
Abdij van Jumièges ***De mooiste ruïne van Normandië
In Jumièges stond eeuwenlang een grote abdij waar tientallen monniken leefden en die bekend stond om zijn grote en goede bibliotheek. Hier maakte de Franse Revolutie aan het einde van de achttiende eeuw abrupt een einde aan. Godsdienst was in de ogen van de revolutionairen iets uit het verleden en dus sloten ze alle kerken en kloosters. Het vrijgekomen ontroerend goed werd in de verkoop gedaan, als stal gebruikt of gewoon gesloten.
Veel abdijen in Frankrijk kregen een andere functie waarbij de gebouwen gespaard werden en waar jaren later uiteindelijk monniken en/ of nonnen konden terugkeren. Dit is duidelijk niet het geval met klooster van Jumièges en aangezien je ongetwijfeld al de foto’s bij dit artikel hebt bekeken, zal je dit plot ook niet verbazen.
Het Normandische klooster werd in 1795 verkocht waarbij de eigenaar direct begon met de sloop van complex. In 1802 werd het opnieuw verkocht aan een particulier die de kerk te lijf ging met explosieven om vervolgens het puin te verkopen als steen. Dit was echter niet de eerste keer maar al de derde keer dat dit klooster werd verwoest maar daarover later meer.
Romantiek
Pas rond 1830 drong het besef door dat de abdij historische waarde had. De sloop werd gestopt en er werden plannen gemaakt voor herstel. Hiervan kwam echter weinig van terecht en toen het in 1852 wederom verkocht werd zitten we midden in de hoog romantiek en dus kregen de gebouwen een hele andere rol.

De torens van de abdijkerk zijn nog redelijk in tact.
De ruïne paste namelijk perfect in de leefwereld van de romantici waarin gevoel, geloof, middeleeuwen en natuur belangrijk zijn. Al deze zaken kwamen samen in de ruïne en er zal hier menig dichter bij het licht van de volle maan een traantje hebben weggepinkt terwijl hij zijn fijn besnaarde gevoel op papier zette.
Bijna al de gedichten uit deze periode zijn verdwenen en dat is misschien maar goed ook. Maar het gevoel van drama en sentiment dat in het midden van de negentiende eeuw zo belangrijk was is nooit verdwenen en zijn ook ons in de eenentwintigste eeuw niet vreemd. Het is precies dit gevoel dat ook voor ons de ruïne nog zo aantrekkelijk maakt.
Gevoel voor drama
Natuurlijk is het razend interessant om te zien hoe in de middeleeuwen zo’n groot gebouw werd gemaakt en met een beetje kennis en fantasie kan je je voorstellen hoe de monniken hier eeuwen hebben geleefd en gewerkt. Maar als je dat echt wilt weten dan zijn er in Frankrijk wel betere plekken te vinden. Er zijn genoeg kloosters die bijna helemaal in tact zijn en er zijn ook nog genoeg abdijen te vinden die nog bewoond worden en waar je zelfs voor een tijdje in retraite kan.

De abdij omvat twee kerken waarvan deze, de Sint Petrus kerk, de oudste is. Deze kerk was alleen voor monniken toegankelijk en voor het grootste deel gebouwd in de veertiende eeuw. Er zijn echter nog muren en details die stammen uit de Karolingische tijd en dat is de zevende en achtste eeuw.
Het klooster van Jumièges roept een gevoel op dat dieper in ons ligt en dat meer met ons dan met het verleden te maken heeft. Aan de ene kant is de schoonheid van de oorspronkelijke gebouwen nog goed te zien maar juist omdat het voor een groot deel in puin ligt confronteert het ons met de vergankelijkheid.
Als je daar rond loopt heb je het gevoel dat je in het decor van een videoclip uit de jaren tachtig terecht bent gekomen of die van de slotscène van Game of Thrones of een Marvelfilm. Het is allemaal invulling en projectie van wat we kennen uit onze eigen cultuur. En dat is eigenlijk wel heel erg lekker om zo in je eigen fantasie op te gaan.
Als mens begrijp ik dat heel goed maar als historicus ben ik hier natuurlijk niet per se een voorstander van en daarom volgt nu het beknopte historische verhaal van Jumièges voordat het verwoest werd in door de revolutionairen.
Vikingen
Het klooster werd in de zevende eeuw gesticht en dat was de tijd van Karel de Grote die na eeuwen van chaos voor een zekere eenheid in West-Europa zorgde. Het klooster vormde samen met andere kloosters in Normandië een netwerk dat naast religieuze zaken ook economische taken zoals landbouw ontwikkelde.

Romaanse bogen van het schip van de grote kerk.
De rijkdom van de kloosters trok echter de aandacht van allerlei tuig en daar had je nogal wat van in die tijd. Vooral het zeevarende volkje uit Scandinavië wisten de rijke kloosters zonder serieuze vorm van verdediging wel te waarderen. In de achtste eeuw werd het klooster meerdere keren geplunderd en werd het voor de eerste keer verwoest.
Herstel
Nadat Normandië was vergeven aan de Noormannen waren het opvallend genoeg de nazaten van deze eerste plunderaars die boel vanaf ongeveer 950 herbouwde en het klooster verder uitbreidde. Dit was het begin van een ongekende bloeiperiode. Tijdens de middeleeuwen ontwikkelde Jumièges zich vooral als een kenniscentrum met een zeer goede en uitgebreide bibliotheek. Hier werden vele boeken overgeschreven en natuurlijk ook gelezen. Veel professoren van de universiteit van Parijs kwamen hier vandaan en dat zegt iets over de grote invloed van de abdij.
In de loop van de middeleeuwen ontwikkelde de abdij zich naast een cultureel centrum ook als economische macht. Al zullen we zien dat het één het ander ook versterkte. Het begon met het verbouwen van de vruchtbare riviergrond in de onmiddellijke omgeving van het klooster. Hieruit ontstond een organisatie met onder andere een vissersvloot en een uitgebreid handelsnetwerk dat producten als wijn, kaas en zout naar bijvoorbeeld Engeland exporteerde.
Bedevaartsoort
Maar ook aan de religieuze kant werd goed verdient. In de veertiende eeuw kwam het in bezit van een rib van de Saint Philibert, de stichter van de abdij. Dit trok flink wat pelgrims en dat bekende een dat de kassa flink bleef rinkelen. We weten zelfs precies hoeveel de kassa bleef rinkelen omdat de administratie uit 1338 bewaard is gebleven. Hier staat dat meer dan de helft van de inkomsten kwam uit het gastenverblijf van het klooster.

Het kloostercomplex gezien vanaf de tuin. De tuin bestaat uit twee grote velden met daarom heen een muur.
In dat jaar boekte het klooster een omzet van 7672 pond terwijl er 7044 pond werd uitgegeven. Dat is een winst van 628 pond of wel een dikke acht procent. Niet slecht voor een religieuze instelling.
Hugenoten plunderen de boel
In de zestiende eeuw ging het echter weer fout en werd de abdij voor een tweede keer verwoest. Dit keer waren het de Hugenoten die tijdens de godsdienstoorlogen van zestiende eeuw het op het klooster hadden voorzien. De monniken zagen de bui al hangen en verlieten de gebouwen voordat de plundering begon. De Hugenoten gingen flink te keer en vernietigde alle beelden, relieken en alle boeken en daarmee zo’n beetje alles wat er kapot kon gaan.
Slechts een handjevol monniken keerde een jaar later terug en begonnen met het herstel. Hoewel er hard werd gewerkt en er steun van de koning kwam zou het complex nooit meer de grandeur hebben als het in de late middeleeuwen had.
Aan het einde van de achttiende eeuw barstte de Revolutie in Frankrijk los en werd het klooster voor de derde en voorlopig laatste keer verwoest.
Bezoek
Als je in de buurt van Rouen bent en dan een bezoek aan de Abdij van Jumièges een heel leuk uitje. Je hoeft niet zo veel van geschiedenis te weten om je hier een tijdje te vermaken. Je moet wel een heel ongevoelig persoon zijn om de dramatiek van deze plek niet op te merken.
Naast de abdij en de kerk omvat het complex nog een ambtswoning van de abt en een tuin. Helaas was er de woning niet open tijdens ons bezoek. De tuin was aardig maar was niet echt heel erg onderhouden. Dat hoeft natuurlijk ook niet maar ik vond hem niet bijzonder.
App
Tot slot is er nog een app die je kan downloaden die het melden van de moeite waard is. Het betreft een argued reality applicatie en dat wil zeggen dat je camera van je mobiel, of tablet, een kijkje kan nemen in hoe het er allemaal in het verleden uit zag. Daarnaast omvat het natuurlijk meer informatie over de geschiedenis van de plek. Ik heb er even mee gespeeld maar al snel besloten dat ik het leuker vond om niet door een schermpje te kijken. Daarbij wilde mijn mobiel niet echt meewerken.
Toch kan ik de app aanraden want het geeft een hoop informatie en is best leuk. Bij voorkeur even thuis over de WiFi downloaden want hij is redelijk groot.
Video van Abdij van Jumièges
Beelden van Abdij van Jumièges











E-Magazine Cotentin
In bezit een ereader of tablet? Download dan het E-Magazine over de Cotentin. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.

Kaart van Abdij van Jumièges en omgeving
Les plus beaux villages de France weergeven op een grotere kaart
In de buurt van Abdij van Jumièges
Saint-Benoît-sur-Loire: abijkerk met lange geschiedenis ***
Saint-Benoît-sur-Loire was in de middeleeuwen twee eeuwen lang één van de toonaangevende cultuurcentra in Frankrijk en daarmee in West-Europa. Hier stond een machtig klooster met een bibliotheek met een collectie met de mooiste boeken die ooit zijn gemaakt.
Saint-Antoine-l’Abbaye: kloosterdorp in de Isère
De overblijfselen van zo’n heilige kluizenaar, de relieken, hadden dan ook veel aanzien en niet zelden gebeurden er allerlei wonderen. Voor de relieken van de heilige Antonius werd een klooster gebouwd door de monniken van Montmajour en waarna het uitgroeide tot een dorp en is dus nu een Plus Beaux Village de France.
De gebouwen van de abdij domineren nog altijd het dorp waarbij de abdijkerk de meest opvallende is. In twaalfde eeuw werd er begonnen met de bouw en die zou tot de vijftiende eeuw duren. Ook toen gebeurde het wel eens dat een publiekelijk bouwproject wat langer duurde.
Het resultaat mag er wezen. De flamboyante gotische stijl is nog altijd indrukwekkend en een bezoek aan het dorp is niet compleet zonder een kijkje in de kerk. Neem dan even tijd om het portaal van de kerk goed te bekijken. Het klooster omvat een museum met een prachtige middeleeuwse tuin.
Saint-Antoine-l’Abbaye bevat nog een klein pretpark dat curieus genoeg piraten als thema heeft. Je zou toch monniken of bisschoppen verwachten maar zover reikt het historisch besef van de plaatselijke bevolking kennelijk niet. Niet dat dit heel erg is want piraten zijn ook mooi en de kinderen zal het een worst zijn. Verwacht hier trouwens geen achtbanen en reuzenraden maar gewoon een leuke grote speeltuin met hier en daar een piraat. De kleine kinderen vermaken zich hier prima, pubers vervelen zich waarschijnlijk snel.
Saint-Robert: dorp op de grens van Perigord, Limousin en Quercy ***
Kerk

Het koor van de kerk heeft een opvallende rond koor | Foto: Stijn Koenen
Het aanzicht van de kerk vanaf het parkeerterrein is klassiek genoeg, een toren met twee zijbeuken, maar eenmaal binnen blijkt het schip rond van vorm en omgeven door pilaren te zijn, een detail dat het interieur speelser maakt dan de strenge façade. Er is een fraai houtgesneden Christusfiguur uit de dertiende eeuw te bewonderen, maar de voornaamste reden om St. Robert te bezoeken ligt buiten.
Aan de zuidkant van de kerk bevind zich een getrapte tuin die eindigt boven de stadswal en vrij uitzicht heeft op de vallei richting Brive en op een markante tegenoverliggende heuvel het stadje Ayen. Vanaf deze kant bied de kerk een totaal ander en mooier aanzicht. Kijkend richting het oosten zien we delen van de stadswal met op de hoek het indrukwekkende dak van het Chateau d’Aragon
Stadspaleisjes
Wandelend richting het oosten dalen we een steegje af met aan beide zijden huizen opgetrokken in de kenmerkende gele zandsteen, en al snel worden de huizen groter en voornamer met links en rechts stadspaleisjes waaronder dat van de schrijver van “jules et Jim”, dat later verfilmd is door Truffaut. Net buiten de stadspoort aan de rechterkant het chateau d’Aragon, een idyllisch kasteeltje uit de veertiende eeuw.
Op het plein bij de kerk vind u nog een bakker, een kruideniertje en een restaurant, en het begin van een wandeling van 7 km, die ook per fiets is te doen, mits voldoende getraind. De omgeving is betoverend mooi. Uitgebreide bossen worden afgewisseld met een open heuvel-landschap waar het overal aanwezige water een hoofdrol opeist. Op de riviertjes kan je bovendien uitstekend kanoën.
Het vlakbij gelegen Ayen en vooral Ayen-bas zijn ook een bezoekje waard, met in Ayen-bas een chateau en een abdij uit de twaalfde eeuw. Nemen we de eerder genoemde weg richting de Dordogne dan zijn we al snel bij chateau Hautefort, een oorspronkelijk middeleeuwse burcht die in de zeventiende eeuw is verbouwd tot pronk kasteel met indrukwekkende tuinen. Het kasteel heeft tevens een befaamde collectie meubels uit de zeventiende en achttiende eeuw.
Lavaudieu: Romaanse bouwkunst in de Auvergne ****
Eenmaal uit het water liepen we richting de oude brug. Deze route loopt langs een lommerrijk pad waar we eerst een Frans gezin met een ezel tegenkwamen. In Frankrijk lijkt het helemaal in om met het gezin lopend langs campings te trekken waarbij de ezel de bagage draagt. Gezien de sfeer die op de gezichten van dit gezin te lezen was vraag ik mij af of het wel zo leuk is.
Leuker was de schilderles die even verder in de schaduw van de bomen werd gegeven. De meeste schildersezels, weer een ezel, waren even niet bezet want de kunstenaars in spe gingen net uitgebreid lunchen met een rokende barbecue, frisse salades en de nodige wijn. Een enkeling was nog ijverig bezig de verf op het doek te smeren. Dat er zag in ieder geval leuk en gezellig uit!

De kenmerkende achthoekige toren heeft een stompe spits. Zo is hij niet gebouwd want oorspronkelijk had de toren nog een hoge hoge spits maar die is in de loop van de eeuwen verdwenen.
De plaats van de schilderles was natuurlijk niet zomaar gekozen, je hebt hier namelijk een prachtig uitzicht op het dorp. Deze is zo mogelijk nog mooier vanaf de brug waar het dorpje uitnodigt om de nauwe straatje en steegjes te verkennen. Die verleiding konden wij dan ook niet weerstaan. De kronkelende straatjes zijn prachtig en leiden je naar het plein waar het klooster en de daarbij behorend kerk ligt. Dit pleintje vormt het centrum van het dorp en je vind er een terras waar je best aardig kan eten. De ingang van de kerk ligt een beetje verstopt in een hoek achter een boom maar door de hoge toren kan je hem niet missen.

Vanaf de oude brug over de Sénouire heb je een prachtig uitzicht op het dorp.
De kerk is een typisch geval van Romaanse kunst uit de Auvergne. Dat betekent een vrij lompe vormgeving met weinig ramen en vrij weinig versiering. De abdij is gesticht in de elfde eeuw en dat was een tijd waar het centrale gezag van de koning in Frankrijk bijna geheel was verdwenen. De lokale heren deelden de lakens terwijl de bisschoppen zich met van alles bezig hielden behalve het zielenheil van het volk.
De lokale machthebbers misten echter de sacrale uitstraling die de koning wel had. Dit religieus gat werd gedurende de tiende en elfde eeuw ingevuld door abdijen die door het volk werden gesteund.
Deze kloosters werden gesticht door een vrome geletterde man met steun van de lokale machthebber. De afbrokkeling van de macht van zowel de koning en de bisschoppen en de bloei van de kloosters had als resultaat dat voor het gewone volk aan het einde van twaalfde eeuw de monniken in het dagelijks leven voor het zielenheil verzorgden. Maar zoals altijd gaat heeft succes een keerzijde. De kloosters werden na verloop van tijd steeds rijker en machtiger zodat zij op hun beurt het contact met de gelovigen verloren. Dit gaf weer ruimte voor nieuwe kloosterordes zoals de Franciscanen en zou uiteindelijk naar de reformatie leiden.
De opkomst van deze kloosters in elfde eeuw ging gepaard met een nieuwe bouwstijl die wij later Romaans zijn gaan noemen, die de Karolingische bouwstijl opvolgde. Deze stijl werd omarmt door de kloosters die ook bijna allemaal in deze stijl zijn opgetrokken. Als je een klooster in een dorp in Frankrijk in een dorp tegenkomt, dan kan je er vanuit gaan dat hij in de elfde eeuw is gesticht. Zo ook de abdijkerk in Lavaudieu.

Het interieur van de abdijkerk heeft eenvoudige vormen die zijn versierd met fresco’s.
Naast de kerk is er natuurlijk ook nog het klooster zelf en die heeft nog een aardige attractie in petto. Het herbergt namelijk een prachtig kloosterhof en wel de enige die nog is uit deze tijd in de Auvergne. Wij hadden echter de pech dat de dag van ons bezoek hij was gesloten. Jammer maar het kerkje was ook de moeite waard en die was wel open. De vorm van de kerk is redelijk simpel, heeft geen zijbeuken en een tongewelf met prachtig fresco’s. De eerlijke en simpele vromen van het interieur geven de kerk een mooie en prettige sfeer.
Tot slot kwamen we bij onze terugtocht naar de auto nog een prachtige openbare tuin tegen. Deze ligt achter de kerk en je hebt er een prachtig uitzicht op de kerk en de rivier. Wij hadden al geluncht maar dit is de perfecte plek voor een kleine picknick.
Collonges la Rouge: rood dorp met kasteeltjes en heerlijk eten ***
In de zestiende eeuw ontwikkelde het mooie dorp zich tot een soort vakantieplaats. De toenemende bestuurlijke elite van de burggraaf vond het een prima plek om ’s zomers te verblijven. Dit ging gepaard met een toenemende bouwlust, waarvan de mooie huizen en de kleine kastelen die in het dorpje te vinden zijn getuigen.

Het mooie dorpje heeft genoeg mooie straatjes met fijne terrassen.
Een mooi voorbeeld hiervan is Castel de Vassinhac. Dit kasteeltje is gebouwd aan het einde van de zestiende eeuw door de toenmalige heer van het dorp. Het kasteel heeft mooie peperbustorentjes en is bedoeld als paleis. De schietgaten in de torens zijn dus niet voor de verdediging maar vooral voor de sier. Naast dit kasteel zijn er nog veel meer mooie panden in het dorpje te bewonderen.
Van de oorspronkelijke kerk uit de achtste eeuw is niets meer over. De huidige kerk stamt uit de elfde en twaalfde eeuw en is in de zestiende eeuw versterkt. Kennelijk was dat nodig in die tijd. Wij bezochten het dorp op een mooie zonnige dag in mei. Bij het benaderen van de kerk vielen er twee dingen direct op: de plompe Romaanse bouw van met name de kloeke klokkentoren én het tympaan boven de hoofdingang.

Tympaan van Eglise Saint Pierre in Collonges la Rouge.
Dit tympaan is zeer eenvoudig van opzet en een goed voorbeeld van de Romaanse kunst in deze streek. Het heeft niet de dynamiek van dat in de Adbijkerk in Vézelay, maar wel een bepaalde schoonheid in zijn eenvoud. De geleerden zijn er niet helemaal over eens wat het precies voorstelt, maar de centrale figuur in het midden is Jezus. Wat verwacht je anders? Er is twijfel of de Heer nu opstijgt naar de hemel of dat hij juist terugkomt. Wie het weet mag het zeggen!
Bij het wandelen door het dorp zijn hier en daar nog overblijfselen te zien van de muur die de priorij heeft beschermd tegen allerlei gevaren van buitenaf. Zo zijn er nog een aantal poorten te vinden en hier en daar nog een toren. Samen met de mooie huizen geven de muren het dorp een uiterst intieme en charmante uitstraling. In de straatjes zijn hier en daar wat winkeltjes en een galerie te vinden.
Eten en drinken
Bij mooi weer, en dat heb je nog wel eens in deze streek, heeft Collonges la Rouge genoeg terrasjes waar de innerlijke mens goed aan zijn trekken kan komen. Waar ik altijd heel blij van word, zijn de restaurantjes met een terras dat niet direct aan de openbare weg ligt. Je loopt dan langs een muur waarachter zachte eetgeluiden te horen zijn. Soms gaan deze gepaard met de lekkerste geuren en als je voorbij bent gelopen en je werpt een blik naar achteren dan ontdek je net een inkijkje waar je de mensen achter de dampende schalen ziet genieten. Prachtig!
En reken maar dat het de moeite waard is wat er op tafel staat. Het dorp ligt in een streek met een zeer goede keuken. Een hoofdrol speelt hier de gans, met het door de Fransen zo geliefde foie gras, dat je eigenlijk niet mag eten wegens de zeer dieronvriendelijke productie, maar wat o zo lekker is.
Ganzenbord
De rol die de gans in dit gebied speelt, komt erg leuk tot uiting bij La Grange aux Oies, een reusachtige versie van het spel ganzenbord tussen notenbomen. Bij de ingang krijg je een dobbelsteen en wordt aan de hand van het spel de functie en geschiedenis van de gans in de streek uitgelegd. Het laatste vakje, nummer 63, bestaat uit een schuur waar heerlijke streekgerechten staan te wachten om te proeven. Erg leuk om met kinderen te doen.
Dankzij zijn ligging is Collonges la Rouge prima te bezoeken als je op doortocht bent. Als je niet zo ver meer hoeft op de A20 en je een uurtje kan missen, dan is het geknipt voor een tussenstop. Dat geeft een ultieme ‘weg langs de snelweg’ gevoel en veel beter dan zo’n dichtbevolkte aire.
Conques: schatkamer van de pelgrims *****
Plannen maken
En zoals alle relieken hebben die van de heilige Foy een mooi verhaal over hoe deze in Conques terecht zijn gekomen. De overblijfselen van het heilige meisje werden na haar dood beheerd door een klooster in Agen, de stad waar ze is gestorven. Vanwege een niet meer te achterhalen reden ontstond er in het klooster van Conques een enorme cultus rond haar persoon en daarmee ook de wens om de relieken te bezitten. Maar dat ging natuurlijk niet zomaar. Er werd een plan bedacht.
Het bleek een plan van een onvervalste rooftocht die niet zou misstaan in Hollywoord productie. Er zou eerst een monnik naar de abdij in Agen gaan om het vertrouwen te winnen van de plaatselijke geestelijke om daarna de kostbaarheden mee te nemen naar Conques. En zo is het gegaan. Een monnik vertrok naar Agen, wist daar na tien jaar toewijding de functie van reliekbeheerder te verwerven, waarna hij de relieken stal en naar Conques bracht.
Kennelijk was de heilige zelf hier erg content mee, want amper aangekomen in Conques verdubbelde het aantal wonderen en mirakelen rondom de overblijfselen van haar. Wat maar weer een bewijs was dat het voor iedereen beter was zo.

Het interieur van de abdijkerk is indrukwekkend hoog voor een romaans gebouw.
Unieke schatkamer
Om de belangrijke kerkelijke positie te behouden en verder uit te breiden, moest de abdij de pelgrims natuurlijk wel iets te bieden hebben. Naast een fraaie kerk en abdij behoren de kerkschatten van Conques tot de mooiste van West-Europa die door het optreden van de inwoners bewaard zijn gebleven. Zowel tijdens de godsdienstoorlogen als tijdens de Franse Revolutie hebben de bewoners de relieken en hun schatten verstopt zodat ze nu nog bestaan.
Hierdoor vind je in de schatkamer van Conques een unieke kijk op de middeleeuwse ambachtskunst. Hoogtepunt van de collectie is een gouden beeld van de heilige Foy (Fides) waarvan een afbeelding stond in het handboek Middeleeuwen op de Universiteit. Helaas was de schatkamer dicht toen wij op een donderdagmiddag aan het begin van mei Conques bezochten. We moeten dus nog eens terug en dat is niet heel erg.
Tympaan
Gelukkig was die middag in mei de kerk zelf wel open. We kwamen zelfs enkele echte pelgrims tegen, inclusief staf. Het hoogtepunt van de kerk is ongetwijfeld het beeldhouwwerk boven de hoofdingang dat het laatste oordeel voorstelt. De tympaan is een prachtig gaaf voorbeeld van Romaanse religieuze kunst en staat op het zelfde niveau als die van Vézelay en Autun. Neem even rustig de tijd om het eens goed te bekijken. Als je goed kijkt, ontdek je dat de figuren buitengewoon mooi zijn gemaakt en veel van hen een enorme expressie op hun gezicht hebben. Het is zonder twijfel gemaakt door iemand die uitermate goed zijn vak verstond.

Het tympaan boven de hoofingang is bijzonder gaaf en stelt het laatste oordeel voor.
Omdat Conques op een redelijk steile helling is gebouwd, vormen de straatjes eigenlijk een soort terrassen. Dit geeft een leuk effect omdat je, als je over een straat loopt die hoger ligt, op het dak kijkt van de bebouwing van een straat lager. Zo ook bij de kerk. Als je de kerk vanaf de grote parkeerplaats nadert, kijk je op de ‘eerste verdieping’ van het koor aan.
Bij ons bezoek hebben we uitgebreid koffie gedronken in een tentje vlak naast de kerk. Een prima restaurant met een goede kaart. Vervolgens hebben we lekker gewandeld en van het uitzicht genoten.
Het dorp diende als voorbeeld voor de film ‘Beauty and the Beast‘ van Disney uit 2017. Hoewel er voor deze film niet in de dorp is gefilmd zijn de huizen, de straatjes en de pleintjes wel gebruikt om de wereld van de film te creëren. Wie hier zoekt naar het kasteel in de film komt dus bedrogen uit want die staat hier niet.
Feesten en partijen
Wij waren in mei in Conques en toen was het erg rustig in het dorp. Dat is in de zomer wel anders. In juli en augustus is er een festival met klassieke muziek. In oktober is het echt feest en is er een processie in de straten van het dorp.
Vézelay: de parel van de Morvan *****

In de winter is de toeristische trekpleister in de Morvan in ruste.
Santiago de Compostella
Direct bij de ingang van het dorp vind je op de grond een gouden schelp. Dit is het begin van de pelgrimstocht naar Santiago de Compostella. Dit was in de middeleeuwen een uiterst populaire tocht die ook tegenwoordig nog veel wordt gelopen. Lijkt mij interessant om dit ook eens te doen, voor als we tijd hebben.
In het dorp zelf word je vanzelf door de hoofdstraat naar de Romaanse Basiliek geleid. In de zomer is dit een drukke straat met tal van winkeltjes, restaurantjes en kunstgaleries. Want naast bedevaartsoord, is Vézelay ook de woonplaats van kunstenaars. En hoewel het geen enorme wandeling is naar de abdijkerk, de weg ernaartoe is soms gemeen stijl. Zeker in de zomer is het dan prettig om te weten dat er altijd een terras met een koel glas rosé binnen handbereik is.

De abdijkerk ligt aan een bescheiden plein boven op de heuvel.
Wie de klim heeft volbracht komt op een prachtig pleintje voor de abdijkerk. De kerk is oud en heeft een bewogen geschiedenis. Iedereen met een beetje kunsthistorische blik ziet dat het voorste gedeelte van de kerk, het schip, het oudst is. Het is gebouwd in de elfde eeuw. Na een brand in de dertiende eeuw is de kerk opnieuw opgebouwd en is het gotisch koor toegevoegd.
Religieus gezien ligt het hoogtepunt onder het altaar. Daar bevinden zich de resten van Maria Magdalena, een onderarm of zoiets. Ook voor atheïsten en andere heidenen die niet geloven in het vereren van lichamen is het toch een aanrader om even een kijkje te nemen in de crypte. De ruimte is nauw, krap, indrukwekkend en je hebt het gevoel dat je zo de middeleeuwen binnen loopt.
Kunsthistorisch gezien vind je het hoogtepunt in het portaal boven de hoofdingang. Het tympaan geldt als één van de mooiste Romaanse werken in Frankrijk, en wellicht van de wereld. Het is prachtig! Neem dus even de tijd om het goed te bekijken. In het midden zit Jezus met om hem heen de 12 apostelen. Het stelt het moment voor dat de Heer aan zijn metgezellen vertelt dat ze zijn woord over de wereld moeten verspreiden. De bijbel hebben ze dan ook in de hand en de apostelen worden omringd door allerlei rare volkeren die nog niet zijn bekeerd. Daarboven zijn de 12 maanden van het jaar uitgebeeld in de vorm van werkende lieden, elke maand kende in de twaalfde eeuw zo zijn eigen werkzaamheden.
Neem even de tijd om het op je in te laten werken en dan zal je opvallen dat de figuren een zekere dynamiek en beweging hebben. Dat is voor die tijd redelijk bijzonder, de meeste afbeeldingen waren statisch en formeel.
Geschiedenis
Vézelay kende in haar lange tijd van bestaan een bewogen geschiedenis en zeker in de middeleeuwen was het een komen en gaan van celebrities. Zo riep Bernard van Clairvaux in 1145 hier op tot de Tweede kruistocht. Na heel wat politiek geharrewar pakten

Het tympaan in het voorportaal in de abdijkerk geldt als één van de hoogtepunten van de Romaanse kunst.
de koningen van Frankrijk en Engeland en de Duitse Keizer het kruis op en vertrokken onafhankelijk van elkaar naar het heilige land. Het werd geen succes.
Vézelay was een dikke eeuw later het startpunt voor de Derde Kruistocht. In het dorp verzamelden zich de Franse en de Engelse koning. Dit zijn wellicht de bekendste middeleeuwse koningen: Philips II Augustus en Richard Leeuwenhart. Ook deze tocht werd niet echt een succes, al was het wel spannend.
Andere middeleeuwse supersterren die Vézelay bezochten, waren Thomas Beckett die zich in de twaalfde eeuw hier verstopte voor de Engelse koning. Al mocht dat niet baten. Ook Eleonora van Aquitanië bezocht Vézelay. Eleonora geldt als de vleesgeworden hoofse liefde, beschermvrouwe van dichters en zangers maar ze bezat ook een uitstekend politiek instinct. Zij was zowel getrouwd met de Engelse als Franse koning.
Wij hebben twee drie keer Vézelay bezocht. In 2007 waren wij er in augustus en in 2013 in februari. De verschillen zijn enorm. Je kan je in de zomer niet voorstellen hoe koud het er kan zijn en ’s zomers is het onwaarschijnlijk hoe rustig het hier is in de winter.