Tag Archief van: Kasteel

Paleis van Versailles ****
Het Franse wereldwonder

Het kasteel van Lodewijk XIV in Versailles is één van de meest indrukwekkende gebouwen die ik ken. Het is niet alleen enorm qua afmetingen maar is ook nog eens mooi en smaakvol ontworpen en op een heel hoog niveau uitgevoerd en dat is een combinatie die je niet vaak tegenkomt. Dat is ook de voornaamste reden om het kasteel van binnen te bekijken. Daarvoor moet je je wel door de hordes toeristen worstelen maar dat is het zeker waard. Dit is gewoon één van de gebouwen die je gezien moet hebben want het is zonder twijfel één van de wereldwonderen van West-Europa.

Zoals je uit de bovenstaande tekst wel kan opmerken dat ik het paleis van Versailles een zeer geslaagd gebouw vind. Vooral de buitenkant is van een buitengewone schoonheid in verhoudingen, materialen en detail. De binnenkant is dat tot zeker hoogte ook. De hoge kwaliteit, de kunst en de historie zijn erg interessant maar het is mij over het algemeen toch even te druk. Ik zie de kwaliteit wel maar het is gewoon niet helemaal mijn stijl. Mooi is het volgens mij dus niet, wel zeer indrukwekkend.

Kasteel van Versailles

Het kasteel
De tuin
De geschiedenis
Tips bij bezoek

Paleis van Versailles

Rating:

4 van 5 sterren (?)

Zeker zien:

- Alles

Locatie:

open in maps

Locatie:

Open in maps

Verloren in de ruimte

Het gebouw is bijzonder groot maar je hebt nooit het gevoel dat je als mens volledig verdwijnt in de ruimte dat ik bijvoorbeeld wel heb op het plein tussen de wolkenkrabbers van La Défense.

Hoe kan dit? Er spelen hier een aantal factoren een rol. Het begint al als je het gebouw nadert vanaf het voorplein. Het kasteel ligt iets hoger en neemt je gehele gezichtsveld in beslag. Echt heel erg groot dus maar door het hoogteverschil ‘zakt’ het paleis iets in de grond en dankzij de opbouw van het gebouw krijgt je blik direct grip op het bouwwerk waardoor je je niet verloren voelt.

De voorgevel van het kasteel van Versailles waar de koninklijke slaapkamers zijn

Het centrale deel van de voorgevel ligt wat dieper met daarvoor een plein dat aan drie kanten bebouwd is. Dit plein is niet zo heel erg groot en voelt zelfs als je er staat een beetje intiem aan.

Vanaf veraf kijk je als bijna vanzelf naar dit centrale gedeelte dat verder naar achter ligt ten opzichte van de rest van de gevel. Dit gedeelte heeft iets van een natuurlijke voordeur van het immense paleis en vormt ook de kern van het gebouw. Hier stond het oorspronkelijke jachtslot en hier bevinden zich de slaapkamers van het koninklijk paar. De gevel hiervan is zelfs best bescheiden.

Natuurlijk heeft het de nodige versiering en zijn er prachtige materialen gebruikt maar het is niet heel groot. Ik zou ook iedereen bij een bezoek aan raden om op het pleintje vlak voor deze gevel te gaan staan. Het is aan drie kanten bebouwd en heeft zwart witte tegels waardoor het een intieme karakter van een patio heeft.

Om hier te komen met je eerst door de ijzeren poort waar een veiligheidscontrole is ingericht. Die duurt niet lang maar het geeft je de kans om even de ijzeren hek te bewonderen. Daarna wordt je geleidt naar de linkervleugel waar de ingang is. Deze is makkelijk te herkennen aan de rij met toeristen want binnen is er nog een uitgebreidere controle waar je je tas moet achterlaten.

Maar voordat dat je daar bent ga je eerst nog over het plein voor de as van het gebouw. Je hebt de neiging om automatisch in de rij aan te sluiten maar doe dat niet. Ga even op de zwart en witte tegels staan en laat het gebouw op je inwerken om de sfeer te voelen.

Eenmaal binnen loop je over de begane grond door het gedeelte van het oude jachtslot dat verrassend klein en sober is uitgevoerd. Hier bevinden zich wat kleinere kamers waaronder de appartementen van de dochter van Lodewijk XV.

De Koninklijke kapel

Het echte spektakel begint op de eerste verdieping die je via de trap bereikt. Als eerste wordt je langs de kapel geleidt die bewonderd kan worden vanaf de vestibule. Het woord kapel is hier niet echt van toepassing, het is gewoon een kerk en een mooie ook. De kerk is gebouwd in het laatste deel van het leven van Lodewijk XIV en is geïnspireerd op de Sainte Chapelle in Parijs. De kerk heeft net als die in Parijs dan ook twee verdiepingen.

De koninklijke kapel van Versailles

Chapelle royale is gewijd aan de Lodewijk IX de Heilige, de enige heilige koning van Frankrijk. De kapel heeft twee verdiepingen en heeft een prachtig geschilderd plafond.

Geheel in koninklijke stijl is hij gewijd aan de naamgenoot en voorganger van de Zonnekoning; Lodewijk IX de heilige. Ook hier zijn de verhouding perfect en is het versierde plafond dat de aandacht trekt. De schilderingen hebben de heilige drie-eenheid als thema. Als goed katholiek woonde Lodewijk XIV hier elke dag ’s ochtend de mis bij.

Kamer van Hercules

Het volgende vertrek draagt de naam van de klassieke held Hercules waar vreemd genoeg een groot schilderij hangt genaamd ‘De maaltijd van Simon’, een scene uit het nieuwe testament. Het schilderij is een cadeau van Venetië aan de Franse koning. Aan de andere kant hangt een schilderij van Hercules wat de naam van de kamer verklaard.

In deze grote kamer sta je voor het eerst tussen de rijkdom van materialen waarmee het paleis is gebouwd en het hoge niveau van de decoraties. Het is hier druk met toeristen en ik moest even wennen aan de overdaad aan versieringen. Ik wist echt niet waar ik moest kijken want de vertrekken van het paleis hebben ongelofelijk veel details.

Het is overweldigend maar vreemd genoeg wen je hier snel aan. In de eerste kamers sta je echt te duizelen maar je hersenen beginnen al snel te filteren en zijn de andere kamers, die net zo rijk versierd zijn, niet zo overweldigend meer, op één na dan want er is hier nog een overtreffende trap.

Galerij van kamers

De volgende kamers liggen naast elkaar en omdat de deuren aaneengesloten liggen vormen ze zijn soort galerij. Ze zijn allemaal prachtig maar ook stampvol en wij werden door de suppoosten gevraagd om niet stil te staan. Dat is toch wel een beetje jammer en dus ik trok mij er niet veel van aan.

Na deze kamers maak je een bocht en bevind je je in de oorlogskamer. Deze heeft als thema de oorlogsoverwinningen van Lodewijk XIV. Historisch gezien zou het dan niet eens zo grote kamer hoeven te zijn want de man heeft veel oorlogen gevoerd maar hij is niet de geschiedenis in gegaan als een groot veldheer. Hoewel de oorlogskamer interessant is wordt de aandacht echter direct getrokken naar de kamer die zich achter de deur bevind; de spiegelzaal.

De spiegelzaal: enorm smaakvol

De spiegelzaal is het juweel van het kasteel en misschien wel de meest bekende zaal ter wereld. Hij is ruim 73 meter lang en dat is genoeg om twee zaalhockeyvelden achter elkaar te leggen, al zou een potje zaalhockey hier wel een kostbare aangelegenheid worden. De kamer is adembenemend mooi.

De spiegelzaal in het paleis van Versailles

De spiegelzaal werd dagelijks gebruikt als toegangsvertrek tot het appartement van de koning. In de negentiende eeuw werd hier de Duitse Keizerrijk uitgeroepen. In de 1919 werd hier de vrede van Versailles getekend die een einde maakte aan de Eerste Wereldoorlog en het Duitse Keizerrijk bevestigde.

Naast de prachtige decoratie speelt het licht in de zaal een grote rol. Overdag zorgen de grote ramen aan de tuinkant voor daglicht dat wordt gereflecteerd door de spiegels aan de andere kant van de zaal. Zo lijkt het net of er aan twee kanten ramen zijn.

Het doet mij denken aan de burgerzaal in het Paleis op de Dam die aan twee kanten daglicht heeft. Het zou mij niet verbazen als de architect hier door geïnspireerd is. Het gebouw in Amsterdam is uit dezelfde eeuw en gold toen als een meesterwerk, wat het ook is al vergeten we dat wel eens. ’s Avonds zorgden de kaarsen in de kroonluchters voor het licht dat door het geslepen glas en de spiegels maximaal werd verspreidt.

De zaal dankt zijn naam aan de spiegels die in de tijd van de bouw verschrikkelijk duur waren. Tijdens de bouw heette de zaal nog gewoon nog Grande Galerie, een naam die de lading goed dekt trouwens. Pas later werd het omgedoopt tot spiegelzaal.  De zaal is gebouwd bij de laatste grote verbouwing van Versailles onder Lodewijk XIV. Daarvoor was er op deze plek een groot balkon met in het midden een fontein waar feesten werden gegeven en toneelstukken werden opgevoerd. Zoals je op de foto kan zien is het hier druk, maar de zaal is daar op gebouwd.

Tijdens het koninkrijk was de zaal eigenlijk een verbindingszaal naar de vertrekken van de koning maar bij speciale gelegenheden werd het gebruikt als ontvangst-, dans- en feestzaal en dat moet een prachtig geweest zijn. Voor het oog tenminste want het is bekend dat in de achttiende eeuw het niet zo goed gesteld was met de hygiëne waardoor de geur in het paleis overweldigend moet zijn geweest en dan niet in de positieve zin.

Koninklijke vertrekken

Na de spiegelzaal kom je in de privé vertrekken van de koning. Deze zijn niet zo overweldigend als de spiegelzaal maar zeker interessant. In de eerste kamer gebruikte de koning zijn maaltijden.

Nu zou je denken dat de koning met zijn edelen gezellig met elkaar gingen eten maar ook voor het eten had de Zonnekoning golden strikte regels. Van Lodewijk XIV is bovendien bekend dat hij meer dan een gezonde eetlust had; de man at verschrikkelijk veel.

Slaapkamer van Lodewijk XIV in het kasteel van Versailles

De slaapkamer van Lodewijk XIV is zeker indrukwekkend maar omdat je net uit de spiegelzaal komt valt de pracht en praal niet zo heel erg op.

Daarmee staat hij in een middeleeuwse traditie waarin machtige mannen het meest eten om zo hun mannelijkheid te onderstrepen. Zo zijn er verhalen van Karel de Grote (800) dat hij elke dag een kraanvogel, drie schouderstukken, één kapoen en drie kippen at terwijl hij op dieet was. En ook nu begrijpen wij dit onmiddellijk want volgens de reclame zijn echte mannen altijd bezig met grote hompen vlees op een grote barbecue waarbij oerbier wordt gedronken uit grote glazen. Al hebben deze tegenwoordig geen pruik op maar een grote baard die ze een uur per dag moeten verzorgen, wat niet zo mannelijk overkomt.

Na de eetkamer kom je langs de slaapkamer van de koning. Ook deze is weer rijk versierd en ook deze is helemaal ingericht volgens de tradities van het hof. Hier begon om klokslag acht uur de dag in het paleis als de koning opstond. Na het opzetten van de pruik arriveerden de eerste edelen die de ceremonie mochten meemaken en dat was een enorme gunst aan het of. Het aankleden van de koning kon wel twee uur duren waarbij de edelen hun mond moesten houden.

Galerij der veldslagen

Gelerij der veldslagen in het kasteel van Versailles

Galerij der veldslagen is bij de laatste grote verbouwing van Versailles toen het al een museum was.

De laatste grote zaal die je bezoekt is de Galerij der veldslagen. Dit is een lange zaal die pas in het begin van de negentiende eeuw is gemaakt, dus honderd jaar later dan de Zonnekoning. Tijdens Lodewijk XIV waren hier appartementen voor de edelen. Als je goed kijkt is dit ook duidelijk te zien want de zaal is meer een museum dan een koninklijk vertrek en dat is ook precies waarom hij is gemaakt.

Na de revolutie en het keizerrijk van Napoleon kreeg het kasteel de functie van een museum en deze zaal vertelt de Franse geschiedenis aan de hand schilderijen van de grote veldslagen. Of beter aan de hand van Franse militaire overwinningen. Verloren veldslagen zoals die bij Poitiers of Waterloo zijn hier niet te vinden. Hoe nationalistisch kan je het krijgen.

Ondanks de nationalistische inslag en dat de schilderijen niet barsten van de creativiteit en vakmanschap heb ik mij hier uitstekend vermaakt. Als je een beetje op de hoogte bent van de Franse geschiedenis is het leuk om langs de enorme schilderijen te lopen en te zien hoe het negentiende-eeuwse Frankrijk zijn eigen geschiedenis zag.

Video van Paleis van Versailles

Beelden van Paleis van Versailles

E-Magazine

In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.

Kaart van Paleis van Versailles en omgeving


Les plus beaux villages de France
weergeven op een grotere kaart

Geschiedenis van het kasteel van Versailles

Wij hebben het kasteel het Loo in Apeldoorn en zo zijn er talloze voorbeelden in Europa. Maar hoe is zo gekomen dat een gehucht werd omgetoverd tot het centrum en voorbeeld voor de wereld?

Dorpje Versailles

Aan het einde van middeleeuwen was Versailles een klein dorp twintig kilometer ten westen van Parijs. De plaatselijke heer had goede connecties aan het hof en om deze relaties een beetje te onderhouden gebruikte hij zijn landhuis voor jachtpartijtjes. Bij deze feestjes was ook de jonge koning Lodewijk XIII wel eens aanwezig en kennelijk beviel het koning het daar wel want later kocht hij zelf in Versailles 350 hectare jachtgrond en liet er een bescheiden jachtkasteel bouwen.

Zijn opvolger, Lodewijk XIV, pakte het allemaal wat voortvarender aan. De stad Parijs vond hij maar niets; het stonk er geweldig en hij had een jeugdtrauma opgelopen bij een oproer waar het volk bijna zijn slaapkamer was binnengedrongen. ‘Dat nooit meer’ moet hij gedacht hebben.

Bouwproject

Nu had hij net als zijn voorgangers zich aan de Loire bij Blois kunnen vestigen maar dat was kennelijk niet zo zijn ding. Hij wilde iets nieuws en liet zijn oog vallen op het kleine jachtkasteel in Versailles. Het begon met wat aanpassingen maar zoals het gaat met verbouwingsplannen kwam van het één van het ander. Zo moest er een mooie tuin komen, leuke stallen voor de paarden en ruimtes voor de regering want het land moest worden geregeerd vanuit het kasteel. Daarbij had de koning ook last van voortschrijdend inzicht; er werd nog weleens wat afgebroken wat een paar jaar daarvoor net was gebouwd.

Al snel bleek dat het dorp in de weg lag en dus werd het gesloopt. Daarbij heb je bij Lodewijk XIV het idee dat hij de inwoners gewoon liet wegjagen en klaar, maar zo is het niet helemaal gedaan. De dorpelingen kregen eerst een reëel aanbod op hun eigendom. Iedereen die daarna toch bleef zitten werd met zachte dwang verwijderd.

Tijdens het leven van Lodewijk XIV is het paleis drie keer op grote schaal uitgebreid. Pas in de laatste verbouwing is de spiegelzaal toegevoegd. Op de plek waar de beroemde zaal nu is was vroeger een enorm terras waar toneelvoorstellingen werden geven waarin de koning zelf vaak meedeed in de rol van Apollo. De rol van de zonnegod heeft hem de bijnaam de zonnekoning opgeleverd.

Tijdens de vele verbouwingen is het oude jachtkasteel altijd herkenbaar gebleven en ook nu nog is het nog goed te herkennen als centrum van het hele complex. Als je vanaf de straatkant het kasteel nadert wordt je haast vanzelf naar dit oudste stukje aangetrokken. Hier bevindt zich op de eerste etage de koninklijke slaapkamer en als je op de zwart en witte tegels op het pleintje daarvoor staat krijg je goed een idee hoe het karakter van het oude jachtslot was.

Waarom eigenlijk zo’n groot paleis?

Het paleis was een huzarenstukje van Lodewijk XIV die daarmee op verschillende manieren zijn macht liet zien. Natuurlijk begint dat met het formaat; ook nu begrijpen wij onmiddellijk dat de bewoner van een groot huis belangrijk is. Lodewijk ging echter veel verder in Versailles.

Als je Versailles wilt begrijpen moet je beseffen dat de absolute macht van de Franse koning zoals Lodewijk XIV die had niet vanzelfsprekend was. De eeuwen daarvoor was de koning van Frankrijk slecht de eerste onder zijn gelijken. Het kwam ook wel eens voor dat aantal gelijken rijker en machtiger waren dan de koning zelf. Denk bijvoorbeeld aan de hertogen van Normandië, van Anjou of van Bourgondië. Deze machtige mannen hebben meer dan eens hun wil aan de koning opgelegd en het land verdeeld.

De spiegelzaal in het paleis van Versailles

De spiegelzaal werd pas later tijdens het leven van de zonnekoning toegevoegd en was de ontvangst- en feestzaal van Lodewijk XIV. Later werd hier het Duitse Keizerrijk uitgeroepen en de vrede van de Eerste Wereldoorlog getekend.

Lodewijk XIV voelde er niets voor om een speelbal van de edelen te zijn en gebruikte Versailles om te heersen over zijn edelen. Hier werden de baantjes en privileges uitgedeeld en zo werden de edelen gedwongen om zich in Versailles te vestigen en zich te schikken in de gebruiken en tradities die de koning in rap tempo bedacht.

Hertogen en graven die twee of drie generaties daarvoor de koning nog hun wil konden opleggen moesten nu blij zijn dat ze in de rij mochten staan om te zien hoe de koning zich omkleedde. Zo waren er honderden tradities en gewoontes aan het hof die allemaal er op gericht waren om de edelen eronder te houden.

Lodewijk XIV is de bekendste koning maar niet de laatste koning die Versailles bewoonde. Zijn achterkleinzoon en opvolger Lodewijk XV regeerde Frankrijk ook vanuit dit paleis en liet het ook verbouwen maar lang niet ingrijpend als zijn voorganger. Zijn grootste bijlage is het Petit Trianon en liet daarachter een Engelse landschapstuin aanleggen en dat is ook een zeer geslaagd project.

Ook de laatste Franse koning voor de Revolutie zetelde in het paleis. Lodewijk XVI gaf het Petit Trianon aan zijn koningin Marie-Antoinette. Zij liet in de buurt van het kleine paleis een klein theater, een boerendorpje en een tempel der liefde bouwen. Prachtige werkjes die er er nog altijd staan en is vandaag één van de attracties in het park.

Franse Revolutie

De Franse Revolutie maakte een einde aan het koninkrijk Frankrijk. De koning en koningin werden door een woedende menigte op 5 oktober 1789 hier opgehaald en in Parijs gevangen gezet.

Later werd het koninklijk paar onthoofd en daarmee was Versailles zijn voornaamste bewoner en functie voorgoed kwijt. De revolutionairen verkochten de inboedel maar lieten het gebouw en de tuin vreemd genoeg vrijwel ongemoeid.

Napoleon

Ook Napoleon deed niets met Versailles. Hij begreep heel goed dat Versailles symbool stond voor onderdrukking van de absolute koningschap en liet het kasteel links liggen. Jaren gebeurde er niets tot in 1833 Louis Philippe er een museum van maakte. Hij liet de linkervleugel verbouwen met een zaal ter glorie van de geschiedenis van Frankrijk. Een interessante galerij met enorme schilderijen met de militaire geschiedenis van Frankrijk.

Vrede van Versailles

Na de revolutie was Versailles nooit meer de zetel van het staatshoofd maar was nog wel twee keer het toneel van grote gebeurtenissen in de wereldgeschiedenis. Beide had iets met oorlog en Duitsland te maken.

In 1871 versloeg Pruisen Frankrijk in een korte maar bloedige oorlog en werd in de spiegelzaal het tweede Duitse Keizerrijk uitgeroepen. In 1919 werd op dezelfde plek de vrede ondertekend van de Eerste Wereldoorlog en bezegelde daarmee het einde van het Duitse Keizerrijk. Deze vrede was geen lang leven beschoren en zoals bekend was het één van de vele oorzaken van de Tweede versie van de wereldoorlog.

Nu is het kasteel van Versailles een museum en is met meer dan vijf miljoen bezoekers tot de grootste toeristische attracties van Frankrijk. Zo nu en dan gebruikt de Franse president het paleis voor een staatsbanket als een ander staatshoofd op bezoek komt.

Het kasteel van Versailles: de tuin van de koning *****

Misschien niet de makkelijkste opdrachtgever maar aan de andere kant was wel veel mogelijk. Zo zouden er tijdens de bouw van het kasteel en de tuin dagelijks 35.000 mensen aan het werk zijn. Bijna onenige mogelijkheden dus, en dat is ook nu nog te zien.

Fonteinen

De tuin is bekend om zijn fonteinen. Lodewijk was dol op water en in de tuin zijn dan ook een veel fonteinen te bewonderen en allemaal van zeer goede kwaliteit.

Om deze allemaal van water te voorzien werden aquaducten en kanalen aangelegd vanaf de Seine. Een vernuftig stelsel van buizen en pompen zorgt ervoor dat de fonteinen werkt. Wonderlijk genoeg is het hele systeem uit de tijd van Lodewijk XIV voor het grootste deel in tact en voorziet het de fonteinen nog altijd van water.

Het resultaat van de strakke regie van de koning mag er wezen en waar we nog altijd van kunnen genieten. De tuin is formidabel groot, heeft geweldige fonteinen, prachtige beeldhouwwerken, een kanaal, verborgen grotten, waterpartijen, theaters, talloze lusthoven en nog veel meer. Dit maakt het park achter Versailles een perfecte plek om een wandeling te maken.

De tuin bevindt zich vanzelfsprekend achter het paleis en om daar te komen moet je bij het hek door de veiligheidscontrole, daarna hou je links aan om bij de tuin te komen. Deze is zo ingericht dat je automatisch naar het terras achter de achtergevel loopt. Je kan ook direct linksaf naar de Franse tuin en de Orangerie. Dit is een prachtige strenge Franse tuin én overdekte gangen waar ’s winters de kwetsbare planten uit de tuin worden bewaard. Achter de provincieweg ligt één van de grote waterbassins met daarnaast de moestuin van de koning. Deze laatste is nog altijd in gebruik.

De grootste tuin

Met zijn honderd hectare is de tuin van Versailles de grootste paleistuin van Europa. Het park werd in de zeventiende eeuw gebouwd en is ontworpen door André le Nôtre die hiermee een standaard zette. In bijna alle Europese hoofdsteden is wel een tuin te vinden uit de achttiende eeuw die is geïnspireerd op deze tuin. Bij ons niet in Amsterdam maar in Apeldoorn bij Het Loo.

Laat je dit alles links liggen en loop je vanaf de ingang rechtdoor dan kom op het centrale terras achter het paleis en daar heb je het mooiste uitzicht op de tuin. Draai je je om dat zie één van de mooiste gevels van Frankrijk. Vooral het centrale deel waar de spiegelzaal zich achter bevindt, is wonderlijk mooi. De verhoudingen van de barokgevel zijn zeer geslaagd en het beeldhouwwerk is subliem. De meute loopt hier door maar ik zou hier even de tijd nemen want dit is één van de plekken die Versailles zo ontzettend goed maken.

Het beeld Rhône op het terras in de tuin van het paleis van Versailles

Het grote terras direct achter het paleis heeft twee grote vijvers met beelden die de grote rivieren van Frankrijk voorstellen. Dit is de Rhône tijdens een winterdag.

Het terras omvat twee grote vijvers natuurlijk opgefleurd door beelden die de grote rivieren van Frankrijk voorstellen. Leuk spelletje is om te raden welk beeld welke rivier voorstelt. Ik had er twee goed. Bij ons laatste bezoek was het erg koud en lag er een dun laagje ijs op de vijvers. helaas niet genoeg om op te schaatsen maar het was zeker een bijzonder gezicht. Loop je het terras af dan ontvouwd de tuin zich in volle glorie voor je voeten.

De tuin in volle glorie

Je aandacht wordt als eerste getrokken door de grote centrale laan die zich voor je voeten uitstrekt met in het midden het Grand Canal. De as van bijna drieënhalve kilometer wordt omgeven door bos. Vanaf deze plek kijk je naar het westen wat betekent dat de zon onder gaat in het verlengde van de lijnen van de tuin waarbij hij reflecteert in het water van het kanaal.

tuin kasteel versailles frankrijk detail fontein latone met kikkers

De fontein van Latone heeft goudkleurige beelden van kikkers en boeren die veranderen in kikkers.

Het Grand Canal begint op ongeveer 750 meter en ligt lager dan het kasteel. Om daar te komen loop je een brede trap af waarna je in de tuin van Latone (Leto in het Grieks) komt. Latone was een godin die in een boze bui een aantal boeren veranderde in kikkers. Dit verhaal vormt het thema van de prachtige fontein die het midden van dit gedeelte van de tuin staat.

Fontein van Apollo

Latone was de moeder van de Apollo en dat was de favoriete Griekse god van Lodewijk XIV. Natuurlijk heeft deze god zijn een eigen fontein en die ligt tweehonderd meter verder aan het begin van het Grand Canal.

De fontein van apollo in de tuin van het kasteel van Versailles

Het water van de fontein van Apollo lijkt een beetje te hoog zijn staan maar dat is juist de bedoeling.

Persoonlijk vind ik dit één van de mooiste fonteinen in het park. Als je hem nadert lijkt het even dat het water te hoog staat. Maar dat is juist de bedoeling want hier komt Apollo om de nieuwe dag aan te kondigen en dat doet hij altijd terwijl hij uit de zee opstijgt.

Loop dus niet zomaar voorbij aan deze beelden maar bekijk ze goed want het is prachtig om te ontdekken hoeveel dynamiek deze beelden hebben. Je hoort bijna de trompetten schellen.

Achter Apollo begint het Grand Canal waar in de tijd van Lodewijk XIV zeeslagen werden nagespeeld. Nu kan je er een roeibootje huren. Wij hebben dat niet gedaan maar het lijkt mij wel leuk om een beetje te dobberen in de grootste vijver van de Franse koning.

Naast roeibootjes is het ook mogelijk om met een ’treintje’ te nemen, zijn er golfkarretjes en kan je er fietsen huren. Dat laatste is misschien wel de beste manier om het park te ontdekken.

Unieke stopplek

Wij zijn een aantal keren in de tuin van Versailles geweest en het was iedere keer fantastisch. In mijn jeugd was ik hier al met mijn ouders maar de eerste keer ‘op eigen kracht’ was als tussenstop op weg naar een gîte bij Blois. Het kasteel ligt namelijk niet erg ver van de snelweg en als je een stop van anderhalf uur of langer plant is het een unieke rustplek en rij je weer fris verder.

Anderhalf uur is veel te kort om de tuin helemaal te bekijken maar dat is helemaal niet erg. Dan blijft er wat over voor de volgende keer. De meest voor de hand liggende plek om je auto te parkeren is voor de deur van het kasteel. Dit kost je wel parkeergeld maar je bent gelijk waar je wilt zijn en dat is wel zo handig.

Lusthoven

Eén van de meest bijzondere zaken van de tuin van Versailles zijn de lusthoven, bosquets in het Frans, die verstopt liggen tussen de hoge heggen. Lodewijk XIV was er dol op en gebruikte deze open plekken voor allerlei activiteiten zoals staatsbanketten, concerten, dansfeesten en theatervoorstellingen. Voor de hovelingen in die tijd was dit verplichte kost en zo liet de koning zijn macht zien.

Het watertheater is één van de lusthoven in tuin van het paleis van Versailles

De fonteinen in de lusthoven zorgen nog altijd voor spektakel.

De meest bekende is misschien wel de balzaal. Dit is een danszaal in de open lucht die is gebouwd als een klein amfitheater waar een derde van de tribunes zijn vervangen voor watervallen. Oorspronkelijk was werd er gedanst op een eilandje maar dat is in de achttiende eeuw verdwenen.

Spectaculair is het watertheater dat aan de andere kant van de centrale laan ligt. Hier vormen een aantal vijvers

Vlakbij dit theater bevindt zich de ‘Grot van Apollo’ die zich qua stijl afwijkt. Zoals de naam al doet vermoeden staat hier een grot in een landschapstuin. Dit lusthof is dan ook later gebouwd toen de Engelse landschapstuin in de mode waren.

Er zijn nog veel meer van dit soort ‘kamers’ in de tuin te vinden. De eerste keer dat we een wandeling maakten door de tuin hadden dit pas door toen we terug liepen vanaf het Grand Canal. Hoewel een mooie verrassing hadden geen tijd meer om ze allemaal te zien.

La Colonnade is een lusthofje in de tuin van Versailles

Naast de lusthoven bevinden zich nog drie zeer bijzondere bouwsels in het park; twee grote paviljoens en een dorpje gebouwd waar de koningin in zich kon terugtrekken van het hofleven.

Deze staan verder in het park en daar is het karakter van de tuin ook anders. Direct achter het grote paleis is alles strak en streng, terwijl achterin er meer een landschap is met weides en stukken bos.

Kerk Auvers-sur-Oise dorp Frankrijk val dus oise vincent van gogh schilderij

Auvers-sur-Oise: de laatste maanden van Vincent van Gogh

Er zijn mensen die denken dat Rembrandt, Vermeer, Mondriaan of wellicht De Kooning de beste Nederlandse schilder ooit is. Dat is natuurlijk een vergissing. Het is namelijk Van Gogh en als je er beetje over nadenkt dan kan je geen andere conclusie. Werkelijk overal ter wereld kent men Vincent en nergens anders staan er zo lange rijen voor een museum dan voor het Van Gogh museum in Amsterdam. Elk museum in Japan, Egypte, Amerika, Iran, Australië of waar dan ook dat werk van hem heeft presenteert het als een pronkstuk. Dat is natuurlijk geen bewijs voor maar het gevolg van de kwaliteit van het werk van Van Gogh.

Schilderij Korenveld met kraaien van Vincent van Gogh

Eén van de meesterwerken die Van Gogh schilderde tijdens zijn verblijf in Auvers sur Oise is het ‘Korenveld met kraaien’.

De echte reden is dat zijn werk je raakt en dat hij van een unieke generatie is die kunst opnieuw definieerde, een eigen weg in sloeg die net even verder ging waardoor het je ziel harder raakt. Mocht je twijfelen ga maar kijken in Amsterdam of in het Kröller-Müller. Voor Mozart geldt trouwens het zelfde, ook zijn werk raakt je onmiddellijk hard in je ziel.

De Nederlandse zeventiende-eeuwse meesters vallen echt in een andere categorie. Ik werd daar nog eens fijntjes op gewezen toen ik het Louvre bezocht. Dit enorme museum heeft een ongelofelijke collectie schilderijen waaronder ook werk van Vermeer en Rembrandt. Ze hangen prachtig maar wel op de derde verdieping van de minst belangrijke vleugel op meer dan een kwartier lopen van de ingang. Tijdens mijn bezoek was de afdeling Nederlandse schilderkunst bovendien gesloten. Niemand maakte zich druk hierover en negentig procent van de bezoeker is het waarschijnlijk niet eens opgevallen. De Nederlandse schilders uit de zeventiende eeuw hebben indrukwekkend werk gemaakt maar het valt in het niet met wat Van Gogh de wereld heeft laten zien.

Enfin je snapt wat ik wil zeggen; ik vind Van Gogh een hele grote en ik ben niet alleen. Al behoort hij eigenlijk niet tot mijn favoriete schilders en weet ik ook niet zoveel van hem. Een goede vriend van mij, die ook een artikel over Vincent op Dorpen in Frankrijk heeft geschreven, heeft wel een grote interesse in Van Gogh en hij wees mij er dan ook op dat de schilder aan het einde van zijn leven vlakbij Parijs woonde. Dat wist ik eigenlijk niet en toen wij in de buurt een gîte huurden ga je natuurlijk even kijken.

Pronkstuk

huis bij de kerk Auvers-sur-Oise dorp Frankrijk val dus oise vincent van gogh

Een wandeling door Auvers-sur-Oise is heel erg leuk als je het werk van Van Gogh een beetje kent omdat je allerlei plekken tegenkomt die je herkent.

Over pronkstukken gesproken; In 2018 werd in een televisieprogramma het Plakkaat van Verlatinghe door de Nederlandse bevolking is gekozen tot het ‘Pronkstuk van Nederland‘. Dat is natuurlijk een vergissing. Wellicht heel belangrijk, maar echt geen bal om naar te kijken natuurlijk. Deze vergissing is niet erg en het kwam door een mengeling van nationale gevoelens en een aantrekkelijk pleidooi van Pleij, laat dat maar aan hem over. Het echte pronkstuk van Nederland kan natuurlijk alleen maar door Vincent Van Gogh zijn gemaakt. Zijn werk is het allermooiste en beste dat ooit door een Nederlander is gemaakt. Okay Rembrandt komt lichtelijk in de buurt maar je hebt het toch over het verschil tussen Beckenbauer en Cruijff.

De enige die daarbij in de buurt komt is Anne Frank. Maar een Duits geboren meisje en een Nederlander die zijn heil zocht in Frankrijk kan natuurlijk geen titel als het ‘Pronkstuk van Nederland’ worden gegeven. Daarbij past het niet in de Nederlandse cultuur om één iemand op het schild te hijsen en het is dan ook veilig om iets te kiezen wat door een collectief en in onze ogen redelijk anoniem is gemaakt. Dat snapt iedereen en daarom werd het iets waar niemand ooit van gehoord had, al is dat laatste moeilijk toegeven. Heb ik gelijk? Natuurlijk! Na het lezen van dit stukje weet je weer wat het Plakaat van Verlatinghe is terwijl je Van Gogh niet was vergeten.

Gewoon rondwandelen

Ik had eigenlijk geen idee wat ik mij moest voorstellen van het dorp. Ik kende alleen het schilderij met de kerk van het dorp maar verder wist ik niets. Bij aankomst viel het in eerste instantie niet mee. Het is eigenlijk een gewoon Frans dorp. Mijn goede vriend Jeroen had mij de tip gegeven dat ik gewoon maar een beetje moest rondwandelen én dat een bezoek aan zijn kamer wel interessant is. Hij had helemaal gelijk.

Omdat onze gîte in het volgende dorp stond hebben we Auvers in twee dagen gedaan, of eigenlijk twee dagdelen. Bij ons eerste bezoek liepen we vanaf het Hotel de Ville naar de begraafplaats. Deze aangename wandeling leidt je langs een mooi deel van het dorp en bovendien langs de kerk die Van Gogh heeft vereeuwigd. De begraafplaats ligt iets buiten het dorp boven op een heuvel en als je slecht ter been bent kan je hiervoor beter de auto nemen, ben je dat niet dan is een wandeling verplicht.

Dit is de dezelfde wandeling die zijn vrienden en zijn broer maakten bij de begrafenis van Vincent. Niet vanuit de kerk zoals je zou verwachten, maar vanuit kroeg waarboven hij een kamer had gehuurd.

Kerk Auvers-sur-Oise dorp Frankrijk val dus oise vincent van gogh schilderij

Op de plekken waar Van Gogh een schilderij heeft gemaakt staan grote borden.

Omdat hij zichzelf met een vuurwapen dodelijk had verwond werd het gezien als zelfmoord en dat maakte een dienst in de kerk lastig. Als alternatief hebben zijn broer en zijn vrienden hem herdacht in de eetzaal van Auberge Ravoux waar ze zijn kist hebben omgeven met zijn schilderijen waarna ze hem naar de graf hebben gebracht. Een karige dienst voor een man die dingen heeft gemaakt die zoveel mensen hebben kunnen genieten. Om het platter zeggen; de schilderijen die het lichaam van Van Gogh omringden hebben nu zoveel waarde je achteraf kunt zeggen dat het de duurste begrafenis in de Franse geschiedenis was.

Begraafplaats

Op het bordje bij ingang van de begraafplaats staat keurig aangegeven waar de grote schilderheld ligt begraven. Ik had dat bord wel gezien maar mijn aandacht direct werd getrokken door de tekst dat er ook Engelse oorlogsgraven aanwezig waren waarop ik mij afvroeg van welke oorlog deze waren. Hierdoor miste ik de aanwijzing waar Van Gogh lag en liep dus maar gewoon de begraafplaats op met het idee dat dit toch wel zou staan aangegeven. Niet dus.

Nu is de begraafplaats van Auvers sur Oise niet heel erg groot maar het duurde toch even voordat ik het gevonden had. Sterker nog, ik wandelde er gewoon voorbij en vond eerst het graf van Corneille. Dat is eigenlijk niet zo heel gek want deze schilder van de Cobra heeft en prachtig graf met een grote afbeelding van zijn werk terwijl Van Gogh een zeer bescheiden steen heeft. Gelukkig liggen ze binnen vijf meter van elkaar en dat is eigenlijk best bijzonder.

Deze twee Nederlanders zijn trouwens niet de enige kunstenaars die hier rustten. Schrijvers, beeldhouders, dichters en schilders; er liggen een heel stel. Het geeft maar aan de het geen toeval is dat Vincent van Gogh hier heeft gewoond en gewerkt; dit is een dorp dat veel kunstenaars aantrok en dat nog altijd doet.

Het graf van Vincent van Gogh en zijn broer Theo in Auvers sur Oise

Het graf van Vincent van Gogh met daarnaast die van zijn broer Theo waarmee hij een zeer warme band had. Het graf ligt tegen de buitenmuur waar achter de akkers liggen waarvan de schilder zoveel van hield.

Voor Van Gogh was de keuze voor Auvers sur Oise een logische omdat het relatief dicht bij zijn broer Theo was, er een goede dokter woonde die hem een beetje in de gaten kon houden en dat hij in de natuur en het boerenland rondom het dorp genoeg inspiratie was om te schilderen.

Topwerk

De verhuizing pakte dan ook goed uit voor de schilder. Hij huurde een kleine kamer, sloot vriendschap met de dokter en vond het dorp en omgeving prachtig. Dagelijks trok hij met zijn schildersezel het landschap in en schilderde in korte tijd ongeveer tachtig schilderijen waaronder een flink aantal meesterwerken. Niet alleen landschappen maar ook de portretten die hij hier maakte zijn van een ongekende schoonheid. Vooral de kleuren zijn echt adembenemend.

Van Gogh leek zijn draai gevonden maar toch ging het goed mis. We weten eigenlijk niet wat er gebeurd is maar de officiële versie is dat Van Gogh het veld is ingelopen en zichzelf in zijn buik heeft geschoten. Ernstig gewond strompelt hij terug naar zijn kamer in Auberge Ravoux waar alarm wordt geslagen. Zijn broer komt de volgende dag vanuit Parijs en vindt hem betrekkelijk vrolijk in zijn bed. Bovendien rookt hij rustig zijn pijp. Dat geeft hem moed maar de verwondingen zijn toch te ernstig. Vincent van Gogh sterft de volgende nacht in het bijzijn van zijn broer en de dokter waarmee hij ook een sterke band mee heeft.

Kamer in de herberg

Zijn kamer waar hij is gestorven kan je bezoek in de herberg en is zoveel mogelijk in oude staat hersteld en kan je bezoeken. De herberg staat tegenover het gemeentehuis en is nog steeds een restaurant. Als je eerst iets wilt eten dan moet je de voordeur in en als je de kamer van Van Gogh wilt zien dan moet je linksom naar de achteringang. In een klein hokje zit een mevrouw en koop je een kaartje waarna je naar de eerst verdieping mag. Daar is een kleine boutique met veel boeken en allerlei Van Gogh souvenirs en daar moet je even wachten omdat de kamer alleen met een rondleiding kan worden bezocht. Je kan kiezen tussen Frans en Engels.

In de herberg is nu een klein museum gevestigd.

Wij kozen voor het laatste en werden in het bekende Frans Engels door een charmante dame naar boven geleidt. Ons groepje bestond naast ons uit twee Aziatische vrouwen en een meisje uit Amerika. Ze kwam uit Portland en was helemaal alleen uit Parijs gekomen om het dorp van Van Gogh te bekijken. Ze was jarig en is een groot fan van de schilder zo verzekerde ze mij.

Kamertje van Vincent van Gogh

Na het bestijgen van de trap stonden we plots in een heel klein kamertje met een inbouwkast en een stoel, de muren zijn kaal met hier en daar een scheur. De langste wand, die de kamer scheidt van een ander kamertje, is helemaal ‘ingepakt’ met doorzichtig perspex. De bedoeling was mij niet duidelijk en de gids kon er ook geen duidelijk antwoord opgeven.

De plek gaf mij een bijzonder gevoel, ik noem het maar historische sensatie en dat is een vreemd ding wat ik niet helemaal kan verklaren. Ik geloof niet zo in krachten die ik niet kan waarnemen maar in dit kamertje werd ik toch een beetje emotioneel. Ik heb dat gevoel eerder gehad zoals in Oradour, de kerk in Carcassonne, de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog en in Sachsenhausen. Nu ik dit zo opschrijf besef ik mij dat het allemaal plekken zijn waar mensen zijn gestorven. Het gevoel zal ongetwijfeld te maken hebben dat je weet dat er op die plek in het verleden iets is gebeurd maar ik sta er altijd een beetje verbaasd over dat ik het voel.

De gids vertelde dat Vincent van Gogh hier had gewoond en redelijk gelukkig was geweest. Het kamertje is veel te klein om tachtig schilderijen te herbergen en omdat er meer schilders in de herberg woonden had de eigenaar beneden een opslag waar het werk kon worden opgeslagen.

Eten deed Van Gogh in de eetzaal die er ook, zo verzekerde de gids mij, weer helemaal uit ziet als in de tijd van Van Gogh hier leefde. Inmiddels was het duidelijk dat de Aziatische dames zich aan het verveelden en begonnen het andere kamertje te bekijken. Dat was niet helemaal de bedoeling en de gids opent een deurtje waarin de dames in nog een derde ruimte verdwijnen. Even later is ze terug terwijl er muziek begint te spelen. Ze wil duidelijk nog even doorpraten en dat doen we dan ook.

Vraagtekens bij zelfmoord

Het onderwerp is de dood van Vincent van Gogh. Hier zijn volgens de gids nog veel vragen en het is eigenlijk onduidelijk of het wel zelfmoord is geweest. Volgens haar is het heel moeilijk om je in de zijkant in je buik te schieten met een pistool. Daarbij is jezelf in je buik schieten niet de meest handige manier om er een einde van te maken.

In het politierapport staat dat Van Gogh op de laatste dag heeft verklaard dat hij zichzelf heeft neerschoten maar er staat tevens dat vlak na zijn verklaring de beide broers in bij zijn van de agent en de dokter lang in het Nederlands hebben gesproken. Dit is vreemd want ze spraken normaal gesproken Frans met elkaar. Het is dan ook niet in het rapport terug te vinden wat er toen besproken is. We zullen het waarschijnlijk nooit helemaal weten.

Lavardens: kasteeldorp in de Gers

Naast het kasteel is ook het hele dorp ooit ommuurd geweest. Dat is helaas nu niet het geval meer maar er zijn nog vijf torens. De hoogste daarvan is vijftien meter hoog en die is ziet er ook het best uit.

Het huidige kasteel heeft tijdens deze verbouwing zijn huidige vorm gekregen en het heeft een soort van natuurlijke schoonheid. De eenvoudige vormen en de goede verhoudingen maken het kasteel een prachtig bouwwerk dat ook nog eens interessante vertrekken heeft. Sommige daarvan hebben een prachtige vloer van natuursteen die op een unieke wijze is gelegd. Daarbij bezitten sommige kamers een prachtige akoestiek. In de zomer worden hier concerten gehouden.

In de negentiende eeuw raakt het kasteel in verval waarna pas in 1970 een serieus plan wordt gemaakt om het kasteel van Lavardens te redden. Dat is gelukt en nu zijn er tentoonstellingen en andere culturele zaken te zien. Het bekijken van het kasteel is dan ook een must bij een bezoek aan het dorp.

Natuurlijk is het dorp meer dan het kasteel en je kan er ook goed eten. Er zijn meerdere restaurants waar je plaatselijke specialiteiten tot je kan nemen. Vergeet daarbij na de dis een lekker glas Armagnac niet.

La Roche-Guyon: dorp langs de Seine

Kasteel

Na de val van het Romeinse rijk bleef door de strategische ligging La Roche-Guyon een belangrijke plek. Dat gaat gepaard met mythologische gebeurtenissen van allerlei lokale helden en heiligen. Mooie verhalen maar wat we zeker weten is dat in de elfde eeuw een kasteel is gebouwd op de hoge krijtrotsen boven de rivier om het koninklijk gebied rond Parijs te verdedigen. Kennelijk was dat nodig in die tijd.

Een eeuw later wordt het kasteel grondig verbouwd en daarbij wordt er iets opmerkelijks gedaan. In de rots waar het kasteel staat wordt vanaf het dorp een tunnel naar de burcht gegraven. Deze tunnel bestaat nog en brengt je in 250 treden naar de kerkers van het kasteel. Zeker even kijken als je er bent.

In de loop der eeuwen gaat het kasteel, het dorp en het recht om tol te heffen op schepen op de Seine over van verschillende aanzienlijke adellijke families. Tijdens de achttiende eeuw wordt onder de rots stapje voor stapje een nieuw kasteel gebouwd. Als je goed kijkt zie je duidelijk de verschillende stijlen van de gebouwen. De minder bedeelde mensen van het dorp hakken in rotsen woning uit en die zijn er ook nog. Het dorp wordt in deze tijd een belangrijk knooppunt van handel en dat trekt steeds meer mensen. Het centrum moet een gezellige boel zijn geweest met kroegen en herbergen.

In de negentiende eeuw krijgt La Roche-Guyon te maken met krimp. Hoewel de bevolking halveert verdwijnen de handel en de kleine ambachten niet en dat zorgt voor leven in de brouwerij. Er wordt geprobeerd wijn te verbouwen langs de oever van de Seine. Ondanks de kalkgrond, dat goed is voor de druiven wordt het geen succes en verdwijnen de wijngaarden na verloop van tijd. Kennelijk was het spul niet te zuipen.

Hugo en impressionisten

Victor Hugo verblijft in deze tijd twee keer in het kasteel. Hij vindt het somber, verlaten en desolaat en als goed romanticus is dat in zijn ogen prachtig. Hij schrijft er aan zijn dochter over. Hij is niet de laatste kunstenaar die het dorp bezoekt.

In het tweede deel van de twintigste eeuw wordt het dorp zelfs populair bij de impressionisten. Monet, Renoir, Degas, Pissarro zijn vaak te vinden in de straatjes en vinden inspiratie in het landschap. Er zijn dan ook flink wat schilderijen gemaakt in en rondom het dorp. De reden van deze populariteit is dat de eigenaar van de stamkroeg van de kunstenaars in Parijs oorspronkelijk uit dit dorp kwam.

Erwin Rommel

Het dorp duikt in de twintigste eeuw nog even op in de wereldgeschiedenis als de Duitse Generaal Rommel in 1944 het kasteel zijn hoofdkwartier maakt. Zijn voornaamste taak was het tegenhouden van de Engelsen en Amerikanen die een aanval voorbereiden. Tijdens D-Day was Herr Rommel echter niet op zijn werkplek te vinden maar onderweg naar zijn jarige vrouw. Hij had een nieuw paar schoenen voor haar gekocht.

Op deze plek moet de beroemde generaal contact met de groep rond Von Stauffenberg hebben gehad over een complot tegen Hitler. Deze mislukte echter jammerlijk en dat kostte Rommel uiteindelijk zijn leven. Dankzij zijn populariteit onder het volk mocht hij de hand aan zichzelf slaan.

Tot slot is het gemeentehuis en de overdekte markt nog even een bezoekje waard. Deze zijn gebouwd in de negentiende eeuw en zeker een bezoekje waard.

Limeuil: dorp langs twee rivieren ****

In de achttiende- en de negentiende eeuw ging het erg goed met Limeuil. De haven zorgde voor handel en in het dorp waren tientallen ambachtslieden actief die op hun beurt zorgden voor handelswaar. Nu herinneren het oude havenkantoor en een pakhuis nog aan deze tijd. Opvallend is dat beide panden nu een restaurant herbergen.

Het kerkje stamt uit de dertiende eeuw en is gewijd aan Sint Maarten. Dat is niet zo gek want hij was de bisschop van Tours en dat is niet heel ver weg. Er stond toen al een kerk en tot het einde van de achttiende eeuw had Limeuil twee kerken. Daar maakte de Franse Revolutie een einde aan want toen mocht het dorp nog maar één kerk hebben anders zou het alleen maar verwarring brengen.

Interessant is dat in 1960 achter het stucwerk in de kerk fresco’s werden gevonden waarvan een deel nu weer te zien is. Ook de gebrandschilderde ramen die in 2000 zijn gemaakt, zijn de moeite van het bekijken waard.

Naast de kerk en natuurlijk het dorp zelf is het park met panoramisch uitzicht de moeite waard om te bezoeken. Het ligt boven het dorp op de plek waar een kasteel heeft gestaan waar nu nog weinig van over is. Het park is ontworpen als Engelse tuin aan het begin van de twintigste eeuw rondom de ruïnes van het kasteel. Het park is in 2007 helemaal gerestaureerd.

Vanaf het park heb je een prachtig uitzicht over het dorp en de beide rivieren en dat maakt het een prima plek voor een picknick. Daarvoor met je wel vooraf de etenswaren kopen want het dorp heeft geen boulangerie. Bij warm weer geeft het strandje aan de overkant van de rivier verkoeling.

Haut-Koenigsbourg: het grootste droomkasteel van Europa ***

In de late Middeleeuwen verdampte de macht van de keizer en ontstonden er in de Elzas een tiental kleine staatjes. Ondertussen had de andere machtige vorst van West-Europa, de Franse koning, ook zijn oog laten vallen op de streek. Gedurende anderhalve eeuw hebben de kleine staatjes, denk aan het huidige Andorra of Liechtenstein, de Fransen buiten de deur weten te houden maar aan het einde van de zeventiende eeuw lukte het Lodewijk XIV toch om de Elzas bij Frankrijk te voegen.

Eén van de binnenplaatsen waar je je bijna in de middeleeuwen waant.

Voor Haut-Koenigsbourg betekende de Franse overheersing een tijd van verval. Het kasteel was lang de uitvalsbasis van een bende roofridders geweest waarna het in handen viel van de Habsburgers die wij kennen als keizers van Oostenrijk en natuurlijk als overheersers van de Nederlanden. Nadat Frankrijk de streek had ingelijfd verlieten de bewoners het gebouw en raakte het in verval.

Bij Duitsland

Aan het einde van de negentiende eeuw wisselde de Elzas van nationaliteit. In 1870 viel Pruisen Frankrijk binnen, maakte korte metten met het Franse leger om vervolgens in de spiegelzaal van Versailles Duitsland tot een eenheid uit te roepen.

Frankrijk kreeg een redelijke milde vrede opgelegd maar het besluit om zowel de Elzas als Lotharingen bij de nieuwe Duitse natie te voegen viel heel erg slecht. Het verlies van deze twee streken was een diep litteken bij de Fransen en het gevoel van onmacht was één van de vele oorzaken van de Eerste Wereldoorlog die in 1914 zou uitbreken.

In de Elzas zelf was lang niet iedereen blij met de Duitse overheersing gezien het feit dat meer dan 160.000 inwoners verhuisden naar Frankrijk. Waarmee is niet gezegd dat iedereen tegen de Duitse overheersing was. De meerderheid bleef gewoon in de streek wonen. Een van de grotere steden, Selestad, vond het in ieder geval nodig om een gebaar te maken aan hun nieuwe vorst en schonk in 1899 Haut-Koenigsbourg aan Keizer Wilhelm II.

Kado voor de Keizer

De staat van de vesting moet op dat moment dramatisch zijn geweest want het was bijna twee eeuwen onbewoond geweest en misschien was dat ook wel de boodschap die ze aan Berlijn wilde geven. Hoe dan ook was de keizer er blij mee en besloot de ruïne eens flink aan te pakken. De Berlijnse architect Ebhardt, de Duitse versie van Cuypers, werd aangesteld en na elf jaar werd het droomkasteel opgeleverd aan de keizer. Het had wat gekost maar dan had je ook een kasteel die middeleeuwser was dan ze in de middeleeuwen ooit hebben kunnen bouwen.

Bij binnenkomst kom je ogen te kort voor de details die zich aan de buitenmuren bevinden

Kosten noch moeite werden gespaard om het nieuwe gebouw oud te laten lijken en die unieke middeleeuwse sfeer te geven. Zo werden tot de verbijstering van de Elzassers de koperen dakgoten door de arbeiders net zo lang beklopt zodat er voldoende deuken en putten in zaten waardoor het leek dat het er al eeuwen stond. Wilhelm II maakte het allemaal niet uit en was heel blij met het resultaat van dit kostbare project. De ironie van de geschiedenis is dat het hele gebied inclusief het droomkasteel nog geen tien jaar later weer bij Frankrijk zou horen en dat de wereld van de keizer na vier jaar Eerste Wereldoorlog compleet verdwenen zou zijn.

Dit verleden maakt Haut-Koenigsbourg een uitzonderlijk gebouw dat je bij een bezoek aan de Elzas niet mag missen. Een bezoek maakt het alleen al leuk om je af te vragen hoeveel van de bezoekers beseffen dat het geheel helemaal niet uit de Middeleeuwen komt. Daarbij is het natuurlijk interessant om te zien hoe de adellijke cultuur uit de negentiende eeuw wilde leven.

Adel van de negentiende eeuw

Het is een cultuur die nu kennen uit bijvoorbeeld Downton Abbey. De onbezorgdheid, de kinderlijke smaak en fantasie en het totaal ontbreken van verantwoordelijkheidsbesef is een cultuur die ver van ons staat. In Downton hebben ze het trouwens wel door dat de tijden aan het veranderen waren. Haut-Koenigsbourg is zoals het er nu staat precies gebouwd op het punt waarop deze hoogmoed zijn piek bereikte vlak en voor de catastrofe die Europa en de wereld voorgoed zou veranderen.

Wie Europa wil begrijpen kan niet om Haut-Koenigsbourg heen op nog geen vijftig kilometer van Straatsburg waar eens per maand ons Europees Parlement zetelt in hun eigen droompaleis. En daarbij hoort natuurlijk ook het inleven en genieten van het droombeeld dat werd geschapen van de middeleeuwen, heerlijk! Kitsch maar wel lekker. Als je in de buurt bent zou ik zeker even een kijkje nemen!

Beynac-et-Cazenac: levende ansichtkaart langs de Dordogne ***

We hebben veel dorpjes bezocht maar Beynac-et-Cazenac hebben wij eigenlijk niet goed bekeken want we zijn er alleen doorheen gereden én langs gevaren met een kano. We zijn er dus wel geweest maar we hebben het dorp niet goed bezocht. Daarom geef ik dit dorp ook geen sterren want ik kan het niet goed beoordelen al had ik wel de indruk dat het heel bijzonder is. Maar om het goed te kunnen beoordelen moet moet ik er nog een keer heen en dat lijkt mij geen straf.

Prehistorie

De Dordogne is één van de plekken in West-Europa die al aan de einde van de ijstijd door mensen werd bewoond. Langs de oever van de rivier is er ook veel gevonden van deze vroege bewoners waarbij Lascaux de bekendste is. Ook in de buurt van Beynac-et-Cazenac zijn resten gevonden die wijzen op al een lange bebouwing. Ze hebben hier een archeologische park gebouwd waarin wordt uitgelegd hoe de mensen hier leefden tussen grofweg de laatste ijstijd en de komst van de Kelten, die wij kennen als Galliërs. Het park is in de zomer elke dag open en ze spreken er Engels. Na het hoogseizoen moet je een afspraak maken.

De andere publiekstrekker is natuurlijk het kasteel. Om daar te komen loop je door het dorpje waar je via een steil straatje de burcht bereikt. Het verdedigingswerk is op 150 meter hoge rots boven de Dordogne gebouwd en heeft in de tweede helft van de middeleeuwen een flink aantal belegeringen doorstaan waarbij de aanvallers werden bestookt met stenen.

Richard Leeuwenhart

Dit was niet altijd succesvol. Zo veroverde de beroemde Engelse koning Richard Leeuwenhart in de twaalfde eeuw het kasteel. Dat is geen schande want hij was een getalenteerd militair. Een eeuw later werd het kasteel van Beynac-et-Cazenac door het kruisridders uit het noorden veroverd op de Albigenzen waarbij behoorlijk wat bloed vloeide.

Naast de militaire functie heeft het kasteel ook een bestuurlijke functie gehad. Zo vergaderden de baronnen van de Perigord er en woonde één van hen hier. Na de Franse Revolutie waren er echter weinig edelen over in Frankrijk en werd het kasteel verlaten en raakte het in verval.

Restauratie kasteel

In tweede helft van de twintigste eeuw werd het gekocht door een particulier die het langzaam maar zeker heeft gerestaureerd zodat wij er nu van kunnen genieten. Het heeft interessante vertrekken waarvan er een aantal alleen zijn aangelicht met olielampen zoals dat ook in de middeleeuwen gebeurde. Tot slot is er het uitzicht over de rivier en de rotsen van de Domme en kan je bij helder weer drie andere kastelen zien.

In en rond het dorp is veel te doen. Zoals ik al eerder schreef is een kanotocht over de Dordogne echt een must. Al is er geen opstap plek in Beynac-et-Cazenac, daarvoor moet je westelijker wezen. Verwacht niet een tocht op wild water want de rivier is hier kalm en rustig. Wie echt iets bijzonders wil doen kan een ballontocht maken boven het dorp maar dat is wel redelijk prijzig.

Sainte-Suzanne: dorp met opmerkelijke geschiedenis

Sainte-Suzanne_straatje dorp in Normandië

In de middeleeuwen groeide Sainte-Suzanne uit tot een stadje dat dankzij zijn ligging strategische waarde had. In de elfde eeuw vochten de lokale heren in Frankrijk elkaar de tent uit waarbij de Hertog van Normandië één van de machtigste was. Deze Willem, die net Engeland had veroverd en zich tot Engels koning had laten kronen en zo zijn bijnaam ‘De Veroveraar’ verdiende, had ook een oogje laten vallen op Sainte-Suzanne. Maar wat hem in Engeland wel was gelukt, lukte hier niet. Hij belegerde de stad maar liefst drie jaar maar moest het toch opgeven.

Hoewel het dorp een middeleeuws karakter heeft en het daarom ook de moeite waard is om te bezoeken wordt deze plek al veel langer bewoond. Recent archeologisch onderzoek van de dolmens in de buurt van het dorp bewijst dat hier in het zesde eeuw voor Christus al mensen woonden.

Dat zijn indrukwekkende cijfers maar als je er loopt heb je er helemaal geen last van. Een wandeling in het dorp leidt al snel naar de dubbele Middeleeuwse stadsmuren. Maar een wandeltocht langs de oever van de Erve is zeker de moeite waard. Naast het natuurschoon zie je een ander verhaal uit het verleden in vorm van maar liefst zeventien molens waaruit blijkt dat deze plaats ook een rijke economische geschiedenis heeft. De route kan worden opgehaald in de plaatselijke Office du Tourisme.