Tag Archief van: Burcht

Citadel van Bitche **
Burcht met rijke geschiedenis

Op een steenworp van de Duitse grens en hoog boven een vallei staat de indrukwekkende citadel van Bitche. Sinds de dertiende eeuw is dit een militair bolwerk dat de directe omgeving domineert. Dankzij haar strategische ligging vlakbij de grens van Duitsland blijft het eeuwen belangrijk waardoor de burcht steeds wordt vernieuwd en uitgebreid. Van het oorspronkelijke kasteel is dan ook niets meer te vinden.

De militaire functie is in de twintigste eeuw verdwenen maar optisch regeert dit bolwerk nog altijd over de direct omgeving; als je komt aanrijden dan kan je hem echt niet missen. Ik heb het niet goed onderzocht maar in de directe omgeving van Bitche zijn er nog steeds militaire activiteiten; even ten noorden van het stadje reden we langs groot militair terrein. Het zag er enigszins verlaten uit maar zeker nog niet vervallen.

Sinds de dertiende eeuw is de burcht flink verbouwd en uitgebreid zodat er nu niet veel meer over is van het oorspronkelijke kasteel dat hier stond. In de zeventiende eeuw is het compleet verbouwd en de kenner weet dat een Franse vesting in deze eeuw bijna altijd is gebouwd door Vauban en dat is ook hier het geval.

Vauban

Vauban was de militaire bouwmeester van Lodewijk XIV en heeft een interessant leven gehad. Zijn ouders waren niet rijk maar dat was voor hem geen reden om geen carrière te maken in het leger. Dat is knap omdat in die tijd de afkomst zeer belangrijk was voor een militaire loopbaan.

Citadel van Bitche

Rating:

2 van 5 sterren (?)

Zeker zien:

- Maquette in kerk
- Panorama

Locatie:

open in maps

Locatie:

Open in maps

Helaas is er in Bitche niet veel meer te zien van zijn hand want in de achttiende eeuw werd burcht nog eens flink onder handen genomen waarbij alle gebouwen zijn vernieuwd. Alleen het kerkje is nog over van zijn ontwerp.

Mooie camperplaats

Om het bolwerk te bereiken neem je een klein straatje dat je na een kleine klim je op een ruime parkeerplaats brengt. Hier staat een klein gebouw met daar achter een paar prachtige camperplaatsen waar je ook mag overnachten. Echt een mooie plek om een nachtje te blijven. Helaas hebben wij geen camper.

De entree wordt gevormd door een opgang met links een grote muur van het fort. Best indrukwekkend. Entree is 11 euro pp en je krijgt een koptelefoon mee die reageert op de plek waar je bent. In het Frans, Duits of Engels. Dat begint direct bij de poort met een leuk verhaal.

Hoog genoeg voor een ruiter

De gang van de poort is lang en hoog. Hij is in de achttiende eeuw zo hoog gemaakt dat een man met een paard zo naar binnen kan rijden zonder af te stappen. Dan kon je snel de poortdicht gooien voor de achtervolgers stel ik mij zo voor.

De poort is later aangepast en is nu slechts 3 meter hoog en daarmee is het moeilijker voor een ruiter om hier onderdoor te rijden. Waarom dat is gedaan is mij niet duidelijk geworden, mogelijk was het toch niet zo handig en een kleinere poort is een stevigere poort.

Poort van de citadel van Bitche

De poort is in de achttiende eeuw zo gemaakt dat een ruiter met paard makkelijk er door kan rijden. Als je goed kijkt dan zie je dat de poort later is verlaagd en nog maar drie meter hoog is.

De gang na de poort is lang en maakt een bocht zodat deze makkelijk te verdedigen is als de vijand door de poort is gebroken. Eenmaal binnen sta je op een plein met wederom een klein gebouw. Hier wordt een film vertoond met het verhaal over de burcht en met name de rol die het speelde in de oorlog in 1870/71. Er staat duidelijk aangegeven dat de film de volgende punt is van de rondleiding.

Film

Als wij aankomen is de film halverwege en mag je er eigenlijk niet in. Dit wordt aangegeven door een klein stoplicht die op rood staat. Dat vind ik stom en ik besluit een blik naar binnen te werpen. Daar zitten een paar Fransen naar een groot scherm te kijken waar een slechte acteur doet alsof hij tegen Duitsers vecht. Ook de kapsels van andere soldaten in de film zien er niet uit alsof ze uit de negentiende eeuw komen.

De film komt niet echt overtuigend over en omdat we nog vijf minuten moeten wachten besluiten we deze niet te bekijken. Als echte Nederlanders bepalen we zelf wel wat we gaan zien. We laten ons niet door een stoplicht tegenhouden en bovendien was het duidelijk dat er een prachtig panorama op ons stond te wachten.

Kanon

We wandelen naar de zuidelijke buitenmuur en passeren een uitkijkpunt en een best groot kanon. Onze vriend de koptelefoon zwijgt hierover terwijl hij bij de poort nog de oren van je hoofd kletste. We genieten van de rust en van het prachtige uitzicht op de directe omgeving dat ondanks een dreigende regenbui prachtig is. Bitche is een leuk stadje met huizen, wegen, een treintje, sportvelden en nog veel meer. Kortom alles waar je als kind van droomde als je dacht aan de ultieme model treinbaan. Er is dus veel te zien en genieten van het panorama.

Ook nadat we een tweede poort hebben gepasseerd en de rest van het dak van de citadel bekijken blijft het stil. In het kerkje bewonderen we een prachtige maquette van het complex, ook hierover heeft de koptelefoon niets te vertellen. Raar ding. Nu zitten er wel knopjes op maar ondanks dat ik ze allemaal meerdere keren aanklik komt hij niet meer tot leven.

In de kerk van de citadel van Bitche is een prachtig maquette van het bolwerk te vinden.

In de kerk is een prachtig maquette van het bolwerk te vinden.

Nadat we alles hebben bewonderd valt het op dat er zo nu en dan mensen op het dak rondlopen die er eerst niet waren en waarvan ik zeker weet dat ze niet door de poort zijn gekomen. Hier gebeuren vreemde dingen.

Uiteindelijk lopen we terug en gaan nog even kijken naar het huisje met de film. Het zaaltje is leeg terwijl de film zijn best doet om ons te overtuigen. Het lijkt niet. Maar we ontdekken wel een trap naar beneden en als we die zijn afgedaald komt de koptelefoon ineens weer tot leven en begint snel te kletsen over het beleg van 1870, bij mij dit keer in het Duits. De taalwisseling is waarschijnlijk het resultaat van mijn knoppendrukactie.

Multimediale voorstelling

Onder de grond blijkt zich een groot deel van de vertrekken te bevinden zoals de keuken, de toiletten, opslagruimtes en nog veel meer. Dit wordt allemaal verteld aan de hand van indrukwekkende schermen waar de film die wij hebben ontweken verder gaat.

Het verhaal over het beleg in 1870 wordt vertelt door de een soldaat te volgen die het heeft meegemaakt. Her en der staan grote doorzichtige schermen waar de man en zijn kameraden op verschijnen. Ze hebben het druk met Duitsers die de burcht belegeren en dat levert allerlei dramatische scènes op.

Scherm in de citadel van Bitche die het verhaal vertelt over het beleg in 1870

Één van de schermen in het ondergrondse deel waarbij het verhaal van het beleg wordt verteld.

Hoewel dit een goede manier is om geschiedenis te vertellen kan het ons niet erg boeien. De acteur past gewoon niet en deze oorlog is misschien voor Fransen wel interessant, voor Nederlanders toch iets minder maar misschien is het ook gewoon het gebrek aan kennis van het Frans.

We besluiten dan ook de film te laten voor wat het is en lopen door de grote donkere ruimtes door. Eenmaal buiten worden we verwelkomd door zachte regenbui die zich ontwikkelt tot een redelijk stortbui als we bij de kassa onze koptelefoons inleveren. We besluiten een wandeling in de tuin van de vrede die rondom de citadel ligt over te slaan en gaan op zoek naar ons hotel.

Video van Citadel van Bitche

Beelden van Citadel van Bitche

E-Magazine

In bezit een ereader of tablet? Download dan één van de E-Magazine. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.



Downloaden doe je hier >>

Kaart van Citadel van Bitche en omgeving


Les plus beaux villages de France
weergeven op een grotere kaart

Rodemack: het kleine Carcassonne in Lotharingen ***

De middeleeuwse tuin met de verdedigingsmuur in Rodemack Frankrijk

De middeleeuwse tuin ligt direct onder de muren en zijn een bezoek waard.

Daarmee is het dorpje de perfecte plek voor de eerste lange stop op weg naar zuidelijk gelegen plaatsen. Het ligt maar een paar kilometer vanaf de snelweg en als je nog wil tanken in Luxemburg tijdens de grote vakantiedrukte dan kost het niet zo gek veel meer tijd. Om Rodemack te bereiken rij je namelijk via Luxemburg waar je vlak voor de grens verschillende tankstations zijn.

Nu heb je die wel meer daar, maar het verschil is die daar erg rustig is, zeker als het vergelijkt met die langs de snelweg. Het tanken kost je dus geen tijd en vervolgens rij je zo Frankrijk in. Het tweede dorp dat je tegenkomt is Rodemack waar je lekker rustig een kop koffie kan drinken of een kleine lunch nuttigen. Wel even in Luxemburg een stokbroodje scoren want een Boulangerie hebben ze niet in Rodemack.

Muren Rodemack

Het dorp ligt in een glooiend landschap en doemt ineens voor je op. Het is bijna geheel ommuurd en heeft een prachtige poort met twee dikke ronde torens ernaast. Wij bezochten Rodemack op de terugweg na een weekje in Bourgondië en helaas was de burcht in zijn geheel ingepakt met stijgers. Het is natuurlijk een goede zaak dat het Franse culturele erfgoed goed wordt onderhouden, maar voor ons was het wel jammer want we konden het allemaal niet goed zien.

De muren die er nu staan stammen uit de dertiende en veertiende eeuw. Dat is aardig oud, maar Rodemack is veel ouder. In bronnen uit het einde van de negende eeuw wordt het dorp al genoemd. Rond 910 komt het in handen van de abten van Sint Willibrord waarmee het onder invloed komt van de Karolingische cultuur dat zijn centrum had rond de Maas. Rodemack krijgt een kerk en daar omheen ontwikkelt zich het dorp. De eerste muren worden in de dertiende eeuw opgetrokken die in de loop van de eeuwen steeds worden versterkt en uitgebreid. De poort met de karakteristieke torens worden in de veertiende eeuw door de bewoners zelf gebouwd.

Ondanks zijn strategische belangrijke ligging heeft Rodemack een redelijk rustige geschiedenis; er is nooit echt hard om gevochten. Het behoorde tot 1796 Luxemburg waarna het een eeuw lang geregeld van land wisselde. Eerst was het een deel van Frankrijk, toen werd het Duitsland, daarna weer Frankrijk, vervolgens weer Duitsland en tot slot sinds 1944 weer Frankrijk. Het was een heel gedoe.

Mosset: fraai dorp in het woeste landschap van de Pyreneeën **

Het dorp Mosset in het Franse deel van Catalonië

Mosset is gebouwd op een berg en ligt prachtig in het landschap.

Slaapdorp

Toch is Mosset nog vooral een slaapdorp. Verwacht hier geen ruime keuze in restaurants en leuke winkeltjes. Het is veel minder toeristisch als bijvoorbeeld Villefranche de Conflent dat hier niet ver vandaan ligt. Maar er is wel een bakker en eten kan je er ook. Er is ook één echte toeristische attractie en dat is de ‘Tour de parfums’. Zoals de naam al doet vermoeden is dit een museum over geuren en smaken. Het ligt een beetje aan de rand van het dorp bij de parkeerplaats in een modern gebouw dat er maar weinig aantrekkelijk uitziet.

Een poes ligt te slapen in één van steile steegjes van Mosset

Steegje met trap in Mosset, Frankrijk

Volgens de folders moet het een geweldige ervaring zijn met moderne interactieve zaken. Wij besloten het links te laten liggen en het dorp in te lopen. Vanaf de parkeerplaats loop je zo het plein met de kerk op. Dat is niet echt groot en aangezien de doorlopende weg hier overheen gaat is het niet echt één van de mooiste pleintjes in Frankrijk.

De ingang van de kerk is anders dan je gewend bent. Hier vind je geen driedubbel portaal of een opvallend timpaan met een laatste oordeel en zelfs geen dubbele deuren. Dat vonden de inwoners van Mosset blijkbaar maar overdreven en dus kom je de kerk binnen via een kleine deur, wel met een flinke luifel en wat bloempotten ernaast. Over begroeiing gesproken, op het dak van de toren groeit een flinke boom die fier boven het dorp uitsteekt. Je ziet hem al van verre en als ik de pastoor was zou ik daar toch iets aan doen. Kennelijk is de pastoor een natuurliefhebber of gewoon te oud om de toren nog te beklimmen en het uit de kluiten gegroeid stuk onkruid te verwijderen.

De geestelijkheid van Mosset was bij ons bezoek toch niet zo actief want wij kwamen de kerk niet binnen, die was gesloten. Dat is wel jammer want in het gebedshuis zijn mooie stukjes houtsnijkunst te bewonderen. Als de binnenkant van de kerk in dezelfde staat is als de buitenkant is het helemaal interessant. Een beetje versleten kerk heeft wel wat.

Tijdens een wandeling door Mosset is het leuk om je ogen goed te kost te geven. Veel huizen hebben mooie kleine details. Zo is er een huis met een uitgehakte stenen beer dat herinnert aan de tijd dat er in de streek nog beren woonden. Oplettende lezertjes weten dat ook nu weer beren zijn losgelaten in de Pyreneeën maar die zijn ver weg hoog in de bergen. Je hoeft dus niet bang te zijn om te eindigen als lunch van zo’n harige jongen.

Het uitzetten van deze wilde beesten heeft geleidt tot behoorlijke discussie in deze streek want de inwoners worden hier over het algemeen niet zo blij van. Het zijn zeker mooie beesten, maar als er beren hier in de polder worden losgelaten zou ik er ook mijn bedenkingen over hebben en mijn dochter niet meer naar het hockeyveld laten fietsen. Al ben ik hier geen kunstgrasvelden tegengekomen, daarvoor moet je in Spanje zijn.

Poort van het kasteel in Mosset, een dorp in het zuiden van Frankrijk

Muur van de oude burcht van het dorpje Mosset in Frankrijk

Tegenover de kerk beginnen de nauwe straatjes en steegjes waar je heerlijk kan verdwalen. De huizen staan dicht bij elkaar en zijn gebouwd van natuursteen. Deze bouwproducten zijn niet allemaal direct uit de natuur gehaald want sommige ‘bricoleurs’ gebruikte de stenen van het kasteel als provisorische bouwmarkt. Als je goed kijkt kan je de stukken steen die ooit kasteel waren nog herkennen in de huizen.

Het labyrint van steegjes en trappen leidt je uiteindelijk naar het kasteel van Mosset. Stel je hier niet te veel van voor trouwens, want veel meer dan een oude toren en een muur is het niet, de rest is nu huis geworden. Een aantal informatiebordjes vertelt wat meer over de geschiedenis van deze ruïne. Mooi uitzicht heb je hier wel, net als op het terras van de herberg maar die is beneden.

Terrasje in villefranche-de-conflent een dorpje in Frankrijk

Villefranche de Conflent: stevige vesting in het ruige landschap van de Pyreneeën ***

Militair bouwmeester; Vauban

Vanzelfsprekend heeft Vauban ook in Frankrijk veel gebouwd. Met een beetje verstand van vestingbouw kan je met een gerust hart bij het naderen van een onbekende vesting in Frankrijk qausi-nonchalant tegen je vrienden vertellen dat Vauban het heeft gebouwd. Negentig procent kans dat je gelijk hebt,

en hiermee zal jouw aanzien binnen het reisgezelschap tot grote hoogte stijgen. Enige vereiste is dat je een vesting uit de achttiende eeuw moet kunnen herkennen. Als je dan niet kan, is het verstandiger je mond houden. Maar met een beetje oefening heb je het zo onder de knie.

Ook Villefranche de Conflent is door deze Vauban onder handen genomen. De dominante muren die het complete stadje aan het zicht van de naderende toerist onttrekken, zijn van zijn hand. Deze muren wekken onmiddellijk de nieuwsgierigheid. Wat bevindt zich achter deze muren? Je verwacht een enorme vesting in vorm van kazematten, kazernes en andere militaire gebouwen. Maar niets van dat alles. Achter de hoge m

uren ligt een gezellig dorpje verscholen met leuke winkeltjes, boetiekjes, fijne restaurantjes en terrasjes. Als je eenmaal binnen bent, verraadt alleen het strenge stratenpatroon de militaire oorsprong van de nederzetting.

Natuurlijk is het mogelijk om de muur te beklimmen en dan wordt ook de leeftijd van het stadje duidelijker zichtbaar en met een beetje goede wil kan je de geschiedenis ervan lezen. De muur omvat namelijk twee galerijen onder elkaar. De onderste dateert uit de elfde eeuw, de tweede is gebouwd voor Vauban, achttiende eeuw dus.

Fort Liberia

Naast de hoge muren van het stadje zelf heeft Vauban aan de andere kant van de rivier de Têt een grote burcht gebouwd: Fort Liberia. De kanonnen van deze burcht gaven de Fransen de complete controle over de nauwe vallei die aan alle kanten is omgeven door hoge bergen. Om de logistiek te verbeteren, besloot Napoleon III in de negentiende eeuw tussen het stadje en de burcht een tunnel te graven, een uitdagend plan. Resultaat is een lange tunnel met bijna duizend treden. Het lag eigenlijk in de planning om de tunnel onder de rivier te laten gaan, maar dat werd financieel toch echt te gortig.

fort-villefranche-de-conflent-dorp-frankrijk-plus-beaux-villages

Het Fort Liberia ligt hoog boven het stadje. Een lange tunnel verbindt de burcht met het centrum.

Wie over een goede conditie beschikt kan de tocht omhoog door de tunnel nog altijd maken, maar je kan je ook met een 4×4 naar de burcht laten vervoeren om vervolgens via de tunnel naar het stadje af te dalen.

Grotten

Villefranche de Conflent herbergt nog meer ondergrondse schatten. In een straal van vijfhonderd meter liggen namelijk maar liefst drie grotten. Twee daarvan zijn in het dorp toegankelijk en in één van de grotten zijn sporen van prehistorische bewoning gevonden. De vallei is dus al heel lang bewoond. In de grotten worden in de zomer ’s avonds concerten gegeven. Dat lijkt mij een unieke ervaring.

Kerk

Tot slot is er natuurlijk een kerkje te vinden.

Het is in dit geval een Romaans exemplaar uit de twaalfde en dertiende eeuw. De buitenkant heeft een klassieke vorm die je in veel dorpen en steden in de Villespir tegenkomt. De portalen zijn zeer fraai en het interieur is redelijk druk versierd met allerlei altaarstukken, zijkapelletjes en een in mooi wit aangeklede Madonna. Dat geeft mij altijd het aangename gevoel dat ik zeer zuidelijk ben.

In de omgeving

Kapiteel met fantasiefiguur naast de ingang van de kerk van Villefrance de Conflent

Kapiteel van het kleine kerkje.

Villefranche de Conflent ligt in een streek waar voldoende te doen is. Erg leuk is een ritje in de Train Jaune (gele trein). Deze kleine trein rijdt over een spoor van ruim 60 kilometer en bereikt in Bolquère bijna een hoogte van 1600 meter. Dat is het hoogst gelegen treinstation in Frankrijk. In de zomer rijdt deze trein, speciaal voor toeristen, zonder dak en dan heb je mooi uitzicht. Helaas begon het op de dag dat wij de streek bezochten enorm te regenen, niet echt een goed idee om je in een cabriolettrein te verplaatsen.

Het parcours eindigt in Mont-Louis, een vestingstadje waar Vauban de muren heeft getekend. Nu herbergt het stadje nog altijd een opleidingscentrum voor para’s. Naast deze historische militaire monumenten is een enorme zonneoven te bezoeken die in 1949 werd gebouwd. Daarmee is het de oudste van de wereld en een voorbeeld van alle andere installaties die later zijn gebouwd.

Tot slot zijn er in de directe omgeving van Villefranche de Conflent maar liefst drie andere Plus Beaux Villages de France te vinden: EusEvol en Mosset. Wat een weelde daar.

Pujols: de intieme kleine wereld van een vestingsdorp ***

Pujols lag midden in de frontlinie van deze oorlog en werd belegerd door de kruisridders om vervolgens geplunderd te worden. Door de strategische ligging werd de burcht in de dertiende eeuw hersteld en overleefde het de Honderdjarige Oorlog tegen Engeland. Veel huizen in het dorp stammen nog uit die tijd.

pujols-le-haut-frankrijk-dorp-lot

De ingang tot het dorp is een mooie poort.

De ingang van het dorp ligt echt fenomenaal boven op de berg waardoor je een prachtig uitzicht hebt over het dal. Hoewel de weg er loopt besloten wij daar te picknicken en van het uitzicht te genieten. Als je niet langs de weg wilt zitten en je het uitzicht wel gezien hebt, zijn er in het dorp zelf ook genoeg plekjes om van je stokbrood te genieten.

Pujols-le-Haut-Aquitani-C3-AB-Lot-bloemen-straatje

De straatjes in Pujols staan vol met bloemen.

De vijftiende eeuwse poort is tevens de klokkentoren van het kerkje dat er vlak naast staat. Dit kerkje is opgedragen aan de ons welbekende Sint Nicolaas. Eenmaal door de poort proef je direct de sfeer van een ommuurde vesting, de intimiteit van een kleine wereld. De straatjes zijn voor een oud dorp vrij breed en bebouwd met prachtige huisjes. De inwoners van het dorpje zijn zich hier ook van bewust en doen hun best om de straatjes goed te onderhouden en vol te zetten met bloemen. Dat komt de sfeer ten goede en het is heerlijk om door de kleine straatjes te slenteren.

Kerkje Saint Foy

Pujols-le-Haut-Aquitani-C3-AB-Lot-kerk

Naast het kerkje is een charmant terras met lavendel en mooi uitzicht.

Naast de kapel van Sinterklaas bij de entree van het dorp, heeft Pujols nog een kerkje. Deze staat aan de andere kant van de berg. Het voormalig kerkhof is open voor publiek. Dit is een charmante plek met lavendel en een prachtig uitzicht over het dal achter het dorpje. Het kerkje zelf is opgedragen aan de heilige Foy, die we kennen uit Conques maar die oorspronkelijk uit deze omgeving kwam. Het verhaal van deze plaatselijke heilige vind je bij het artikel over Conques op deze site. De kerk is gebouwd in de zestiende eeuw en heeft binnen mooie fresco’s uit die tijd. Helaas was het kerkje niet open toen wij het dorpje bezochten. De groene gids leert ons dat het pas na drie uur ’s middags zijn deuren opent voor het publiek.

Van de voormalige vesting zijn nog een aantal zaken terug te vinden in het dorp. De meest opvallende is het kasteel dat zich aan de oostkant bevindt. Tevens zijn er nog resten van de oude muur te ontdekken, waarvan een vervallen poort het mooist is. Helaas is het kasteel niet te bezichtigen maar dat mag de pret niet drukken.

Markt

Op zondagochtend is het markt in Pujols en dat is altijd een leuk moment om zo’n ‘Plus Beaux Village’ te bezoeken. Bij ons bezoek waren de dorpelingen druk met een soort van kunstmarkt. Het zal je ook niet verbazen dat ook in Pujols de nodige kunstenaars wonen die op hun waren aan het verkopen waren. De hele zomer is er trouwens wel iets te doen, van brocante tot een feest van de kleuren. Klinkt goed allemaal en ik krijg terwijl ik dit schrijf onmiddellijk zin om naar Frankrijk te gaan.

Ook voor het eten zit je wel goed in dit dorp. Pujols heeft verschillende restaurantjes en de streek staat bekend om zijn fruit, in het bijzonder pruimen. Die kan je in alle soorten en maten en op veel verschillende manieren in het dorp nuttigen. Bij een rondrit in de streek troffen we zelfs een pruimen-museum aan!

In de omgeving

Pujols-le-Haut-Aquitani-C3-AB-Lot-bloemen

De inwoners doen hun uiterste best om het dorp met bloemen te verrijken en dat lukt aardig.

Op nog geen drie kilometer ligt Villeneuve-sur-Lot. Een voormalige vestingstad met een streng stratenpatroon en leuke pleintjes en straatjes. Fraai is ook het dorp Casseneuil langs de Lot. Eén van onze gidsen sprak over het ‘Venetië aan de Lot’. Dat is een beetje overdreven maar het is een mooi dorp.

Omdat het plots hard begon te regenen nadat we Pujols hadden bezocht, zijn wij met de kinderen naar de grot van Lastournelles gegaan. Een mooie grot met een beetje verouderde entree inclusief vervallen midget-golf en andere roestige attracties in de speeltuin. Daar hou ik wel van.

Heb je een tablet of een e-reader en ga je binnenkort naar Frankrijk? Download dan eens één van onze reisgidsen in e-book formaat, ze zijn kosteloos.

Fourcès: intiem dorp in het hart van de Armagnac ***

Fourc-C3-A8s-gers-armagnac-bogen

Arcaden omringen het dorpsplein van Fourcès.

Charme van de Armagnac

Straatje met de tour d'horloge in Fourcès, armagnac

De Tour d’horloge is nog een overblijfsel van de vestingmuur.

Fourcès is oorspronkelijk een Engels dorp dat in de dertiende eeuw is gesticht op de oever van de rivier Auzoue. De toenmalige Engelse regering had een behoorlijk meningsverschil met de toenmalige Franse regering. Een groot deel van het zuidwesten van Frankrijk behoorde in deze tijd bij Engeland en om dit zo te houden bouwden de Engelse koningen burchten en kastelen. Ook in Fourcès stond een kasteel en het huidige dorpsplein volgt waarschijnlijk de contouren van deze vesting.

Het dorp moest de Engelse bezittingen in de Gascogne beschermen en daarom was het dorp geheel ommuurd. Hoewel de muur grotendeels is verdwenen zijn delen daarvan nog wel te herkennen. De Tour d’horloge was een onderdeel van de vesting.

Vandaag de dag zijn er in het dorp naast wat restaurantjes vooral galleries en ambachtelijke ateliers te vinden.

De streek rondom Fourcès

Fourcès ligt in een mooie omgeving en je kan het dorp prima gebruiken als startpunt voor een wandeling door de directe omgeving van het dorp. Bij het Office de Tourisme zijn de routes van een aantal wandeltochten te krijgen.

In de omgeving

Niet ver van Fourcès ligt het prachtige Larressingle. Deze ‘Plus Beaux Village’ is zeker een bezoek waard. Vlakbij ligt er een opgraving van een Romeinse villa in Séviac. Een interessant complex met prachtig mozaïek en een badhuis. Ook Condom, de hoofdstad van de Armagnac is een bezoek waard.

Larressingle: Carcasonne in het klein *****

 

Larressingle-beaux-village-armagnac-plein

Larressingle heeft een kleine burcht met een kerk binnen de muren.

Nadat Fransen de Engelsen hadden verslagen verloor de burcht zijn functie. In de daarop volgende eeuwen raakte het plaatsje in verval. De sterke stenen muren werden door de dorpelingen gebruikt als steengroeve om hun eigen huizen te bouwen. En net als zoveel andere dorpen in Frankrijk werd het mooie dorp in de twintigste eeuw hersteld.

Larressingle-beaux-village-armagnac-plein-winkeltje

Pleintje voor het museum in Larressingle.

Larressingle-beaux-village-armagnac-plein-poort

Een kleine poort met een toren vormt de ingang tot het dorp.

Het dorp herbergt een kasteel en een oude kerk. Hierin staat een interessant beeld van Saint-Sigismond. De beeldhouwer wist kennelijk niet precies hoe deze heilige er uitzag en heeft daarom maar een andere Franse held genomen als model; Vercingetorix. Het kerkje heeft door zijn dikke muren en kleine raampjes een aparte sfeer.

Naast het kasteel en de kerk omvat Larressingle niet heel veel huizen. In één van deze huizen is een museum ingericht waar aan de hand van kostuums de geschiedenis van het dorp wordt uitgelegd. De kleine straatjes en steegjes zijn mooi en wij vonden zelfs een heel klein openlucht theater achterin het dorp. Helaas was er geen voorstelling.

Vlak buiten het Middeleeuwse dorp is er een soort van Middeleeuws attractieparkje gebouwd. Hier kan je kennismaken met de oorlogsvoering uit de veertiende eeuw compleet met ridders, blijde, katapulten en belegeringstorens. Toen wij er waren was hij net dicht, maar het zag er leuk uit voor zowel volwassenen als kinderen.

Larressingle ligt midden in de Armagnac en kenners weten dan dat hier een lekkere drank wordt geproduceerd. Het dorp ligt tussen de druivenranken in waar de edele drank van wordt gemaakt. In de directe omgeving van Larressingle zijn voldoende plekken om Armagnac te proeven en aan te schaffen.

In de omgeving
Naast nog twee ‘Beaux Villages’ in de direct omgeving van Larressingle waaronder Fourcès, kwamen wij nog een bijzonder aardig historisch monument in vorm van een Romeinse Villa tegen. In Frankrijk noemen ze dat altijd een Gallo-Romeinse opgraving, maar het is natuurlijk gewoon Romeins. De villa ligt in Seviac in de richting van Montreal.

Yèvre-le-Châtel: heerlijk slaperig dorp onder de rook van Parijs ***

Y-C3-A8vre-le-Ch-C3-A2tel-loiret-centre-graan

Yèvre-le-Châtel ligt tussen een gele zee van graanvelden.

Hoewel de gele zee van graan overweldigend is als je erdoorheen rijdt, is het ook zeker saai. Voordat je Yèvre-le-Châtel bereikt, rij je kilometers door de glooiende graanvelden en vraag je je toch af hoe het mogelijk is dat er hier ergens een mooi en interessant dorp is. En dan blijkt het toch zo te zijn.

Gallische weg

Het dorp is voor een groot deel gebouwd op de plek waar ooit een burcht heeft gestaan. Dit was een flinke burcht en die staan meestal op een strategische plek. Zo ook deze ten zuiden van Parijs; hij is gebouwd op de plek waar een oude Gallische weg de rivier La Rimarde kruist. Deze rivier vormde de natuurlijke grens tussen twee Keltische stammen; de Sénons en de Carnutes. De Romeinen bouwden als eerste in Yèvre-le-Châtel een versterking.

In de middeleeuwen werd rond het jaar 1000 een houten fort gebouwd. Het Romeinse exemplaar was toen blijkbaar verdwenen. In de elfde eeuw kwam het dorp in handen van de koning van Frankrijk, waarna het rond 1200 door Philippe II Augustus werd versterkt tot de huidige vorm. De burcht vormde een strategische basis voor de koning van Frankrijk die zijn handen vol had aan de adel, om deze een beetje in toom te houden. Het kasteel lag echter nooit in de vuurlinie.

Dat was wel anders twee eeuwen later tijdens de Honderdjarige Oorlog met Engeland. Yèvre-le-Châtel lag toen midden in het strijdgewoel. De Engelsen bedreigden het dorp vanuit het nabije Pithiviers, maar een klein garnizoen soldaten hield moedig stand totdat Jeanne d’Arc het kasteel ontzette tijdens haar mars naar Orléans. Zo kwam het dorp toch nog als voetnoot  in de Franse geschiedenis terecht. Pas in de zeventiende eeuw werd het garnizoen naar Pithiviers overgeplaatst, waarmee het dorp zijn militaire betekenis verloor. Yèvre-le-Châtel bleef echter wel een plaats van belang omdat er nog recht werd gesproken.

Y-C3-A8vre-le-Ch-C3-A2tel-loiret-centre-kasteel-poort

De poort gezien vanaf de donjon.

Het kasteel raakt in de negentiende eeuw in verval, totdat een groep vrijwilligers het in de jaren dertig van de twintigste eeuw opknapt en het toegankelijk maakt voor het publiek. Ondertussen hadden de bewoners bezit genomen van de gebouwen en maakten de verdedigingswerken onderdeel uit van het dorp. Eigenlijk is alleen nog de donjon, het binnenste gedeelte van het fort, niet bebouwd. Door het slechte onderhoud van de gebouwen, was het geheel wel tot een ruïne vervallen. De donjon is te bezichtigen. Het is best een klimpartij maar met kinderen is het gewoon een leuke attractie, inclusief donkere kerkers.

Ruïne kerk

Een tweede ruïne bevindt zich aan de andere kant van het dorp. Daar werd in de dertiende eeuw door de dorpelingen een eigen kerk gebouwd, de Saint Lubin. De reden hiervoor was dat de bestaande kerk onder invloed van de monniken van het klooster van Saint Benoît sur Loire stond. Kennelijk boterde het niet met de plaatselijke bevolking die besloot een eigen kerk te bouwen.

Y-C3-A8vre-le-Ch-C3-A2tel-loiret-centre-kerk-ruine

De Saint Lubin in Yèvre-le-Châtel is nooit afgebouwd maar heeft ooit een dak op het koor gehad.

Het bouwen van de Saint Lubin bleek toch lastig. Door geldgebrek werd het gotische bouwwerk nooit voltooid en kreeg uiteindelijk alleen het koor een dak. Deze bleek echter van belazerde kwaliteit, want het hele ding stortte in de veertiende eeuw tijdens de oorlog met Engeland in elkaar. In de zeventiende eeuw werd nog een poging gedaan om de kerk te voltooien, maar ook die strandde wegens geldgebrek. Je zou bijna geloven dat monniken uit St. Benoît hun invloed bij het opperwezen hebben gebruikt om te voorkomen dat de kerk ooit voltooid zou worden.

Nu staat er nog een prachtige ruïne van een kerk die het bezoeken meer dan waard is. Het deed mij een beetje denken aan de kloosterruïnes in Engeland, zoals Fountains Abbey in Yorkshire. Alleen heeft deze kerk nooit echt bestaan. Het is werkelijk bijzonder om er rond te lopen.

Het dorp

Hoewel het dorp behoort tot ‘Les Plus Beaux Villages de France’, is het niet echt een toeristische trekpleister. Het heeft rustige straatjes en je komt zo hier en daar wat plukjes dagtoeristen tegen, hoofdzakelijk Fransen. Dit geeft het dorp een heerlijke sfeer en als het weer mooi is, zijn er voldoende mooie plekjes om te picknicken. Neem dan wel zelf brood mee, want er is geen bakker in het dorp. Er is eventueel wel een restaurant en een Salon de thé waar ook kunst wordt getoond. Want zoals alle mooie dorpjes in Frankrijk heeft Yèvre-le-Châtel ook een aantal kunstenaars als inwoner.

Y-C3-A8vre-le-Ch-C3-A2tel-loiret-centre-kasteel-kerk

Het kerkje van het dorpje gezien vanaf een toren van de burcht.

Picknicken kan je ook in de prachtige vallei van het riviertje La Rimarde. Er zijn twee mooie wandelroutes. Je krijgt een beschrijving als je het kasteel bezoekt, in het Nederlands nog wel. Al is het foldertje wel met de Franse slag vertaald. Maar dat vinden wij niet erg.<

In de omgeving

In de omgeving is genoeg te doen. Je kan natuurlijk naar Parijs, het is maar een uurtje rijden met de auto en dertig kilometer ten zuiden van het mooie dorpje loopt de Loire, waar Saint Benoît sur Loire met zijn klooster echt de moeite waard is. Stop onderweg dan ook even bij Germigny-des-Prés. Daar staat een Karolingisch kerkje dat is gebouwd door de raadsheer van Karel de Grote. Karolingische kerkjes zie je niet elke dag, al is dit exemplaar wel iets té gerestaureerd. Het lijkt wel alsof hij net is opgeleverd. Toch een beetje jammer, want een oud kerkje met wat mos op het dak geeft toch een authentiek gevoel.

Een stukje stroomopwaarts vind je Briare waar in de negentiende eeuw een aquaduct over de Loire is gebouwd. Daar kan je de bootjes hoog over de Loire zien varen, erg leuk!

Ga je stroomafwaarts dan kom je Orléans tegen. Tot slot ligt er in het noordwesten Fontainebleau, het koninklijke paleis met prachtige tuinen dat zich kan meten met Versailles.

La Couvertoirade: dorp van de Tempeliers ****

La-Couvertoirade-Aveyron-beaux-village-straatje-muren-vanaf-kerk

La Couvertoirade gezien vanaf het terras voor het kerkje.

Schapen

Ondanks de ongerepte natuur is het niet makkelijk overleven op het Causse du Larzac. Dankzij een hoogte van 500 meter zijn de winters hier guur en koud en op de kalkgrond wil niet heel veel groeien. En zoals bij zoveel arme gronden in West-Europa is de hoogvlakte al sinds mensenheugenis het domein van schapen en herders. Het gebied kent veel verschillende rassen schapen, maar omdat ik daar helemaal geen verstand van heb, ga ik daar verder niet op in.

Ridderorde

In de twaalfde eeuw was het de Johannieter Ridderorde die in dit gebied een kasteel liet bouwen. Deze nederzetting zou later uitgroeien tot een kleine stad; La Couvertoirade. Net als veel andere Ridderorders zijn de Johannieters, ook wel bekend als Maltezers of Hospitaalridders, opgericht om de pelgrims naar het heilige land te beschermen, nadat het tijdens de kruistochten was veroverd op de islamitische rijken.

Een mooi nobel streven en bovendien een prima demografisch ventiel voor het overschot van mannelijke nakomelingen van de adel. Deze was namelijk ontstaan nadat in de vroege elfde eeuw de productie van de landbouw in West-Europa flink was opgeschroefd waardoor er veel meer mensen in leven bleven. De kruistochten, en later de ridderorders, waren dus een prima levensdoel van de tweede en derde zoons van de adel die niet in aanmerking kwamen voor de erfenis van hun vader.

La-Couvertoirade-Aveyron-beaux-village-kerkhof-tempeliers

Het kerkhof van La Couvertoirade staat vol met oude graven van Tempeliers.

En zoals iedereen na ‘De Da Vinci Code’ wel weet, waren de ridderorders een soort van vechtclub met een religieus sausje. De leden van de club leefden soms als monniken, hadden vaak geen of nauwelijks persoonlijk bezit en vormden gemeenschappen die zich in het heilige land of de route ernaartoe vestigden.

Eén van deze nederzetting kennen we dus nu als La Couvertoirade. Zoals eerder gezegd ontstond het dorpje rondom een kasteel van de Johannieters dat later werd overgenomen door de Tempeliers. In de vijftiende eeuw werd het dorpje geheel ommuurd. Deze muren staan er nog steeds en zijn in zeer goede staat. Een wandeling over de stadsmuren is dan ook een verplicht nummer bij een bezoek aan dit mooie dorp.

Kerkje

Bijzonder is het kerkje dat onderdeel vormt van de ommuring. Het kerkje is van binnen somber ingericht met hier en daar vreemde objecten en tekens. Door het in verhouding lage plafond heeft de ruimte een intieme en mystieke sfeer waar je bijna kan voelen dat op deze plek veel is gebeurd.

La-Couvertoirade-Aveyron-beaux-village-kerk-interieur

Het interieur van het kerkje in La Couvertoirade.

Gezellige straatjes

In de negentiende eeuw eiste het onvruchtbare land in de streek zijn tol, waardoor steeds meer mensen het dorp in het zuiden van Frankrijk de rug toekeerden. La Couvertoirade dreigde een spookstad te worden en steeds meer panden raakten in verval. Aan het begin van de twintigste eeuw werd het mooie dorpje ontdekt door kunstenaars die het weer opbouwden en de muren restaureerden. Het is een bekend verhaal dat voor meer dorpen in Frankrijk geldt. Saint Cirq-Lapopie werd ook door kunstenaars in de twintigste eeuw hersteld zodat we er in de 21ste eeuw vol van kunnen genieten.

Lopen door de nauwe straatjes van La Couvertoirade is een waar genoegen. In de mooie panden zijn genoeg leuke winkeltje en tentjes om er een uurtje te verdwalen. Toen wij het dorp bezochten was het redelijk koud, ongeveer een graad of dertien. Dat was wel wat vreemd want het was midden in de zomer.

In de omgeving

La Couvertoirade ligt in een prachtige streek waar genoeg te doen is. Saint Guilhem-le-Désert bijvoorbeeld, een ander ‘Plus Beaux Village’, ligt praktisch om de hoek. Bijzonder is natuurlijk Millau met het enorme viaduct dat zo hoog is als de Eiffeltoren. Ook liggen de Cevennes dichtbij waar veel te doen is! Tot slot liggen er in de naaste omgeving van het dorp nog veel meer prachtige dorpen.