwen is gemaakt. Om de ruimte te ervaren heb ik hier een tijdje stil gestaan en dat zouden meer mensen moeten doen, vooral hedendaagse architecten.

Naast de kerk is er een kloosterhof en op de eerste verdieping de gemeenschappelijke slaapruimte. Deze laatste heeft een indrukwekkend houten plafond uit de vijftiende eeuw. Als je even de tijd neemt om het plafond te bekijken herken je een omgekeerd schip. Een mooi detail is dat de timmerlieden zelfs de mastvoet in het plafond hebben verwerkt. Ondanks dat het dormitorium weinig versieringen heeft is het net als het kerk van ongekende schoonheid. Ook hier zijn de verhoudingen perfect en het licht van twee kanten maakt het helemaal compleet.

Vanuit de slaapruimte kijk je op het kloosterhof en ook hier zijn de vormen en verhoudingen weer goed. Een verdieping lager is er een ook een aardige ruimte, de kapittelzaal met daarachter de werkzaal van de monniken. In deze ruimte, het scriptorium, kopieerden de monniken de manuscripten en verwerkte deze tot de beroemde boeken met hun prachtige handschriften die een vermogen waard zijn. Natuurlijk waren dit christelijke geschriften maar ook het werk van heidense auteurs zoals Plato en Aristoteles werden in de kloosters van West-Europa eeuwenlang keer op keer overschreven. Een zeer belangrijk deel van de kennis van ideeën uit de oudheid die wij nu kennen zijn in ruimtes als deze bewaard gebleven. Met dit in je achterhoofd is dit een bijzondere plek, zeker als je weet dat dit monnikenwerk werd gedaan zonder verwarming. Alleen de inkt werd verwarmd en dat gebeurde in de ruimte vlak naast het scriptorium. Verder mocht alleen in de bakkerij worden gestookt.

Slaapruimte in het klooster van Fontenay

Het plafond in het dormitorium is gemaakt van hout en heeft de vorm van een scheepsromp, compleet met mastvoet.

Kloosterhof

Het kloosterhof is zeker een bezoekje waard. In Fontenay is hij precies zoals je die in een klooster van de Cisterciënzerorde verwacht; vredig en rustig. Ook hier gaat de schoonheid om de verhoudingen en eenvoudige vormen maar hebben de kapitelen van de zuilen wel een versiering waarvan geen enkele het zelfde is.

De directe omgeving van het klooster nodigt uit voor een wandeling. Het pad dat langs het complex loopt is goed voor een aardige wandeling en als je op zoek bent een leuke plek voor een picknick dan kan je het best het beekje volgen vanaf de parkeerplaats. Het beekje splits zich verderop en is zelfs iets van een bron in de rotsen. Een perfecte plek om na een bezoek aan het klooster onder het genot van een stuk Epoisses, brood en een flesje eens over het leven te praten. De kinderen vermaken zich ondertussen met het water in de stroompjes. Wat een plek!

Het dorp Lavaudieu gezien vanaf de oude brug over de Sénouire

Lavaudieu: Romaanse bouwkunst in de Auvergne ****

Eenmaal uit het water liepen we richting de oude brug. Deze route loopt langs een lommerrijk pad waar we eerst een Frans gezin met een ezel tegenkwamen. In Frankrijk lijkt het helemaal in om met het gezin lopend langs campings te trekken waarbij de ezel de bagage draagt. Gezien de sfeer die op de gezichten van dit gezin te lezen was vraag ik mij af of het wel zo leuk is.

Leuker was de schilderles die even verder in de schaduw van de bomen werd gegeven. De meeste schildersezels, weer een ezel, waren even niet bezet want de kunstenaars in spe gingen net uitgebreid lunchen met een rokende barbecue, frisse salades en de nodige wijn. Een enkeling was nog ijverig bezig de verf op het doek te smeren. Dat er zag in ieder geval leuk en gezellig uit!

Het dorpje Lavaudieu in de Auvergne in het midden van Frankrijk

De kenmerkende achthoekige toren heeft een stompe spits. Zo is hij niet gebouwd want oorspronkelijk had de toren nog een hoge hoge spits maar die is in de loop van de eeuwen verdwenen.

De plaats van de schilderles was natuurlijk niet zomaar gekozen, je hebt hier namelijk een prachtig uitzicht op het dorp. Deze is zo mogelijk nog mooier vanaf de brug waar het dorpje uitnodigt om de nauwe straatje en steegjes te verkennen. Die verleiding konden wij dan ook niet weerstaan. De kronkelende straatjes zijn prachtig en leiden je naar het plein waar het klooster en de daarbij behorend kerk ligt. Dit pleintje vormt het centrum van het dorp en je vind er een terras waar je best aardig kan eten. De ingang van de kerk ligt een beetje verstopt in een hoek achter een boom maar door de hoge toren kan je hem niet missen.

Het dorp Lavaudieu gezien vanaf de oude brug over de Sénouire

Vanaf de oude brug over de Sénouire heb je een prachtig uitzicht op het dorp.

De kerk is een typisch geval van Romaanse kunst uit de Auvergne. Dat betekent een vrij lompe vormgeving met weinig ramen en vrij weinig versiering. De abdij is gesticht in de elfde eeuw en dat was een tijd waar het centrale gezag van de koning in Frankrijk bijna geheel was verdwenen. De lokale heren deelden de lakens terwijl de bisschoppen zich met van alles bezig hielden behalve het zielenheil van het volk.

De lokale machthebbers misten echter de sacrale uitstraling die de koning wel had. Dit religieus gat werd gedurende de tiende en elfde eeuw ingevuld door abdijen die door het volk werden gesteund.

Deze kloosters werden gesticht door een vrome geletterde man met steun van de lokale machthebber. De afbrokkeling van de macht van zowel de koning en de bisschoppen en de bloei van de kloosters had als resultaat dat voor het gewone volk aan het einde van twaalfde eeuw de monniken in het dagelijks leven voor het zielenheil verzorgden. Maar zoals altijd gaat heeft succes een keerzijde. De kloosters werden na verloop van tijd steeds rijker en machtiger zodat zij op hun beurt het contact met de gelovigen verloren. Dit gaf weer ruimte voor nieuwe kloosterordes zoals de Franciscanen en zou uiteindelijk naar de reformatie leiden.

De opkomst van deze kloosters in elfde eeuw ging gepaard met een nieuwe bouwstijl die wij later Romaans zijn gaan noemen, die de Karolingische bouwstijl opvolgde. Deze stijl werd omarmt door de kloosters die ook bijna allemaal in deze stijl zijn opgetrokken. Als je een klooster in een dorp in Frankrijk in een dorp tegenkomt, dan kan je er vanuit gaan dat hij in de elfde eeuw is gesticht. Zo ook de abdijkerk in Lavaudieu.

De binnenkant van de abdijkerk van Lavaudieu is versierd met oude fresco's.

Het interieur van de abdijkerk heeft eenvoudige vormen die zijn versierd met fresco’s.

Naast de kerk is er natuurlijk ook nog het klooster zelf en die heeft nog een aardige attractie in petto. Het herbergt namelijk een prachtig kloosterhof en wel de enige die nog is uit deze tijd in de Auvergne. Wij hadden echter de pech dat de dag van ons bezoek hij was gesloten. Jammer maar het kerkje was ook de moeite waard en die was wel open. De vorm van de kerk is redelijk simpel, heeft geen zijbeuken en een tongewelf met prachtig fresco’s. De eerlijke en simpele vromen van het interieur geven de kerk een mooie en prettige sfeer.

Tot slot kwamen we bij onze terugtocht naar de auto nog een prachtige openbare tuin tegen. Deze ligt achter de kerk en je hebt er een prachtig uitzicht op de kerk en de rivier. Wij hadden al geluncht maar dit is de perfecte plek voor een kleine picknick.

Mortemart: dorp in de Limousin met twee kloosters *

In de Middeleeuwen lag het dorp in de Limousin lang in de frontlijn van de Honderdjarige oorlog. De Engelse koning vond dat hij recht had op de Franse troon, maar de Franse koning dacht daar toch anders over. Gevolg was een oorlog die maar liefst honderd jaar zou duren. De Engelse koning had het zuidwesten van Frankrijk stevig in handen, terwijl de machtsbasis van de Franse vorst Parijs en omgeving was. Logisch dat de gevechten vaak in de Limousin plaatsvonden.

3607355855_19282af652_oCC-davidmartinpro-800

Voor wie er oog voor heeft, zijn de gevolgen van dit geweld na zeshonderd jaar nog altijd te zien. Of eigenlijk niet te zien. In Mortemart stond ooit een machtig kasteel die de omgeving beheerste. Die is er nu niet meer al kan je in het dorp nog altijd de resten van de burcht zien.

Klooster en kerk

Foto: onder CC: Butterfly_Tea

Het kerkje van Mortemart.

Opvallend voor zo’n klein dorp is de aanwezigheid van twee kloosters. Het augustijnenklooster stamt uit de veertiende eeuw en ligt naast de kerk. Helaas is het klooster niet te bezichtigen. De kerk wel en die is een bezoek waard. De klokkentoren is opvallend met zijn vreemde spits. Binnen vind je een mooi altaar uit de barok. Bijzonder zijn de koorbanken die zijn uitgevoerd met een puik kunstje houtsnijwerk. Dat is altijd mooi om even goed te bekijken. Tegenover de weg staat een karmelietenklooster. Leuk is dat je hier kan overnachten.

Het dorp heeft verder fraaie huizen die zijn opgetrokken uit graniet. Op het dorpsplein staat een grote houten overkapping waar vroeger de markt onder werd gehouden. Daarnaast een terras waar je rustig het kalme dorpsleven kan observeren onder het genot van een gekoeld glas rosé, geen slecht idee natuurlijk.

Met Mortemart is niet zoveel mis, maar een bezoek aan dit dorp zal zeker niet je hele leven bij je blijven. Naast de twee kloosters en de kerk is het niet echt bijzonder en ook het landschap is niet spectaculair hoewel de natuur wel uitnodigt voor een antwoord. Als je in de buurt bent kan je je er een uurtje vermaken, maar het is geen omweg waard.