Tag Archief van: Tweede Wereldoorlog

Natzweiler-Struthof ****
Concentratiekamp in de Elzas

In het westen van de Vogezen ligt het enige concentratiekamp in Frankrijk uit de Tweede Wereldoorlog. Tussen 1941 en 1944 werden hier gevangenen ter werk gesteld en moesten ze leven in barbaarse omstandigheden. Ook veel Nederlanders, voornamelijk politici en mensen uit het verzet, hebben hier vastgezeten.

Aan de westelijke kant van de Vogezen is een plek met een droeve geschiedenis; het concentratiekamp Natzweiler-Struthof. Wij bezochten het kamp in de zomer toen we tijdens één van onze vele zwerftochten, toevallig voorbij reden.

Het kamp is nu een museum waar een aantal gebouwen uit de oorlogsjaren te bezichtigen zijn. Daarnaast staat er een enorm monument ter nagedachtenis van de slachtoffers. Bij de ingang staat nu een groot modern gebouw waarin je veel informatie kan vinden over de vervolging van de Joden, Zigeuners, gays en andere volgens de Nazi’s ongewenste mensen.

Het gebouw is zwart en somber, de tentoonstelling geeft een prima overzicht van de ellende die de Nazi’s over de bevolking van de Europa hebben veroorzaakt. Er wordt ook een film vertoond maar die hebben we maar overgeslagen.

Natzweiler-Struthof

Rating:

4 van 5 sterren (?)

Zeker zien:

- Monument
- Tentoonstelling in Barak

Locatie:

open in maps

Locatie:

Open in maps

Waarom een concentratiekamp bezoeken?

Bij het bekijken van de tentoonstelling vroeg ik mij af waarom ik deze plek eigenlijk bezoek? En bij het schrijven van dit artikel stelde ik mij de vraag of ik de bezoekers van de site een bezoek naar deze nare plek zou aanraden tijdens een vakantie? Dat zijn lastige vragen.

Prikkeldraad

Ik denk dat dit een plek is van grote historische betekenis. Hier zijn tijdens de donkerste dagen van de Europese geschiedenis de meest vreselijke dingen gebeurd die mensen elkaar aan kunnen doen. Hier vond het dieptepunt van de Europese cultuur plaats.

Deze historische betekenis én de waardige manier waarop de slachtoffers hier worden herdacht waren voor mij de redenen om deze plek te bezoeken.

En daarmee wordt ook voor een groot deel de tweede vraag beantwoord; ik zou iedereen met historische interesse een bezoek aanraden. Het is zeker geen leuke plek, maar wel een bezoek die je je hele leven zal herinneren. Of we hiermee toekomstige ellende weten te voorkomen weet ik niet. De geschiedenis herhaalt zich niet, maar het rijmt wel.

Voor de Tweede Wereldoorlog

De plek stond voor de Tweede wereldoorlog bekend als een klein skigebied dat tijdens de winter door veel publiek uit Straatsburg werd bezocht. Naast een skilift waren hier hotels, bars en terrassen te vinden en moet het een vrolijke boel zijn geweest.

Tentoonstelling in een barak van Natzweiler-Struthof

Voor hier een concentratiekamp stond werd op deze plek geskied.

De bezetting van Frankrijk betekende een einde aan dit vertier en een klein jaar gebeurde hier eigenlijk niets. Totdat de Nazi’s er achter kwamen dat de skipiste van graniet was dat goed zou kunnen worden gebruikt voor de monumentale bouwplannen van het Derde Rijk. Van deze bouwplannen is weinig terecht gekomen trouwens. Gelukkig maar.

Concentratiekamp

Er werden snel plannen gemaakt en in mei 1941 werd hier het concentratiekamp Natzweiler-Struthof geopend waarvan de gevangenen het graniet uit de grond haalden. Iedereen die iets van de Tweede Wereldoorlog weet, weet dat het op zo’n plek niet echt gezellig was; dit was de hel op aarde.

Natzweiler-Struthof was geen vernietigingskamp zoals Auschwitz waar de meeste gevangen direct bij aankomst werden vermoord. Dit was een werkkamp waar de gevangenen ter werk werden gesteld, waaronder veel Nederlandse politieke gevangen en verzetsmensen.

Het werk was fysiek zwaar en het was niet de bedoeling dat je hier ooit nog uit zou komen. Zo’n 40 procent van de gevangenen legden het lootje en dat was voor de SS misschien jammer maar niet overkomelijk. Er was immers nooit een gebrek aan gevangen in Nazi-Duitsland.

In de ogen van de Nazi’s konden de gevangen naast werk ook op andere manieren nuttig zijn. SS-dokteren hebben hier allerlei duivels experimenten uitgevoerd waarvan ik de details hier achterwege laat, maar fris was het niet.

Gaskamer

Dit is ook de reden waarom Natzweiler-Struthof ondanks dat het geen vernietigingskamp is, toch een gaskamer heeft. Deze staat een beetje buiten het kamp en wij zijn er niet wezen kijken. Zo’n droeve plek wilden wij niet zien maar je kan het wel bezoeken.

Nadat je het entreegebouw hebt verlaten loop je direct het kamp binnen. De poort is niet meer niet origineel maar geeft wel een luguber gevoel. Het kamp is op een helling gebouwd waarbij je bij de poort een goed overzicht hebt op het complex.

Barak in Natzweiler-Struthof

Eén van de barakken die nog staat in het kamp.

Wat mij opviel was dat het kamp niet zo heel groot is. Ik heb het niet opgemeten maar veel groter dan drie of vier voetbalvelden is het niet. De helling heeft terrassen waarop de barakken stonden. Nu staan er nog twee die zijn ingericht als museum.

Gezien de omvang leek mij het sterk dat hier ooit meer dan vijftigduizend mensen gevangenen hebben gezeten gedurende drie jaar dat het kamp functioneerden. Uit nadere bestudering blijkt dit ook niet het geval. Natzweiler-Struthof was het hoofdkamp en daarnaast waren er tientallen sub-kampen in de buurt. Deze kleinere kampen bestonden vaak uit gewone gebouwen zoals scholen of kantoren vlakbij de plek waar de gevangenen werkten. Zo kwam de oorlogsindustrie aan hun arbeidskrachten.

Meer dan de helft van de gevangen van Natzweiler-Struthof zaten in deze sub-kampen zodat er ‘slechts’ zeventienduizend gevangenen het hoofdkamp bewoonden.

Tentoonstelling

In de bovenste barakken wordt het verhaal van het kamp verteld aan de hand van foto’s en objecten. Dit is zeer goed gedaan en bovendien in drie talen. En dat is toch prettig want mijn Frans is redelijk, maar mijn Engels is beter. De tentoonstelling zelf is niet heel groot maar zeker de moeite waard.

De 'bedden' van de gevangenen.

De ‘bedden’ van de gevangenen.

Na de tentoonstelling wandelen we naar beneden. Het pad loopt langs het hek met een dubbele laag prikkeldraad. De wachttorens staan er nog met daar achter het bos. Dat zal er in 1941 niet zijn geweest.

Als we naar beneden lopen valt het ons op dat de natuur hier prachtig is en het uitzicht is niet verkeerd. Vreemd genoeg is dit een ideale plek voor een vakantiepark en dat zou een veel betere en ook rendabelere manier zijn om deze omgeving in te richten. Het had niet zo mogen zijn.

Beneden staan nog twee gebouwen. De rechter bevat een cellenblok, een gevangenis in een concentratiekamp hoe verzin je het, de linker is het crematorium. Hier zijn geen leuke dingen gebeurd.

Tussen de twee gebouwen in staat een monument op de plek waar het as van de vermoorde gevangenen tijdens de oorlog is uitgestrooid. Ik heb daar even gestaan want het is een indrukwekkende plek.

Het monument in het kamp Natzweiler-Struthof

Het monument staat boven het kamp en is vooral erg indrukwekkend.

Vreemd is wel dat in het crematorium ook een hele verzameling urnen staan. Kennelijk werd het as van sommige gevangen niet op de plek buiten uitgestrooid. Hoe dit precies zit heb ik niet kunnen achterhalen.

Behoorlijk onder de indruk lopen we terug naar boven en bezoeken we het monument. Het omvat de graven van een aantal van de gevangenen en een enorme gebogen zuil. In het midden hiervan is het graf van een onbekende gevangene uit het kamp. Het monument is behoorlijk indrukwekkend maar mooi kan ik het niet vinden. Dat is misschien ook niet de bedoeling.

Als we terug naar de auto lopen zien we iets lager de villa van de kampcommandant. Het huis ligt op een meter of honderd van de ingang van het kamp en heeft een zwembad. Het doet ons denken aan de film ‘The Zone of Interest’ over Rudolf Höss en zijn gezin tijdens zijn tijd als kampcommandant van Auschwitz. Een aanrader.

Elzas tijdens de Wereldoorlogen

In de Elzas, één van mijn favoriete regio’s van Frankrijk, is er veel te zien over zowel de Eerste als de Tweede Wereldoorlog. De regio lag tijdens het eerste conflict in de frontlinie en tijdens de tweede deel is zowel in 1940 als in 1944 hier flink gevochten.

De geschiedenis van de Elzas tijdens de twee wereldoorlogen is een beetje anders dan die van de rest van Frankrijk.

Tijdens de bezetting kreeg Elzas, net als Lotharingen een andere behandeling van de Duitsers. Omdat de regio tussen 1870 en 1918 Duits gebied was ,werd Elzas beschouwd als Duitsland en werd het bij het Rijk gevoegd. Duits werd de voertaal op scholen en alle overheidsinstanties en de jongens en mannen hadden militaire dienstplicht.

Veel Elzassers hebben daarom zowel in de Eerste als de Tweede Wereldoorlog in een Duits uniform aan de oorlog meegedaan. Sterker nog; de laatste verdedigers van de bunker in Berlijn waren SS-ers uit de Elzas. Daarmee wil ik niet zeggen dat de meeste mensen in de Elzas achter de Duitsers stonden. Er stond ook hier, net als andere bezette gebieden in Europa zoals Nederland, een deel van de bevolking aan de verkeerde kant van de geschiedenis.

Zoals iedereen die wel in Frankrijk is geweest weet, heeft elk dorp een oorlogsmonument waar de gevallenen uit de wereldoorlogen met naam worden genoemd, vaak met teksten als ‘Mort pour la France’ (gevallen voor Frankrijk). Deze zijn in de Elzas ook te vinden maar dan met teksten als ‘victimes de la Guerre’ (slachtoffers van de oorlog). Het zijn subtiele verschillen waar je kan zien dat deze streek in de twintigste eeuw een andere geschiedenis heeft dan de rest van Frankrijk.

Nacht und Nebel

Natzweiler-Struthof was één van de twee kampen die werden aangewezen voor de ‘Nach und Nebel’ gevangen te huisvesten. Dit was een speciale klasse waar met name leden van het verzet onder vielen die de Nazi’s lieten verdwijnen zonder dat iemand daar van zou weten.

Deze gevangenen werden niet direct vermoord maar opgesloten in kampen waar ze onmenselijk moesten hard werken, minimaal te eten kregen en leefden in slechte hygiënische omstandigheden. Daarbij werd je als je pech had, gemarteld door de kampbewaarders. Contact met familie en vrienden was uitgesloten.

Veel mensen hebben dit regime niet overleefd en zijn in Natzweiler-Struthof of in één van de nevenkampen overleden. De lichamen van de gevangenen werden gecremeerd en het as werd in een grote kuil gegooid.

De nabestaanden werden niet op de hoogte gesteld van het overlijden van de gevangenen alsof deze in de nacht en nevel waren verdwenen.

Video van Natzweiler-Struthof

Beelden van Natzweiler-Struthof

E-Magazine Elzas

In bezit een ereader of tablet? Download dan het E-Magazine over de Elzas. Deze lees lekker je op je vakantieadres en ontdek je mooiste dorpen en leukste plekken.

Downloaden doe je hier >>

Kaart van Natzweiler-Struthof en omgeving


Les plus beaux villages de France
weergeven op een grotere kaart

Fort de Schoenenbourg: de Maginotlinie in het noorden van de Elzas ****

Minder scherp schatten de Fransen de mogelijkheden van het wapentuig anno 1940 in. Hoewel Frankrijk een even groot leger had als Duitsland was het na zes weken vechten klaar. Dankzij een gedurfd plan waarbij de Duitse pantserdivisies gewoon om de Maginotlinie heen reden, werd het trotse Franse leger in een mum van tijd verslagen. En dat terwijl het in 1914 nog zo dapper had standgehouden.

De Maginotlinie

De Maginotlinie, genoemd naar een Franse minister, heeft tijdens de oorlog waarvoor ze werd gebouwd dus niet lang in de vuurline gelegen en is zo voor een heel groot deel intact gebleven. En omdat de bouwwerken degelijk zijn gebouwd, is nu nog veel te bewonderen.

Het zwaartepunt van de linie lag in de Elzas en in Lotharingen. Hier staan de grootste forten én één daarvan, Fort de Schoenenbourg, ligt vlakbij Hunspach. De hoofdingang van het complex ligt verscholen in het bos. Bij de ingang is een prima toilet en het is aan te raden om hiervan gebruik te maken want in het fort zelf is het toilet een behoorlijk stuk lopen.

Treintje in het fort Schoenenbourg in de Elzas

Direct bij de ingang staat er een locomotief. Helaas kan je geen ritje maken over het smalspoor in het fort.

Bij binnenkomst werden wij direct ingedeeld bij een Duitse groep en ik dacht even dat we de hele rondleiding bij deze groep zouden moeten blijven. Nu vind ik het niet heel erg om als Duitser te worden gezien maar ik loop liever vrij rond zodat ik zelf het tempo kan bepalen.

Vrijwilligers

Het bleek te gaan om het uitdelen van de folder die je door het fort leidt, je mag hier dus lekker los lopen. Bij de interessante plekken staat een vrijwilliger die bereidt is om met veel enthousiasme je alles uit te leggen. Let op; je staat er zo een half uur te kletsen.

Het Fort Schoenenbourg is één van de grootste van de hele linie en bood plaats voor meer dan vijfhonderd soldaten. Bijna het hele bouwwerk bevindt zich onder de grond waarbij het diepste punt dertig meter onder het maaiveld ligt. Lekker veilig.

Tunnel met smalspoor in het Fort de Schoenenbourg in Frankrijk

Het complex bestaat uit verschillende bunkers die verbonden zijn met lange tunnels.

Het fort, of ouvrage in het Frans, omvat acht bunkers met elk hun eigen functie. Zo is er een bunker waar de militairen woonden, een munitiebunker, een communicatiecentrum en natuurlijk bunkers met verschillende soorten geschut om de vijand buiten de deur te houden.

Lange tunnels

De bunkers zijn verbonden door lange tunnels met bij elkaar een lengte van meer dan 1.500 meter. Een treintje, smalspoor 600 millimeter, zorgde voor de bevoorrading. Het treintje en het spoor zijn er allemaal nog. Net als de rest van het fort ziet deze ook goed onderhouden uit en zal waarschijnlijk ook nog functioneren. Het is helaas niet mogelijk om een ritje te maken als bezoeker.

Het is dus wandelen door de bunker en als je het allemaal wilt zien ben je daar daar zeker twee uur mee zoet. Aangezien het allemaal onder de grond ligt heb je geen last van het weer en dat maakt Schoenenbourg een perfect uitje op regenachtige of juist extreem warme dagen. Het is er namelijk lekker koel.

Gevechten in 1940

Hoewel de hoofdmacht van het Duitse leger in 1940 door de Ardennen om de hele linie heen trok zijn er wel gevechten geweest om de forten van de Maginotlinie. En hierbij heeft Fort de Schoenenbourg het flink voor zijn kiezen gekregen. Hierbij zetten de Duitsers het zwaarste geschut uit hun arsenaal in; een 420 millimeter howitzer nam het fort maar liefst drie dagen onder vuur.

Schoenenbourg bleek goed bestand tegen deze beproevingen en werd nauwelijks beschadigd door de enorme Duitse bommen en granaten. Daarbij schoot de Franse bemanning ruim zeventienduizend granaten op hun belagers. Het fort werd pas na de capitulatie van Frankrijk overgedragen aan de oosterburen. Het complex zou niet meer in actie komen al zou het nog wel dienst doen als locatie van propagandafilms.

De degelijke bouw blijkt ook uit het feit dat de bunker ook nu nog bijna helemaal in tact is. Hiervoor was ongelofelijk veel werk van vrijwilligers nodig en als je door de gangen loopt krijg ben je in een tijdcapsule uit 1940.

Dikke deur in het fort Schoenenbourg in de Elzas

Al is dit niet helemaal waar want het complex werd in de jaren vijftig nog gebruikt voor het Franse leger met het idee om een aanval uit het oosten onder leiding van de Sovjet-Unie tegen te houden. Pas toen de Frankrijk een nucleaire mogendheid was werd dit fort niet meer gezien als een essentieel onderdeel voor de verdediging.

Hoe dan ook staan bijna alle originele installaties er nog en bovendien bijna allemaal in werkende toestand. De energiecentrale, de luchtverversing, de keukens, de logistiek, de communicatiesystemen, de toiletten, de douches, medische voorzieningen en natuurlijk de wapensystemen; ze zijn er nog allemaal.

De douches in het Fort de Schoenenbourg in het oosten van Frankrijk

De douches zijn niet helemaal meer fris maar zeker geen ruïne. Er zijn campings waar het sanitair er niet veel beter uitziet.

Het is indrukwekkend wat je allemaal nodig hebt om de vijfhonderd soldaten te kunnen laten vechten. Dat laatste is natuurlijk de hoofdtaak van het fort maar de wapensystemen zijn eigenlijk maar een klein deel van de het fort. De meeste ruimtes hebben tot doel om de mensen die deze wapens moeten bedienen in leven te houden.

Kunst

Bijzonder zijn de tekeningen die de manschappen hebben gemaakt op de muren. Vooral in de deel van het fort waar de soldaten sliepen, aten en zich vermaakten zijn er tal van muurschilderingen. Deze zijn minder schunnig van je zou verwachten van mannen onder elkaar; de meeste hebben betrekking op de plaats van herkomst van de soldaten maar sommige hebben ook een stripachtig karakter.

In hoeverre deze kunstuitingen nu door de commandanten werden aangemoedigd of slechts getolereerd is mij niet duidelijk maar het geeft je wel een directe connectie van de mannen die hier onder de grond hebben gediend.

Muurschildering in het fot van Schoenenborug in de Elzas

De manschappen het fort bemanden hebben op verschillende plaatsen de muren beschilderd.

Aangezien ik bijna elke dag kook spreken mij de keukens altijd bijzonder aan, of het nu een kasteel is uit de dertiende eeuw of zoals hier één uit de twintigste eeuw. Hoewel van een flink formaat zijn lijken ze mij toch een beetje aan de kleine kant om vijfhonderd man van een maaltijd te voorzien. De fornuizen zijn lekker groot en van uitstekende kwaliteit. Het zou mij verbazen als je deze nog gewoon zouden werken.

Nu is een fornuis natuurlijk moeilijk te verplaatsen en het is niet verwonderlijk dat die er nog staan. Maar die alleen de fornuizen staan er, veel keuken gerei zoals potten, pannen, lepels zijn er ook in grote getalen aanwezig. Ik ben er niet achter gekomen of deze uit de jaren dertig stammen, maar het zou zo maar kunnen.

Naast de keuken zijn er natuurlijk ook de provisiekasten waarbij de wijnvaten natuurlijk niet ontbreken, we zijn tenslotte in Frankrijk. De Duitsers gaven hun soldaten in 1940 amfetaminen om ten strijden te trekken, de Fransen dronken wijn. Het was Pinot Noir tegen Crystal Meth in die tijd. Het geeft toch een beetje andere betekenis van het term ‘Blitzkrieg’.

Machinekamer

Interessant is de elektriciteitscentrale. Het hele complex was aangesloten op het elektriciteitsnet maar mocht die om wat voor reden worden afgesneden was het fort in staat om zijn eigen elektriciteit op te wekken. Dat werd gedaan door vier diesel generatoren met zes enorme cilinders. De vrijwilliger hier is zeer welwillend om uit te leggen hoe het allemaal werkt en ik moet zeggen dat ik moeite had om dit technische Frans allemaal te begrijpen. Hoe goed je het denkt te spreken; Frans blijft een moeilijke taal.

Zuigers van de generator die Fort Schoenenbourg van elektriciteit kan voorzien.

De enorme zuigers van de generator die het complex in moeilijke tijden van energie kan voorzien.

Helemaal aan de einde van de lange tunnel waar je halverwege het jammer begint te vinden dat het treintje niet rijdt, bevindt zich één van de installaties waar het fort voor is gebouwd; een geschutskoepel.

Geschut

Deze bestaat uit een draaiende ronde koepel met twee 75 millimeter stukken geschut die elk zo’n dertig keer per minuut kunnen vuren. Hier ontmoet ik een geschiedenisstudent uit Straatsburg die mij maar al te graag vertelt over dit stuk.

Zo verzekerd hij mij dat het geschut alleen defensief in kan worden ingezet en dat het niet verder kan schieten dan de Duitse grens. Dat lijkt mij een redelijke argumentatie. De hele geschuttoren bevindt zich bijna geheel onder de grond, alleen de koepel steekt boven de grond uit. Dan zit je lekker beschut als de aanvaller begint te schieten.

De kanonnen zijn het einde van een hele logistieke keten, legt hij uit. Om 60 granaten per minuut af te schieten is een hele stellage gebouwd die zorgt voor de aanvoer van munitie en de afvoer van de hulzen. De high-tech anno 1935 is nog steeds indrukwekkend. Helaas kan de koepel op dit moment niet draaien omdat een maand geleden een aantal vrijwilligers net iets te onvoorzichtig waren tijdens een demonstratie.

Dat is een beetje jammer en ons rest nog een flinke wandeling naar de uitgang. We zijn pas halverwege.

Étréham: rustige uitvalsbasis voor D-day-trips

Rust

Het is allerminst zo dat die 264 inwoners er een dolle boel van maken. Ze wonen in hun Longest Day-huisjes, jeu-de-boulen wat, drinken een goed glas en maken verder geen drukte en lawaai. Naar Étréham ga je, kortom, voor de rust en vanwege die memorabele junidagen in 1944. Het dorp heeft geen eigen WO II-museum, maar er is de eerste dagen na D-day wel degelijk flink gevochten.

Een hotel heeft Étréham niet, maar wel camping. Camping Reine Mathilde, op zo’n twintig minuten rijden van Omaha Beach, is een vlak terrein met door bomen en struikgewas omzoomde vakken voor tenten en campers. Die vakken zijn behoorlijk ruim. Verder is er een zwembad van behoorlijke afmetingen – zonder glijbaan. Het management is vriendelijk en landgenoten zijn nooit ver weg. Reine Mathilde is namelijk een ANWB-camping.

Voor de liefhebbers: het campingrestaurant serveert de vetste cheeseburgers die ik ooit proefde. En dat zegt veel.

Compiègne – Clairière de l’Armistice: historische plek in het bos **

Hartmannswillerkopf elzas monument eerste wereldoorlog

In Frankrijk staan duizenden monumenten om de Eerste Wereldoorlog te herdenken. Dit is een hele grote in de Elzas.

Ik kijk altijd even bij zo’n monument in een Frans dorpje en misschien is dit mede de oorzaak waarom ik geïnteresseerd ben geworden in de Eerste Wereldoorlog. Opvallend daarbij is dat de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog vaak op zo’n monument erbij zijn geplakt, soms aangevuld met de namen van de soldaten die het leven lieten in de oorlog in Algerije in de jaren vijftig. Een paar verlepte bosjes bloemen verraden dat de oorlog nog altijd leeft in zo’n dorp.

Moedercatastrofe

Historici zien de Eerste Wereldoorlog als de ‘moedercatastrofe van de twintigste eeuw’ en ik denk dat dit voor een deel wel klopt. Het conflict heeft een ‘domino-effect’ gehad op de gebeurtenissen in de afgelopen eeuw; zonder Eerste Wereldoorlog geen Nazi-Duitsland, geen Sovjet-Unie, geen Tweede Wereldoorlog, geen koude oorlog, etc. De hele geschiedenis van Europa in de twintigste eeuw lijkt op een omkeerde piramide met de Eerste Wereldoorlog als punt onderaan. Zo eenvoudig ligt het natuurlijk niet maar het gaat nu te ver om daar op in te gaan.

Wapenstilstand 1918

Het conflict eindigde eigenlijk net zo plots als het was begonnen. Nadat de Verenigde Staten de kant kozen van Frankrijk en Engeland en Rusland zich had teruggetrokken probeerde Duitsland in 1918 met een uiterste krachtinspanning de oorlog te winnen. Dit lukte bijna maar uiteindelijk liep het Duitse offensief vast en werd het voor de Duitse machthebbers duidelijk dat de oorlog niet meer gewonnen kon worden.

Ondanks dat de oorlog zich in Frankrijk en België afspeelde zochten de Duisters in oktober 1918 contact met de Fransen om te onderhandelen. Daarna ging het snel. De Duitse keizer werd begin november afgezet waarna de onderhandelingen konden begonnen. Maar waar?

Plek in het bos

De partijen begrepen goed dat deze gesprekken niet te veel aandacht moesten trekken, zoals alle onderhandelingen natuurlijk. De Franse opperbevelhebber Foch kwam met het idee om dit in een bos bij Compiègne te doen. Daar waren weinig pottenkijkers, het lag niet te ver van het front en dichtbij zijn hoofdkwartier. Bij gebrek aan gebouwen zouden de onderhandelingen worden gevoerd in een trein. De rest vond dit ook een goed plan en zo geschiedde het.

Op een open plek in het bos werden de twee treinen naast elkaar gezet, stapte de Duitse delegatie in de Franse trein en begonnen de gesprekken. Het was snel duidelijk dat de Duitsers weinig te eisen hadden; het land was economisch compleet uitgeput, het leger stond op het punt van de instorten en op verschillende plekken waren er Sovjet republieken uitgeroepen. Een snelle vrede was een must en na een dag of drie werd de wapenstilstand ondertekend die om elf uur op elf november 1918 van kracht ging. Uiteindelijk werd de vrede een jaar later getekend in Versailles.

In Duitsland was deze vrede politiek zo beladen dat de plek in het bos bij Compiègne een enorme symbolische waarde kreeg. Dat is de reden dat Hitler in 1940 juist deze plek uitkoos om de grootste Duitse militaire overwinning in de geschiedenis te beklinken. Had in 1914 Frankrijk nog dapper weerstand geboden en kon het met hangen en wurgen het Duitse leger tegenhouden, in de vroege zomer van 1940 gooide het na een week of zes strijd de handdoek in de ring.

De Duitse dictator liet de Franse delegatie op deze plek in het bos opdraven om de nederlaag administratief af te handelen, pijnlijk voor de Fransen natuurlijk.

De treinwagon

De treinwagon waarin de wapenstilstand van 1918 is getekend is gebouwd als restauratiewagen van Wagons-Lits. Deze firma deed de wagon kado aan Foch die hem liet ombouwen tot een mobiele vergaderplek. Na 1918 deed het weer gewoon dienst als trein waarna het pas in 1927 een oorlogsmonument werd.
Na de Franse capitulatie in 1940 werd het vervoerd naar Berlijn en een tijdje tentoongesteld bij de Branderburger Tor. De trein werd in de laatste dagen van de Tweede Wereldoorlog door de SS vernietigd. De wagon die nu in het museum staat is geen replica maar wel uit de zelfde serie als het origineel.

Een treinwagon van hetzelfde type waar in 1918 de wapenstilstand werd ondertekend en waarmee de Eerste Wereldoorlog tot een einde kwam

De kopie van de trein.

Tussen de wereldoorlogen in had Frankrijk hier de boel monumentaal opgesmukt. Zo kreeg de treinwagon een eigen museum, de Franse generaal Foch een standbeeld en kwam er een monument voor Elzas en Lotharingen die na 1918 weer bij Frankrijk hoorden. Daar hadden de Duitsers in 1940 geen boodschap aan. De trein werd uit het museum gehaald, het monument kreeg een nazi-vlag en de Franse delegatie mocht de capitulatie tekenen waarna Hitler buiten een dansje deed van plezier. Na de ceremonie werd de trein in Berlijn tentoongesteld. De plek in het bos werd ontruimd en verdween weer in de geschiedenisboeken.

Monument voor Elzas en Lotheringen bij Clairière de l'Armistice in het bos van Compiègne

Het monument vor Elzas en Lotheringen is na 1918 gebouwd om te vieren dat deze streken weer bij Frankrijk hoorden.

Verlaten voorjaarsdag

We bezoeken deze plek in het vroege voorjaar. Tijdens één van onze autoritten reden we langs het bos en dan wil ik toch even kijken. Het is buiten rond het vriespunt en binnen in de auto is het lekker warm waardoor een deel van ons gezin het een slecht plan vindt om naar buiten te gaan. Dat hoeft ook niet.  Op het grote parkeerterrein staat één andere auto maar er is niemand te zien. De weg is niet moeilijk te vinden want er staan overal pijlen; een kort bospad voert ons naar de historische plek.

De open plek in het bos is rond en indrukwekkend. Ik herken de plek van de Duitse propaganda films uit 1940. In een nis aan de linkerkant staat het standbeeld van Foch die de boel in de gaten houdt. Het beeld zal geen een schoonheidsprijs winnen; het is statig en vooral lelijk en doet denken aan Nazi-kunst. In het midden vier grasperkjes en een marmeren verhoging met aan twee kanten een spoorlijn waarop de plekken zijn gemarkeerd waar de Franse en Duitse treinen stonden tijdens de onderhandelingen in 1918. Op het stenen podium in het midden staat in grote letters wat hier allemaal gebeurd is.

Aan de andere kant van de open plek is de ingang van het museum dat in het voorjaar van 2018 dicht is. Ze zijn het aan het restaureren voor de honderdjarige herdenking. Het is niet heel erg want het is koud en naast het treinstel wordt in het museum de geschiedenis van de Eerst Wereldoorlog verteld en dat kennen we redelijk goed. Daarbij is de treinwagon niet degene waar de twee capitulaties zijn getekend maar ééntje uit dezelfde serie.

Is de plek een bezoek waar?

Moet je deze plek bezoeken? Als je in de buurt bent zeker want deze plek speelde twee keer een hoofdrol in de geschiedenis van de twintigste eeuw. Ik ben dol op plekken waar historische gebeurtenissen plaats vonden. Ik weet niet precies wat ik daar zoek maar als ik iets heb gelezen over historische gebeurtenissen wil ik er graag heen. Ik wil kijken, ruiken, horen en voelen of er nog iets is van wat er in het verleden is gebeurd. Dat is soms zo, meestal in vorm van een gebouw. De gebeurtenis zelf is natuurlijk een momentopname en het zou een onuitvoerbaar experiment vergen om dit mee te kunnen maken.

Geschiedenis herbeleven

Dat is natuurlijk de natte droom van elke historicus maar jammer genoeg alleen theoretisch haalbaar. Al zijn er mensen die historische gebeurtenissen naspelen en zo de geschiedenis herbeleven. Zo was ik ooit bij het naspelen van de Slag om Waterloo. Het was op vaderdag en ik mocht zeggen wat we zouden gaan doen en dus zaten we zondagochtend heel vroeg in de auto richting Brussel.

Slag bij waterloo nagespeeld

Jaarlijks worden op verschillende plekken in Europa veldslagen nagespeeld en zo wordt de geschiedenis herbeleeft. Ik bezocht ooit de slag bij Waterloo en was onder de indruk van het spektakel.

Het was prachtig om te zien hoeveel mensen er aan dit spektakel meededen en hoe intens de slag werd nagespeeld. De mensen waren perfect gekleed geheel volgens de soldatenmode uit 1815 en ik sprak een paar deelnemers die de nacht voor de slag ook in de directe omgeving hadden overnacht in een tentje, inclusief  negentiende-eeuws diner en ontbijt. Ik vond het oprecht jammer dat het die nacht niet geregend had, zoals de nacht voor de slag. Dan was het nog echter geweest.

Zo worden er jaarlijks ontelbare veldslagen nagespeeld en als je in de buurt bent is het leuk om even te gaan kijken. Al is het alleen maar om te controleren of het wat je met doet. En hoewel ik een prima dag in Waterloo had, deed het mij niet veel. Het is te goedkoop en makkelijk om het hele gebeuren belachelijk te maken maar uiteindelijk is het toch raar om iemand in een Engels uniform uit de negentiende eeuw achter het stuur van een auto te zien zitten. Ieder zijn hobby zeg maar.

Statige boel

Maar terug naar het bos Compiègne. De open plek maakte indruk op mij maar ik vraag mij bij het schrijven van dit artikel vooral af waarom deze plekken altijd zo statig worden gemaakt. Het grind, de bomen, de standbeelden, het marmer en de vlaggen zijn allemaal symbolen die juist in het Duitsland van de jaren dertig werden gebruikt en Europa naar de ondergang leidden.

Een paar uniformen, een toespraak, een vlam en een volkslied en je hebt een Rijkspartijdag. Dit is ook niet raar want het fascisme en het Nazi’s zijn kinderen van de Eerste Wereldoorlog en deze herdenkingsplek stamt ook uit die tijd. Helaas zie je het vandaag de dag nog steeds en ik wordt er niet blij van. Het roept een groepsgevoel op waar ik niet van hou en het is bovendien lelijk.

Compiègne Clairière de l'Armistice monument eerste wereldoorlog wapenstilstand plakette

De plek in het bos in statig, indrukwekkend maar eigenlijk helemaal niet mooi of inspirerend. Waarom herdenken wij vaak op deze manier oorlogen?

Nu snap ik dat je de doden een beetje statig wilt herdenken maar dat kan je best op een andere manier doen. Guernica van Picasso is een inspirerende poging en ook de manier waarop de inwoners van Oradour sur Glane worden herinnerd is mooi en op een heel andere manier indrukwekkend. Het is jammer dat deze voorbeelden niet veel opvolging hebben en dat we over het algemeen met trompetten, uniformen, vlaggen en toespraken de doden van een oorlog staan te herinneren.

Deze symbolische taal die blijkbaar iedereen begrijpt vind je terug op die open plek in het bos in Noord Frankrijk. Dat is eigenlijk best beangstigend. Aan de andere kant is het heel interessant om te zien en te voelen hoe wij omgaan met ons verleden. Want ook ik snap dit gevoel wat hier opgeroepen heel erg goed want ook ik ben uiteindelijk een kind van onze West-Europese cultuur. Dit besef is precies de reden waarom je toch Clairière de l’Armistice moet bezoeken.

La Roche-Guyon: dorp langs de Seine

Kasteel

Na de val van het Romeinse rijk bleef door de strategische ligging La Roche-Guyon een belangrijke plek. Dat gaat gepaard met mythologische gebeurtenissen van allerlei lokale helden en heiligen. Mooie verhalen maar wat we zeker weten is dat in de elfde eeuw een kasteel is gebouwd op de hoge krijtrotsen boven de rivier om het koninklijk gebied rond Parijs te verdedigen. Kennelijk was dat nodig in die tijd.

Een eeuw later wordt het kasteel grondig verbouwd en daarbij wordt er iets opmerkelijks gedaan. In de rots waar het kasteel staat wordt vanaf het dorp een tunnel naar de burcht gegraven. Deze tunnel bestaat nog en brengt je in 250 treden naar de kerkers van het kasteel. Zeker even kijken als je er bent.

In de loop der eeuwen gaat het kasteel, het dorp en het recht om tol te heffen op schepen op de Seine over van verschillende aanzienlijke adellijke families. Tijdens de achttiende eeuw wordt onder de rots stapje voor stapje een nieuw kasteel gebouwd. Als je goed kijkt zie je duidelijk de verschillende stijlen van de gebouwen. De minder bedeelde mensen van het dorp hakken in rotsen woning uit en die zijn er ook nog. Het dorp wordt in deze tijd een belangrijk knooppunt van handel en dat trekt steeds meer mensen. Het centrum moet een gezellige boel zijn geweest met kroegen en herbergen.

In de negentiende eeuw krijgt La Roche-Guyon te maken met krimp. Hoewel de bevolking halveert verdwijnen de handel en de kleine ambachten niet en dat zorgt voor leven in de brouwerij. Er wordt geprobeerd wijn te verbouwen langs de oever van de Seine. Ondanks de kalkgrond, dat goed is voor de druiven wordt het geen succes en verdwijnen de wijngaarden na verloop van tijd. Kennelijk was het spul niet te zuipen.

Hugo en impressionisten

Victor Hugo verblijft in deze tijd twee keer in het kasteel. Hij vindt het somber, verlaten en desolaat en als goed romanticus is dat in zijn ogen prachtig. Hij schrijft er aan zijn dochter over. Hij is niet de laatste kunstenaar die het dorp bezoekt.

In het tweede deel van de twintigste eeuw wordt het dorp zelfs populair bij de impressionisten. Monet, Renoir, Degas, Pissarro zijn vaak te vinden in de straatjes en vinden inspiratie in het landschap. Er zijn dan ook flink wat schilderijen gemaakt in en rondom het dorp. De reden van deze populariteit is dat de eigenaar van de stamkroeg van de kunstenaars in Parijs oorspronkelijk uit dit dorp kwam.

Erwin Rommel

Het dorp duikt in de twintigste eeuw nog even op in de wereldgeschiedenis als de Duitse Generaal Rommel in 1944 het kasteel zijn hoofdkwartier maakt. Zijn voornaamste taak was het tegenhouden van de Engelsen en Amerikanen die een aanval voorbereiden. Tijdens D-Day was Herr Rommel echter niet op zijn werkplek te vinden maar onderweg naar zijn jarige vrouw. Hij had een nieuw paar schoenen voor haar gekocht.

Op deze plek moet de beroemde generaal contact met de groep rond Von Stauffenberg hebben gehad over een complot tegen Hitler. Deze mislukte echter jammerlijk en dat kostte Rommel uiteindelijk zijn leven. Dankzij zijn populariteit onder het volk mocht hij de hand aan zichzelf slaan.

Tot slot is het gemeentehuis en de overdekte markt nog even een bezoekje waard. Deze zijn gebouwd in de negentiende eeuw en zeker een bezoekje waard.

la-coupole-bunker-v2-raket-lanceerinstallatie-koepel-Helfaut-frankrijk-buiten

La Coupole: lanceerinstallatie voor de Duitse V2-raketten ***

Geschiedenis van de V2

Al voor de Tweede Wereldoorlog was Hitler zeer geïnteresseerd in moderne oorlogsvoering en vernieuwende wapens. Het leger en de luchtmacht kregen alle ruimte voor het ontwikkelen van experimentele wapens en één daarvan was het onderzoek naar raketten met vloeibare brandstof. In het noorden van Duitsland werd een eiland in de Oostzee, Peenemünde, ingericht als onderzoekscentrum waar de raket werd ontwikkeld. De belangrijkste ontwerper, Wernher von Braun, zou na de oorlog in Amerikaanse dienst de Saturnus V raket ontwerpen waarmee de maanlandingen mogelijk werden. De Engelsen kregen lucht van het eiland en bombardeerden het grondig.

De Duitsers besloten het hele rakettenproject onder de grond te brengen en bouwde daarvoor twee enorme ondergrondse complexen. In het oosten van Duitsland werd in een berg een complete fabriek gebouwd waar de raketten werden geproduceerd. Om de raketten te lanceren werd in Noord Frankrijk bij Saint Omers een lanceerbasis gebouwd.

la-coupole-bunker-v2-raket-lanceerinstallatie-koepel-Helfaut-frankrijk-raket

In het museum hangt een originele V2. Slechts een handje vol van deze raketten bestaan nog. In Nederland staat er één in het militair museum in Soesterberg.

De V2 had een praktisch bereik van ongeveer 180 kilometer en om Londen te bereiken moest deze vanaf de Noordzeekust worden gelanceerd. De militairen gaven de voorkeur aan mobiele lanceerinstallaties maar Hitler wilde een grote lanceerbasis. Groot is goed was de gedachte. In de noorden van Frankrijk werd in 1943 bij Watten begonnen met de bouw van enorme bunker. Deze werd echter snel opgemerkt door de Engelsen die vervolgens de boel plat bombardeerden. Deze eerste rakettenbasis, Le Blockhaus genoemd, is er nog steeds en is net als La Coupole een museum.

Om de boel aan het oog van de Engelsen en Amerikanen te onttrekken lieten de Duisters hun oog vallen op een plek bij Wizernes, een paar kilometer verderop. Hier was een heuvel van kalksteen waar je makkelijk tunnels in kan graven. Daarbij lag de plek vlakbij een spoorlijn waarover de raketten die in Duitsland werden gemaakt, konden worden getransporteerd.

Het hele complex was echter zo groot dat de heuvel moest worden versterkt om voldoende bescherming te bieden. Er werd een betonnen koepel gebouwd met een diameter van 71 meter en een dak van vijf meter dik. Dat is nu nog steeds indrukwekkend. De koepelgevangenis in Breda heeft bijvoorbeeld een diameter van 62 meter.

Onder deze koepel zouden de raketten rechtop worden gezet en klaar gemaakt voor lancering. De V2 zou vervolgens rechtop naar buiten worden gereden en gelanceerd waarna het tien minuten later Londen zou bereiken.

Het complex werd in negen maanden gebouwd met behulp van Franse krijgsgevangenen en dwangarbeiders. Maar net als met Le Blockhaus werd ook deze nieuwe bunker ontdekt door de Engelsen waarna er 3.000 ton aan bommen op werd gegooid. Bij deze aanvallen werden twee Tallboys gebuikt, de grootste bom in het Engelse arsenaal die in aangepaste bommenwerpers werden vervoerd en een explosie veroorzaakte die werd vergeleken met een aardbeving.

De constructie was echter van de bekende Duitse kwaliteit en doorstond deze aanvallen. Een indrukwekkend prestatie maar de directe omgeving was echter zo verwoest dat het complex onbruikbaar was en zo werd hier nooit een raket afgevuurd. Uiteindelijk werden de V2’s afgevuurd van de mobiele lanceerinstallaties onder andere vanuit Wassenaar. Het belangrijkste doel was Londen maar ook het net bevrijde Antwerpen kreeg te maken met de raket. Minder bekend is dat ook Maastricht werd bestookt door de V2.

Het museum La Coupole

Na de oorlog werd het complex vergeten en hoewel in de koude oorlog het Engelse en Franse leger hebben gekeken of het nog kon worden gebruikt verviel het snel. In de jaren negentig werd het ingericht als museum en in 2005 werd het opnieuw ingericht.

la-coupole-bunker-v2-raket-lanceerinstallatie-koepel-Helfaut-frankrijk-ingang

De ingang van het bunkercomplex La Coupole.

Duidelijk is dat het museum voldoende budget had om er iets van te maken. Op de plek waar de raketten zouden worden gelanceerd parkeer je nu je auto naast het nieuwe entreegebouw. Bij de balie krijgt iedereen een koptelefoon waar een klein kastje onder hangt dat reageert op zendertjes die her en der in het museum hangen. Zodra je in de buurt van zo’n zender komt wordt de relevante informatie voorgelezen. Dus geen gedoe met een zwaar apparaat met knopjes waar je cijfers moet invoeren en onhandig tegen je oor moet houden.

En er is meer goed nieuws voor de meeste Nederlanders want de koptelefoon leest ook in het Nederlands voor. Alle informatie in het museum wordt trouwens standaard in het Nederlands aangeboden en dat maakt het toegankelijk voor kinderen. Alleen de medewerkers spreken geen Nederlands, al doen de plaatsnamen in dit deel van Frankrijk wel Nederlands aan.

Sinds de laatste verbouwing is La Coupole uitgerust met een twee grote filmzalen waar 3D films worden vertoond. Dat is natuurlijk leuk maar toen wij er waren werden er films getoond over planeten en dieren in de oceanen. Ongetwijfeld spectaculair maar niet iets waarvoor ik naar deze plek kom. Omdat we voor deze films extra moesten betalen hebben we ze ook niet bekeken. 3D bioscopen hebben we ook in Nederland.

Het museum zelf bevindt zich volledig onder de grond, daar is ook ruimte genoeg met al de tunnels die in de oorlog zijn uitgehakt. De bunker kom je ook binnen in één van deze tunnels waarop dwars weer kleinere doodlopende tunnels zijn gebouwd. Oorspronkelijk waren deze zijtunnels bedoeld om de de veertien meter hoge V2 raketten op te slaan maar die staan er nu natuurlijk niet meer.

Eerste Wereldoorlog

Vreemd genoeg begint de museum met het verhaal over de Eerste Wereldoorlog. Het front in de oorlog tussen 1914 en 1918 lag niet heel ver weg van deze plek maar daar gaat het verhaal dat hier wordt vertelt niet over. De luchtoorlog, het leven in de loopgraven inclusief een levensgroot diorama, het gebruik van tanks, het gifgas, alles wordt hier uitgebreid verteld. Nu kan je de Tweede Wereldoorlog niet begrijpen zonder de eerste versie en voor Frankrijk had deze ook meer impact, maar het is niet helemaal duidelijk wat het precies de exacte link is met deze plek. Iets verder in de tunnel staat nog een oude generator die bij de bouw al dienst deed, dat zijn de dingen die je wilt zien. Maar juist over dit object wordt niet echt goed verteld wat de bedoeling ervan is geweest, jammer.

la-coupole-bunker-v2-raket-lanceerinstallatie-koepel-Helfaut-frankrijk-loopgraven

De eerste tunnel is ingericht om de geschiedenis van de Eerste en Tweede wereldoorlog te vertellen. Hier zie je hoe de loopgraven tijdens de Eerste Wereldoorlog eruit zagen.

Na deze verrassende opening loop je dieper La Coupole in en daarbij is duidelijk te zien hoe de tunnels zijn uitgehakt. De muren zijn zeer onregelmatig en als even goed kijkt zie je overal de gaten van de beitels nog. Om de koepel te bereiken neem je de lift waarbij het mij opviel dat die is gemaakt door Tyssenkrup; er zijn dingen waar Duitsers gewoon goed in zijn.

Atoombom

Eenmaal boven zie je direct een V2 hangen. Het blijkt een originele versie en dat is mooi. Die zie je niet zo veel meer tegenwoordig. Verder zijn op deze verdieping twee filmzaaltjes waar je als bijna vanzelf heen loopt. Gewapend met de koptelefoon blijkt de film het verhaal te vertellen over de regio in de Tweede Wereldoorlog. Zo weet ik nu dat de twee leiders van de Fransen, De Gaulle en Petain, allebei uit deze regio kwamen en dat dit gedeelte van Frankrijk bij België hoorde.

Allemaal interessant maar het gaat niet over dit complex. Na de film wordt je geacht om de onderste verdieping te bezoeken en daar begint het eindelijk over de de V2 en de V1. Van beide wapens hangt er een exemplaar en dat is redelijk uniek. Met behulp van onder andere infographics wordt uitstekend uitgelegd hoe de raketten werkten. Interessant zijn de grafieken over de kosten van de projecten en het rendement. Hieruit blijkt dat Duitsland beter had kunnen investeren in grote bommenwerpers zoals Engeland dat deed. Voor ons is het natuurlijk beter dat Hitler meer van raketten hield.

Dit gedeelte is echter niet groot en voordat je het weet sta je voor een model van een Saturnus V of een Ariane raket of een replica van de eerste atoombom. Daarna volgt een heel stuk over concentratiekampen en toen waren ze mij helemaal kwijt. Een beetje in de war besloot ik weer op de bovenste verdieping te gaan kijken en daar vond ik een model van het hele complex zoals het ooit bedoeld was. Dat vind ik naast de V2 zelf eigenlijk het meest interessant omdat ik hiervan een goed beeld kreeg over hoe het hier ooit was.

la-coupole-bunker-v2-raket-lanceerinstallatie-koepel-Helfaut-frankrijk-model

Op de bovenste verdieping staat een mooi model van het complex op basis van de originele bouwtekeningen.

Deze plek is historisch buitengewoon interessant en het is zonder twijfel een perfecte plek om een boeiend verhaal te vertellen. Het museum is ook prachtig opgezet en de verhalen die worden verteld zijn compleet, goed opgezet en met veel informatie. De informatieborden zijn groot, duidelijk, allemaal in vier talen uitgevoerd en goed ontworpen met eigen icoontjes en alles. Het mocht wat kosten.

Probleem is dat het museum te veel verhalen vertelt waardoor de lijn in het hele museum niet duidelijk meer is. Waar gaat dit museum nu eigenlijk over?

Misschien weet ik wel iets te veel over de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en is het wel interessant voor iemand die het hele verhaal niet kent maar voor mij was het bezoek aan La Coupole toch een beetje teleurstelling. In mijn ogen staat het verhaal over het complex zelf te veel op de achtergrond en dat is jammer. Misschien had ik toch de film over de monsters in de diepe oceaan moet kijken.

Moet je er nu heen? Toch wel. Het is een indrukwekkend complex en het museum is uitstekend ingericht met prachtige foto’s en uitgebreide informatie. Het is alleen niet een museum over de bunker en dat laatste is toch wel het meest indrukwekkende onderdeel van de collectie.

Pointe du Hoc in Normadië

De landingsstranden van D-Day: Utah en Omaha beach ****

Het museum bij de duinen bij Utah Beach waar de Amerikanen landden tijdens D-Day.

De toegang tot Utah Beach met links het federale monument en op de achtergrond het museum.

De Amerikanen bestormden op 6 juni 1944 twee stranden; Utah- en Omaha Beach. Hoewel de locaties niet zo heel ver van elkaar liggen, was het verschil tussen deze twee stranden tijdens D-Day groot. Cijfers zeggen in dit geval veel; op Utah sneuvelden tweehonderd soldaten, terwijl op Omaha ruim drieduizend Amerikanen de dood vonden, waarvan tweeduizend in de eerste twee uur.

Verschillen tussen Omaha en Utah

Deze enorme verschillen hebben twee oorzaken. Ten eerste waren de Duitse verdedigers op Omaha Beach talrijker, gemotiveerder en beter getraind. De Duitsers hadden gewoon niet gerekend op een landing op Utah Beach, terwijl op Omaha wel rekening werd gehouden met een amfibische aanval. Daarbij wisten de Duitsers natuurlijk niet dat ze Omaha Beach aan het verdedigen waren, want dat was de code naam die door de Amerikanen aan het strand was gegeven bij de invasie.

De tweede reden die het verschil verklaart tussen deze stranden is vandaag nog makkelijk te zien, dat is namelijk het strand zelf en de duinen daar achter. Utah Beach is een groot strand dat wordt afgesloten door een vrij dunne strook lage duinen. Omaha Beach heeft veel hogere duinen inclusief dertig meter hoge kliffen waar de Duitsers vanaf bunkers de aanstormende soldaten konden goed bestoken.

Deze verschillen spelen ook nu nog altijd een grote rol. Door het drama dat zich afspeelde op Omaha heeft het altijd meer aandacht getrokken. De militaire erebegraafplaats bevindt zich ook hier waardoor het meer toeristen trekt en ook herdenkingen met presidenten, koningen en andere staatshoofden worden vrijwel altijd hier gehouden.

Utah Beach

Een Sherman tank voor het museum bij Utah Beach.

Een Amerikaanse Sherman tank voor het museum bij Utah Beach

Wij hebben beide stranden bezocht. Omdat we vlakbij Utah een gîte hadden bezochten wij op een namiddag dit strand, we hadden nog even zin iets te doen voor het avondeten. Hierdoor was het museum bij het strand al gesloten. Helaas, want volgens de bekende groene gids is het Musée du Débarquement twee sterren waard en het beste museum over D-Day. Dat hebben wij dus niet bezocht want in de week dat we op het schiereiland Cotentin verbleven zijn we niet meer op Utah geweest. Dat gebeurd wel vaker; als je heel dicht bij een toeristische attractie ‘woont’, ga je er niet heen.

In het museum wordt het verhaal verteld van D-Day aan de hand van allerlei voorwerpen en voertuigen. In het mooie moderne gebouw staan onder andere een B-26 bommenwerper en een DUWK, dat is een soort grote jeep die ook kan varen. Deze laatste heeft bij de bevoorrading van de troepen na de landing nog lang een rol gespeeld.

Buiten het museum staat een tank, een stuk geschut en kunstwerk in vorm van een boom. In de directe omgeving op de rand van de duinrand staan een aantal monumenten; Eén voor de Amerikaanse Marine, één voor de vierde infanteriedivisie die hier is geland en één voor de 90ste infanteriedivisie. Die laatste is gemaakt van graniet uit Flossenbürg waar deze eenheid in 1945 het concentratiekamp bevrijdde.

Maar veruit de grootste is een enorme zuil van natuursteen; dit is het federale monument dat door de Amerikaanse regering is neergezet. De zuil staat op grond dat door Frankrijk in leen is gegeven aan de Verenigde Staten en is dus juridisch een stukje Amerika. Dat geldt trouwens ook voor de grote erebegraafplaats bij Ohama Beach. Voor onze kinderen was dit extra leuk want ze kunnen nu tegen hun vriendjes zeggen dat ze in Amerika zijn geweest.

Het monument voor de Amerikaanse marine bij Utah Beach in Normandië.

Het monument voor de Amerikaanse marine op Utah Beach

De duinen zijn hier uiterst smal en je staat dus zo op het strand. Toen wij er waren was het eb en dan is het strand behoorlijk breed. Het doet een beetje denken aan de stranden in Nederland als je tenminste niet naar het oosten kijkt want daar zie je kliffen en die heb je niet in Nederland. Wij waren er in mei en het was zonnig met een stevige wind maar ik denk dat je ’s zomers je prima kan vermaken op dit strand. Dan moet je wel oppassen voor de oesterbanken want die worden hier langs de kust gekweekt.

Omaha Beach

Omaha Beach ligt ten oosten van Utah vlakbij de mooie stad Bayeux en is in alle opzichte groter. Je merkt dit al als je over de wegen rijdt achter het strand. Hier is het drukker, er zijn meer musea, meer activiteiten zoals jeeptochten en bunker safari’s, het landschap is mooier en er zijn hier vooral meer toeristen.

Omaha Beach in Normandië waar de Amerikanen op 6 juni 1944 aan land gingen.

Uitzicht op Omaha Beach vanaf de militaire ere-begraafplaats.

Het verhaal van 6 juni 1944 is ook veel dramatischer dan dat van Utah Beach. Dit strand was door de hoge duinen en dertig meter hoger kliffen veel beter te verdedigen tegen een amfibische aanval en dat hebben de Duitsers ook gedaan. De Amerikaanse soldaten werden in de eerste uren van de aanval massaal neergemaaid waardoor de commandanten even dachten dat de aanval op het vijf kilometer lange strand niet zou lukken. Uiteindelijk werd het veroverd tegen een hoge prijs; er sneuvelden ruim drieduizend Amerikanen, voornamelijk in de eerste twee uur.

Ondanks deze verliezen werd de hele invasie door de legerleiding als een succes gezien. Er werd van te voren rekening gehouden met veel meer slachtoffers. De eerste dag verliep dus over het algemeen soepeltjes maar het zou nog negen weken duren voordat de Geallieerden zouden uitbreken uit Normandië. Tijdens deze Slag om Normandië maakte het Duitse leger briljant gebruik van het landschap dat dankzij de diep liggende wegen en hoge heggen goed te verdedigen was. In deze strijd verloren 100.000 het leven en dat zijn cijfers die doen denken aan de strijd in Oost-Europa.

Al deze mannen liggen voor een groot deel in de Normandische grond. In juni 1944 werd in de Amerikaanse sector een begraafplaats ingericht bij Saint Laurent. Vlak na de oorlog werden de gesneuvelden herbegraven op het een terrein dat nu bekend is als het ‘Normandy American Cemetery and Memorial‘. De begraafplaats omvat veertig hectare en heeft een prachtig uitzicht over Omaha Beach. Voor wie ‘Saving Private Rayn’ heeft gezien, dit is de plek waar de eerste en laatste scene is opgenomen.

Graf op de Amerikaanse militaire erebegraafplaats bij Omaha Beach in Normandië Frankrijk.

De graven hebben marmeren kruizen en Davidsterren.

In totaal liggen hier bijna tienduizend Amerikanen die zijn gesneuveld bij de bevrijding van West-Europa. Vreemd genoeg ligt er ook één Amerikaan die in tijdens de Eerste Wereldoorlog is gesneuveld. Hier kwam ik pas achter bij het schrijven van dit artikel en ik heb ook nog niet kunnen achterhalen waarom deze soldaat hier is begraven. Vreemd is het wel want naar mij weten is hier niet gevochten in ’14-’18.

Het hele terrein wordt onderhouden door de Amerikaanse regering en op een één of andere manier merk je dat zodra je binnenkomt. De gazon ligt er perfect bij, de bomen vers gesnoeid en de parkeerplaats is enorm. Bij de ingang is een in 2007 een nieuw informatie centrum geopend waarin aan het verhaal van D-Day en Omaha Beach wordt verteld. Direct bij binnenkomst wordt het helemaal duidelijk dat je op Amerikaans grondgebied bent, want iedereen wordt compleet onderzocht inclusief scanner voor de handbagage. Zulke veiligheidsmaatregelen zijn we alleen tegengekomen in Winsor Castle, maar daar woont de koningin van Engeland die moet worden beschermd.

De begraafplaats zelf ligt wat verder van het parkeerterrein en die bereik je door een breed voetpad te volgen. Als je niet weet wat er hier in 1944 heeft afgespeeld is het werkelijk een prachtige wandeling met aan je linkerkant uitzicht over de zee. Hier loopt een ander smaller pad naar beneden naar het strand. Wij hebben dit pad niet gevolgd maar het zag er zeker aanlokkelijk uit. Halverwege is bovendien een oriëntatiepunt met informatie over de landing.

Monument op de Amerikaanse militaite ere begraafplaats bij Omaha Beach in Normandië Frankrijk.

Het centrale monument op het Militaire ereveld met vijver doet een beetje denken aan de Mall in Washington DC.

Het veld met de graven is indrukwekkend. De enorme hoeveelheid marmeren witte kruizen zijn op zo’n manier neergezet dat ze altijd een lijn vormen. Naast kruizen staan er ook graven met Davidsterren voor de Joodse gesneuvelden. Toen wij er waren was het redelijk druk en ik heb het idee dat er altijd wel mensen zijn. Groepjes Amerikanen zoeken naar een graf van hun voorouder of begeleiden hun geëmotioneerde opa en maken selfies bij de monumenten. Hoewel plechtig kan ik de stemming op de begraafplaats niet echt droevig noemen. Uiteindelijk zijn we toch maar bevrijdt van een duivels regime en daar mogen toch nog altijd een beetje blij mee zijn.

Naast de graven staan er een paar gebouwen. De grootste is gebouwd rondom een beeld van een soort overwinningsgod. Nikè dacht ik eerst, maar later kwam ik er achter dat het beeld de Amerikaanse jeugd dat zich uit de golven herrijst. Daar was ik toch niet opgekomen. Het beeld is wel aardig, maar niet uniek.

Interessanter zijn de muren van het monumenten met twee mooie landkaarten. De ene laat de aanval op Normandië zien, de andere de bevrijding van West-Europa compleet met pijltjes, vliegtuigjes en bootjes. Ik hou daar wel van en kan er zo een half uur naar kijken. Hier krijg ik echter de kans niet toe want mijn gezinsleden hadden daar het geduld niet voor. Daarbij werd het gerestaureerd toen wij er waren, maar het was niettemin goed te zien.

Voor het centrale monument staan twee hoge vlaggenmasten met jawel, een Amerikaanse vlag. Wij hadden in een boekje gelezen dat deze om 16.30 worden gestreken waarbij de ‘Last Post’ wordt gespeeld. Dat bleek niet het geval, dat gebeurd namelijk om 17.30. Niet echt iets om je appelcider warm voor te

Overzichtskaart van de Geallieerde aanval op West-Europa op het monument van de Amerikaanse erebegraafplaats bij Omaha Beach in Normandië.

De enorme stenen overzichtskaart van de aanval op West-Europa.

laten worden, maar als je rond die tijd op het terrein bent is het wel leuk om even te kijken.

Pointe du Hoc

Een andere plek die wij hebben bezocht ligt iets verder naar het westen en heet Point du Hoc. Eigenlijk ligt deze plek niet op Omaha, maar het is heel dichtbij. Dit is de plek waar zich tijdens de aanval een ongelooflijke verhaal afspeelde dat ook een grote rol speelde in de film ‘The Longest Day’.

Om de kust te verdedigen hadden de Duitsers hier zes grote stukken geschut opgesteld. Opvallend detail is dat deze kanonnen van Franse makelij waren. Ik weet het niet zeker maar ze zullen wel buit gemaakt zijn tijdens het voorjaar van 1940 toen het Franse leger in de pan werd gehakt door de Wehrmacht. Hoe dan ook de stukken hadden een groot bereik en vormde een directe bedreiging voor de troepen op Utah en Omaha Beach.

De Geallieerden hadden dit natuurlijk wel door en hebben in de weken voor 6 juni 1944 de boel met vliegtuigen aangevallen. De bommen die hier zijn gevallen waren geen kattepis want nu nog zijn de bomkraters goed te zien.

Het was echter niet helemaal duidelijk of dit grondig was gebeurd en daarom werd Pointe du Hoc op D-Day aangevallen door de Rangers, een speciale eenheid van het Amerikaanse leger die nog altijd bestaat. Dat dit een hachelijke onderneming zou worden was te voren wel duidelijk, de kanonnen waren opgesteld in een goed verdedigd bunkercomplex boven een dertig meter hoge klif die door aanvallers moesten worden beklommen.

Om zeven uur landden de Rangers op het strand en begonnen ze met hun klim. Hiervoor hadden ze smalle ladders en speciaal voor deze missie ontwikkelde haken die vanaf landingsvaartuigen door mortieren werden afgeschoten. Het idee was dat de haken zich zouden vastklemmen bovenaan de klif waarna de soldaten met de touwen die aan de haken waren verbonden omhoog konden klimmen.

Beklimmen van de klif

Schapen bij bunkers bij Pointe du Hoc in Normandië Frankrijk.

Schapen houden het gras in de bomkraters kort.

Deze hele operatie was uitvoerig geoefend in Engeland waardoor de mortieren precies waren afgesteld op de hoogte van kliffen. Deze oefeningen waren gedaan met droge touwen en helaas waren die op de dag van de aanval door de ruige zee nat geworden en dus veel zwaarder. Hierdoor kwamen de haken niet hoog genoeg.

Dit nadeel voor de Amerikanen werd gecompenseerd door de beschietingen door schepen vlak door de aanval. Deze was niet zo precies en kreeg de kliffen de volle laag waardoor deze half instortten. Door dit geologische vandalisme lag er een laag puin onder de klif en dit maakte het eerste deel van de klimtocht een stuk makkelijker. De eerste Amerikanen meldden zich binnen vijf minuten na de landing al boven. Als je daar boven staat is dat een ongelooflijke prestatie, te meer omdat de Duitse soldaten tijdens de beklimming boven hun hoofden handgranaten stonden te gooien en hun geweren leegschoten.

Toch was dit nog maar het begin van de ellende voor de Amerikanen. De verdedigers verzetten zich heftig en het duurde uren voordat ze de bunkers hadden veroverd. Dit was het moment dat ze er achter kwamen dat de kanonnen er niet meer stonden want de Duitsers hadden deze een paar honderd meter landinwaarts verplaatst na de luchtbombardementen.

Omdat ze er toch waren en niets meer te doen hadden werd het geschut door een handvol soldaten onschadelijk gemaakt zonder dat de Duitsers dit door hadden. De Duisters waren behoorlijk boos dat de Amerikanen hun spullen kapot hadden gemaakt en zetten een heftige tegenaanval in. Na twee dagen hard vechten werden de Rangers uiteindelijk ontzet door troepen die op Omaha Beach waren geland.

Na de gevechten was er geen aandacht voor het terrein, er waren even andere dingen die prioriteit hadden, zodat het er na de oorlog nog net zo lag als vlak na de slag. Om het verhaal van de aanval levend te houden werd er besloten het zo te houden en er een monument van te maken. En zo is het eigenlijk nu nog.

Na zeventig jaar is er wel wat gras gegroeid, dat bij ons bezoek door schapen in toom werd gehouden, maar de schade van de bommen en granaten zijn nog zeer aanwezig in het landschap. Dit tot groot plezier van onze kinderen want je kan namelijk heel leuk hard door de kraters rennen.

Ook de gevolgen van de beschietingen vanaf de schepen zijn nog goed te zien. Onderaan de kliffen ligt nog veel puin. Dat trouwens moeilijk te zien want je mag niet dicht bij de rand komen, die volgens de waarschuwingsborden instabiel is.

Naast de bomkraters zijn er op Pointe du Hoc nog een groot deel van de bunkers te zien waar informatieborden zijn geplaatst die het verhaal van de plek vertellen. Op de uiterste punt van de klif staat nog een bunker waarop een monument is gebouwd en waar je een geweldig uitzicht hebt over de kust. Naast een boeiende geschiedenis heeft dit deel van Normandië namelijk ook prachtige landschappen.

Sainte Mere Eglise: het beroemdste Franse dorp in Amerika ****

Sainte Mere Egilse nomandie kerk parachutist john steele

Het kerkje in Sainte Mere Eglise. Op de toren hangt een pop met een parachute als gedenkteken voor John Steele.

Hij werd in zijn voet geraakt en hield zich twee uur dood. Uiteindelijk werd hij door een Duitse soldaat van de toren gehaald hoewel hij die niet kon horen omdat hij al die tijd vlak naast de beierde klok had gehangen. Nu hangt er een pop aan de kerk om dit verhaal levend te houden. De film werd hier opgenomen, precies op de plek waar het gebeurd is.

Dé Amerikaanse held heeft dus niet in zijn eentje het halve Duitse leger verslagen of zoiets, maar iemand die heeft een slachting overleefd door zich dood te houden om vervolgens gevangen te worden genomen. Het is een typerend verhaal hoe het de Amerikanen op 6 juni 1944 is vergaan.  Terwijl de Britten en Canadezen vijftig kilometer verderop redelijk makkelijk de kust bestormden, kreeg het Amerikaanse leger het behoorlijk voor hun kiezen. Op één van de twee stranden, Omaha beach, liep de aanval bijna vast en hielden de commandanten er serieus rekening mee dat ze zich moesten terugtrekken. Uiteindelijk kwam het goed, al vielen er veel doden. Op het andere Amerikaanse strand, Utah Beach, verliep de aanval goed en werd het Duitse verzet binnen een paar uur gebroken.

Luchtlandingen

In deze sector lagen de problemen meer landinwaarts. Om de troepen die vanaf het strand zouden arriveren te beschermen tegen een Duitse tegenaanval werden in de nacht voor de aanval meer dan 23.000 luchtlandingstroepen boven Cotentin gedropt. Terwijl de Britse parachutisten precies op de plek landden waar ze zouden moeten landden en binnen een paar uur hun doelen bereikten, raakten de Amerikanen compleet verspreid over een groot gebied rondom Sainte Mere Eglise.

Sainte Mere Egilse nomandie kerk glas in lood

De glas in lood ramen zijn gemaakt na de oorlog en stellen de gevechten in het dorp voor.

In de film ‘The Longest Day’ en het tweede deel van de serie ‘Band of Brothers‘ wordt een goed beeld gegeven van de chaos van die nacht. Veel parachutisten verloren bij hun sprong hun uitrusting zodat sommige Europa begonnen te bevrijden met enkel een dolk. Wat een helden!

Een aantal van de parachutisten hadden de pech precies te landen op het dorpsplein waar de hele bevolking aanwezig was voor het blussen van een brand. Helaas waren daar ook veel Duitse soldaten aanwezig en die begonnen met prijsschieten op de neerkomende Amerikanen.

Ondanks de chaos wisten veel Amerikanen zich te organiseren en de aanval op het dorp te openen. De chaos die de Amerikanen er in  de eerste uren van maakten had als voordeel dat de Duitsers niet goed begrepen wat er gebeurde.

De kleine groepjes Amerikanen die van alle kanten aanvielen gaf de Duitse commandanten het idee dat ze met een veel groter leger te maken hadden. Hierdoor werd de verdediging niet goed georganiseerd waarvan de Amerikanen weer van profiteerden.

Ondanks een aantal puike staaltjes van krijgsmanskunst lukten het de parachutisten niet om Saint Mere Eglise vast in handen te krijgen. Dat lukte pas toen de tanks die op Utah Beach, zo’n 8 kilometer verderop, waren geland en op het toneel verschenen en daarmee was de slag om Saint Mere Eglise beslist.

Hechte band

De gebeurtenissen in de nacht van 6 juni 1944 heeft het dorp voorgoed veranderd. De bloedige strijd tegen de Duitsers zorgde voor een hechte band tussen de bevolking en de Amerikaanse soldaten, te meer omdat na de strijd in het dorp een veldhospitaal werd ingericht waar de gewonden van de Slag om Normandië, die tot augustus 1944 zou duren, werden verzorgd. Tevens werd er vlakbij het dorp binnen twee dagen na de invasie een klein vliegveld ingericht waar jachtvliegtuigen werden gestationeerd. Saint Mere Eglise kreeg zo een belangrijke rol in dit verhaal.

Na de oorlog werden in en rondom Sainte Mere Eglise op tal van plekken gedenktekens en monumenten opgericht. In 1961 werd op het dorpsplein opnames gemaakt voor de film ‘The Longest Day’. Mede door het succes van deze film werd Saint Mere Eglise bij het grote publiek in Amerika bekend. Het dorp werd zo het symbool voor Amerikaanse strijd tegen de Duitsers en daarmee een soort bedevaartsoord voor toeristen die zijn geïnteresseerd in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog. En dat is het eigenlijk nu nog. Sainte Mere Eglise is tevens het vaste decor voor de herdenkingen van D-Day die eens in de zoveel jaar worden gehouden.

Wij bezochten het dorpje in Normandië in het begin van mei en toen was het al vrij druk met toeristen. Naast de gebruikelijke Fransen en Nederlanders troffen we hier veel Britten en Amerikanen aan. Alles in het dorp staat in het teken van de luchtlanding en dat is eigenlijk erg leuk. Zelfs de kerk ontkomt er niet aan. Deze was tijdens de gevechten behoorlijk beschadigd geraakt en moest dus na de oorlog worden gerestaureerd. In de kerk is een monument te vinden en een aantal bijzondere glas-in-lood ramen die de gebeurtenissen visualiseren.

Musée Airborne

Eén van de dingen die je niet mag overslaan is het Musée Airborne waarvan de ingang aan het kerkplein grenst. Je kan het niet missen. Je moet wel betalen om binnen te komen, maar de prijs is niet heel hoog en het is het waard. De interessante collectie omvat allerlei spullen die tijdens de landing werden gebruikt. Het museum omvat drie paviljoens waarvan er twee de vorm hebben van een parachute. Mooi of niet, het is ieder geval opvallend en passend. Het eerste gebouw herbergt een replica van een zweefvliegtuig waarmee de Amerikanen zijn geland in de buurt van het dorp.

Sainte Mere Egilse museum airborne waco zweefvliegtuig glider

In het museum is een replica van een Waco zweefvliegtuig te bewonderen zoals die werd gebruikt bij de luchtlandingen tijdens D-Day.

Het tweede gebouw is groter en daar vind je een C-47, ofwel een DC-3. Naast de vliegtuigen wordt het verhaal vertelt aan de hand van allerlei voorwerpen. Zo kan je er veel wapens bewonderen, maar leuker nog zijn de allerhande voorwerpen die de parachutisten bij zich hadden. Elke soldaat had onder andere een stapeltje geldbiljetten bij zich, een slof sigaretten maar ook een setje condooms. Ze waren dus ook voorbereid op een treffen met de Franse vrouwen.

‘Ervaar de landing’

Het derde gebouw is geopend in 2014 en daarin wordt op een hele andere manier de geschiedenis verteld. Hier ligt de nadruk op de ervaring en wordt je als bezoeker meegenomen in het avontuur van de Amerikanen. Bij binnenkomst stap je in een ‘vliegtuig’ en loop je als het ware door het verhaal heen. Door middel van geluids- en lichteffecten maak je het hele gevecht mee. Ik ben eigenlijk nooit voorstander van deze manier van tentoonstellen omdat het snel lullig overkomt. Maar hier was het anders en kon ik mij  goed inbeelden hoe het is geweest om boven bezet Frankrijk te worden gedropt. Knap gedaan door die Fransen.

Hoewel dit gebouw achteraan staat, zou ik iedereen aanraden om als eerste dit deel van het museum te bezoeken. Dan zit je direct goed in het verhaal en dat maakt de twee andere paviljoens interessanter.

Monumenten en gedenktekens

Sainte Mere Egilse parachutist iron mike la fiere

Het standbeeld ‘Iron Mike’ op de plek langs de rivier de Meredet waar de 82ste luchtlandingsdivisie slag leverde.

Als je alles wilt zien in Sainte Mere Eglise dan ben je wel meer dan een dag kwijt. Wij zaten in een gîte in Orglandes, twee dorpen verder en hebben veel in het gebied rondgereden. Het landschap is trouwens erg geschikt voor de fiets, maar die hadden wij niet bij ons. Langs elke weg of straat kom je wel een gedenkteken tegen. Het zijn er zoveel dat het niet te doen is om bij allemaal te stoppen, al zal de echte liefhebber dit wel doen.

Toch hebben we dat veel gedaan en twee hebben indruk gemaakt. De eerste kwamen we toevallig tegen en die bleek op de plek te staan waar een lange scene uit het tweede deel van ‘Band of Brothers‘ zich afspeelt. Met slechts een paar man wisten de Amerikanen een flink aantal Duitse kanonnen uit te schakelen die de landingstroepen op Utah beach aan het beschieten waren. Deze aanval geldt als een klassiek voorbeeld en is nog altijd vaste kost op de Amerikaanse Militaire academie.

Een ander monument die ik indrukwekkend vond staat bij een brug over het riviertje de Merderet langs de D15. Deze brug was de enige westelijke toegang tot Sainte Mere Eglise en vormde het doel van een Duitse tegenaanval. Dit gevecht staat bekend als de slag om La Feire en heeft drie dagen geduurd. Er staat nu een groot beeld van een Amerikaanse parachutist die ‘Iron Mike’ is gedoopt. Deze plek is al vaak het decor geweest van herdenkingen waarbij niet zelden de veteranen nog een keer uit een vliegtuig sprongen.

In Orglandes, voor een week ‘ons dorp’, is een grote oorlogsbegraafplaats. Niet van de geallieerden, maar van de Duitsers. Die liggen hier natuurlijk ook. Daar zijn we natuurlijk ook even gaan kijken en dat was indrukwekkend. Er liggen daar meer dan 10.000 Duitsers en al ben ik blij dat de Amerikanen en de Britten West-Europa hebben bevrijd, zijn dit natuurlijk ook 10.000 persoonlijke drama’s.

Oradour-sur-Glane-tweede-wereldoorlog-dorp-verwoest

Oradour-sur-Glane: dorp als monument van de waanzin *****

Straat met ruïnes en trambaan in Oradour-sur-Glane in Frankrijk

Het dorpje is een indrukwekkend monument van de waanzin van de oorlog.

Wat vond er plaats in Oradour-sur-Glane? Het dorp zou nooit in de geschiedenisboeken zijn gekomen als de 2de SS pantserdivisie ‘Das Reich’ niet op zaterdagochtend 10 juni 1944 het dorpje omsingelde en alle aan- en afvoerwegen afsloot. De Duitsers kwamen uit het zuiden en gingen richting Normandië om de Amerikanen en de Britten te bestrijden.

Bij Montauban had het uitgerust van de inspanningen van het oostelijk front en was het aangevuld met nieuwe rekruten uit Roemenië, Hongarije en, opvallend genoeg, ook uit de Elzas.  Deze laatste werden door de Duitsers niet gezien als Fransen, maar als volkduitsers en hadden in 1940 een Duits paspoort gekregen.

Race naar Normandië

De tocht naar het Normandië was niet zonder gevaar. De divisie startte bij Montauban en de route leidde door de Dordogne en de Limousin. Nu een aangename rit over de A20 maar in het voorjaar van 1944 was het een haardvuur van verzet. Het Franse verzet, of althans dat gedeelte dat naar Londen luisterde, had de opdracht gekregen om de tankdivisie zo lang mogelijk op te houden want  het geallieerde leger in Normandië was net geland en nog zeer kwetsbaar. Een goed uitgeruste en getrainde tankdivisie had in principe genoeg slagkracht om ze terug de zee in te jagen.

In Tulle waren de bezetters al compleet verjaagd en de Duitse divisie kreeg dan ook de opdracht om deze stad te heroveren. Dat laatste was niet nodig want de stad was al ontruimd door het verzet voordat de Duitsers arriveerden. Dit gebaar stond echter een bloedige vergeldingsactie van de SS divisie niet in de weg. De SS ging er helemaal los en tijdens een orgie van geweld werden honderden mannen opgeknoopt.

Weer op weg naar het Normandië kwam één van de SS generaals in handen van het verzet waarna de divisie een klopjacht op poten zette. Toen dit niet snel tot succes leidde, omcirkelde de leiding van de divisie op de kaart een dorpje even ten westen van Limoges; Oradour sur Glane.

Bloedbad

Op zaterdag 10 juni 1944 naderden de mannen van de SS het dorp. Het was een zonnige dag en in Oradour stonden de mannen te wachten voor de distributie van de tabak toen de eerste SS-ers het dorpsplein opreden. Daarna ging het allemaal heel snel en volgens een draaiboek dat werd gebruikt bij het vernietigen van dorpen in Rusland.

Alle inwoners werden verzameld, waarna de mannen van de vrouwen werden gescheiden. Niet veel later werden de mannelijke inwoners doodgeschoten. De vrouwen en kinderen werden vervolgens in de kerk opgesloten, die werd opgeblazen, en de rest van het dorp werd verwoest. In een paar uur werd een compleet dorp met koelbloedige efficiëntie verwoest. 642 mensen vonden die dag de dood, slechts zes dorpelingen wisten te ontsnappen.

Herinneringscentrum

Het dorp is na de oorlog een kilometer verder opnieuw gebouwd. Wij bezochten het dorp op een warme dag in augustus. In 1999 is er een ondergronds herinneringscentrum gebouwd met een enorme parkeerplaats. Deze was opvallend rustig toen wij onze auto parkeerden want, zoals het goede Nederlanders betaamt, arriveerden wij rond de middagpauze en dan zitten de Fransen te eten.

Het centrum was gelukkig open en zo konden wij naar binnen om kaartjes te kopen. Het gebouw ligt voor een groot gedeelte onder de grond en is enorm. Het bovengrondse deel is opgetrokken uit cortenstaal en doet zeer modern aan. Omdat de ingang aan de andere kant van de weg ligt dan het verwoeste dorp, stoort het niet. Het is misschien niet heel mooi, maar het is zeker indrukwekkend.

Binnen is het donker en wordt aan de hand van foto’s, films en ander audiovisueel materiaal de geschiedenis van het dorp en de Tweede Wereldoorlog verteld. Een prima tentoonstelling in een moderne omgeving, niets mis mee. Om het dorp te bereiken, loop je door een enorme betonnen tunnel die onder de weg D3 doorloopt. Ook dit is indrukwekkend en het geeft je het idee dat je door de tijd terugloopt. Zo zal de architect het ook bedoeld hebben, denk ik.

Verwoest huis emet autowrak in Oradour-sur-Glane in Frankrijk

Een wrak van een auto in een verwoest huis.

Eenmaal uit de tunnel sta je direct tussen de verwoestingen. Als er iets bestaat als historische sensatie die je kan voelen, dan is het hier. Ik heb dat op meerdere plekken gevoeld zoals Carcassonne, de loopgraven in Noord-Frankrijk en in Sachenshausen. Natuurlijk weet je dat hier iets heel droevigs is gebeurd en dat het vooral iets is dat je zelf voorstelt en iets wat in je hoofd afspeelt. Maar dat neemt niet weg dat het toch een zeer sterk en bijzonder gevoel is.

Het dorp is redelijk groot en het is inderdaad zo dat je het gevoel krijgt dat de bewoners plots zijn verdwenen. Wat natuurlijk ook zo is. De auto van de dokter staat nog midden op een plein, de naaimachines in de winkel en in de garage staan auto’s. Je wordt er heel droef van. De meeste gevels staan nog rechtop, maar de rest van de huizen zijn compleet verwoest.

Ook de tramrails en bovenleidingen zijn nog intact. Deze tref je vlakbij het kerkje, daar waar de vrouwen en kinderen de dood vonden. Indrukwekkend is ook de begraafplaats.

Nadat ik een beetje van de droefheid die dit monument uitstraalt was bekomen, merkte ik op dat deze ruïne nog op een hele andere manier interessant is. Het dorp vertelt namelijk niet alleen het verhaal van de 10de juni in 1944, het is tevens een tijdscapsule. Met een andere blik zie je ook hoe een dorp in de eerste helft van de twintigste eeuw eruitzag. Er zijn bijna geen auto’s en die er wel zijn, zijn heel erg klein. Opvallend is ook de hoeveelheid naaimachines die in veel huizen staan en ook de grote hoeveelheid waterpompen in de straat is niet meer van deze tijd.

Verwoeste garage in Oradour-sur-Glane in Frankrijk

De garage in Oradour, wat er van over is tenminste.

Toch blijven de gebeurtenissen in de oorlog een hoofdrol spelen als je door de straatjes van Oradour loopt. Het is een zeer bijzondere plek die, als je er gevoelig voor bent, je nooit zal vergeten.

Schuldigen

Ook al is het al meer dan een halve eeuw geleden, de geschiedenis van Oradour is nog niet helemaal voorbij. Eén van de grote onbeantwoorde vragen blijft waarom de SS dit bloedbad heeft aangericht. Dat is nog altijd niet duidelijk. De SS divisie heeft lang in het oosten gevochten. In Rusland was het uitmoorden van een dorp voor de Duitsers routinewerk. Je zou kunnen zeggen dat deze manier van oorlogvoeren een soort van gewoonte was geworden. Maar dat verklaart nog niet waarom de SS juist Oradour uitkoos. Het dorp stond niet bekend als een bolwerk van verzet.

Maar wellicht komt er toch een antwoord op deze vraag want de Duitse justitie maakte bekend dat ze een man hebben opgespoord die bij het bloedbad aanwezig zou zijn geweest. Hij zou wellicht iets kunnen zeggen over de motieven van de moordpartij. Helaas werd deze rechtszaak wegens gebrek aan bewijs in december 2014 niet doorgezet. Het blijft dus voorlopig een raadsel waarom juist dit dorp werd uitgemoord.

Tot slot was Oradour sur Glane niet het enige dorp dat op 10 juni 1944 werd verwoest. In Griekenland viel de SS het dorp Distomo aan waarbij meer dan tweehonderd burgers de dood vonden. Een bizar toeval.